Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. Indien buiten den voorzitter of zijn plaatsver vanger meer werkgevers-leden aanwezig zijn dan werklieden-leden of omgekeerd, stemt een door het lot aan te wijzen lid-werkman, onderscheidenlijk wergever, niet mede. De commissie wordt terzijde gestaan door een directeur. Art. 3. De directeur der beurs wordt door den Gemeente raad benoemd uit een door Burgemeester en Wet houders in te dienen voordracht van twee personen. Hij heeft de dagelijksche leiding van de werkzaam heden en geniet een jaarwedde van f 500. De overige beambten, zoo nog noodig, worden door Burgemeester en Wethouders aangesteld. Hunne formatie en bezoldigingen worden nader bij raadsbesluit vastgesteld. Burgemeester en Wethouders voorzien den direc teur en de verdere beambten van een instructie, die, voor zoover den directeur betreft, aan den Gemeenteraad wordt medegedeeld. Art. 4. De directeur kan door Burgemeester en Wet houders worden geschorst. Hij wordt door den Gemeenteraad ontslagen. De overige beambten worden door Burgemeester en Wethouders geschorst en ontslagen. Schorsing en ontslag, dit laatste anders dan eervol, zijn met redenen omkleed. Art. 5. Aan hen, die van de beurs gebruik maken en dientengevolge slagen in het vinden van arbeid of werkkracht, wordt een bedrag van 0.25 in rekening gebracht. De wijze waarop de betaling van dit bedrag wordt gevorderd, wordt bij het in art. 8 bedoelde reglement geregeld. Uitgaven wegens frankeering van stukken, tele grammen en dergelijke, op verzoek van de aanvragers gedaan, worden bovendien teruggevorderd. Art. 6. Aanvragen van personen, die in de gemeente gevestigd zijn, zullen in het algemeen den voorrang hebben boven aanvragen van buiten de gemeente. Niettemin zal ook het verkrijgen van en voldoen aan aanvragen van buiten de gemeente zooveel mogelijk worden bevorderd. Art. 7. Bij aanwijzing van een door werkstaking open- gekomen plaats zal van deze omstandigheid aan den werkman, bij aanwijzing van een door uitsluiting werkloos geworden werkman zal hiervan aan den werkgever mededeeling worden gedaan. 330 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. Bijl. no. Art. 8. De nadere regeling van de werking en de inrich ting van de beurs geschiedt bij een door Burge meester en Wethouders vast te stellen reglement, dat aan den Gemeenteraad wordt medegedeeld. Burgemeester en Wethouders doen jaarlijks in de maand April aan den Gemeenteraad verslag van den toestand van de beurs gedurende het afgeloopen kalenderjaar. Art. 9. Deze verordening treedt in werking op een nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen tijdstip. Leeuwarden, 190 De Raad voornoemd, ONTWERP UI. De Raad der gemeente Leeuwarden gezien het voorstel van Burgemeester en Wet houders besluit I. Artikel 2 der verordening omtrent het ver- leenen van pensioen aan ambtenaren, bedienden en werklieden, die hunne betrekking in dienst der gemeente of van gemeentelijke instellingen hebben aanvaard na den 1 Juli 1899, laatstelijk gewijzigd bij gemeenteblad no. 5 van 1908 en, zooals zij na de daarin aangebrachte wijzigingen luidt, opgenomen in het zelfde nummer van het gemeenteblad, aan te vullen door aan het slot van het eerste lid na de laatste zinsnede een nieuwe zinsnede toe te voe gen, luidende: „de directeur der gemeentelijke arbeidsbeurs, tevens secretaris-penningmeester van het gemeen telijk werkloozenfonds, benevens de verdere aan die beurs verbonden beambten." II. Te bepalen dat deze aanvulling in werking treedt op een nader door Burgemeester en Wethou ders vast te stellen tijdstip. Leeuwarden, 190 De Raad voornoemd, 331

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1908 | | pagina 165