b. in aansluiting aan de in art. 1 sub. b bedoelde lijn nabij de tweede Kanaalbrug, de juiste plaats door Burgemeester en Wethouders aan te wijzen, een zijlijn aan te leggen over den Kanaalweg of over een strook grond onmiddellijk benoorden de spoor lijn naar Groningen, als verste punt tot aan de spoorbrug over de Tijnje, voor goederenvervoer b. het ten genoegen van Burgemeester en Wet houders maken en te allen tijde onderhouden van voldoende afkeeringen tusschen den tramweg eener zij ds en particuliere en voor den openbaren dienst bestemde terreinen anderzijds. Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. te maken beweegbare brug over de Potmarge naar den eersten spoorwegovergang in den weg Achter de Hoven, vandaar, gelijk op de ingezonden teeke- ning is aangegeven, over de daartoe gratis op door Burgemeester en "Wethouders te bepalen voorwaar den beschikbaar gestelde strook gemeentegrond ten noorden langs de bermsloot van den spoorweg naar den weg Achter de Hoven, langs dien weg, over de tweede Kanaalbrug, over gemeentelijk en par ticulier terrein naar den Poppeweg. langs dien weg, over een te maken beweegbare brug over het Vliet naar het Kalverdijkje, dwars over het dijkje, over gemeentelijk en particulier terrein naar den Groninger straatweg in de richting naar Tietjerk. Art. 2. De concessionaris is verplicht zorg te dragen, dat met don aanleg van de in het vorig artikel bedoelde tramwegen een aanvang wordt gemaakt vóór 1 Januari 1909 en dat zij in exploitatie zijn gebracht vóór 1 Januari 1911. De tramrails in den Harlingersingel en de meest zuidelijk gelegen tramlijn in het plein voor het station van den Staatsspoorweg moeten vóór den laatst genoemden datum door en op kosten van den concessionaris worden verwijderd en de bestrating, onmiddellijk na de verwijdering dei- sporen, ten genoegen van Burgemeester en Wet houders in den vroegeren toestand worden terug gebracht. Art. 3. De concessie eindigt op 1 Januari 1950, behoudens de gevallen van geheele of gedeeltelijke intrekking- in de volgende artikelen bepaald. De concessionaris is verplicht, indien dit dooi den Gemeenteraad gedurende den loop der concessie wordt verlangd a. over zulk een gedeelte van het traject dat binnen de gemeente gelegen is als door den Gemeenteraad zal worden aangewezen, de voort beweging zijner treinen door stoomvermogen te vervangen door electrisclie tractie. Daarbij zullen de bepalingen gelden als tusschen het Gemeentebestuur en den concessionaris in der minne zullen worden overeengekomen en bij ver schil te bepalen als in het eerste lid van art. 22 is geregeld. Dit verlangen kan door den Gemeenteraad niet vóór 1 Januari 1921 worden uitgesproken: ten behoeve van aldaar bestaande of op te richten gebouwen. Voor zoover toepasselijk gelden ten aanzien van die zijlijn de bij deze concesie gestelde bepalingen. Burgemeester en Wethouders kunnen voor het gebruik dier lijn nadere regelen stellen. Art, 4. Tijdens den duur der concessie wordt den con cessionaris toegestaan, om de rails en al wat tot den tramweg behoort, in openbaren gemeentegrond en -bruggen te hebben. Art. 5. Door de zorg en voor rekening van den conces sionaris moeten nieuwe gesmeed ijzeren ophaal bruggen worden gemaakt, met gemetselde land- hoofden, pijlers, remmingwerken enz. over de Potmarge en het Vliet in den Poppeweg. De brug over de Potmarge moet in doorstroomings- profiel. doorvaartswijdte en doorvaartshoogte over eenkomen met de over genoemd vaarwater liggende spoorbrug. De brug over het Vliet moet wat hare afmetingen betreft worden gemaakt in overeenstemming met de bestekken der gemeente Leeuwarden nos. 29 en 30 van 1906 en uiterlijk in den loop van het jaar 1909 naar genoegen van Burgemeester en Wethou ders zijn voltooid. Do bruggen moeten een zesvoudige zekerheid bieden voor stoomtramverkeer, waarin spoorwagens, beladen met 10.000 K.G., vervoerd worden. De bestaande brug over het Vliet met landhoofden, pijlers en verder toebehooren, als ook de fundce- ringen enz. moeten geheel en niet anders dan ten genoegen van Burgemeester en Wethouders door den concessionaris binnen een door Burgemeester en Wethouders te bepalen termijn worden verwijderd, komende de afbraak ten voordeele van de gemeente. De concessionaris moet ten genoegen van Burge meester en Wethouders voor de nette en solide aansluiting van de omringende kaden aan de nieuw te maken brughoofden zorg dragen. Het wordt den concessionaris vergund, voor den tramweg in de richting Dragten-Veen wouden gebruik te maken van de tweede Kanaalbrug. Vóór hij hiertoe overgaat, moet deze brug met de land hoofden voor zijne rekening op zoodanige wijze worden versterkt, dat zij met zesvoudige zekerheid voldoenden weerstand zal kunnen bieden aan een stoomtramverkeer, waarin spoorwagens met eene belasting van 10.000 K.G. voorkomen. De Harlingervaartsbrug, de brug over het Vliet en de tweede Kanaalbrug met bijbehoorende werken worden door de gemeente onderhouden. De kosten van het onderhoud, zoomede van eventueele vernieuwing der in het vorige lid bedoelde 176 Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1908. Bijl. no. 12. bruggen c.a. worden voor de helft door den conces sionaris gedragen. De beslissing omtrent de noodzakelijkheid van vernieuwing blijft aan Burgemeester en Wethouders. Dadelijk nadat de brug over het Vliet met bij behoorende werken is opgeleverd en door Burge- gemeester en Wethouders goedgekeurd, wordt zij bij afzonderlijke acte kosteloos in vollen eigendom aan de gemeente overgedragen, vóórdat het gedeelte van den tramweg, waarin de brug voorkomt, in exploitatie wordt genomen. Van alle in dit artikel genoemde werken moeten de teekeningen en bestekken door Burgemeester en Wethouders en, voor zooveel noodig, ook door Gedeputeerde Staten van Friesland worden goed gekeurd en de teekeningen daartoe op een schaal van 1 a 100 in triplo worden ingediend. De juiste plaats, waar elke nieuwe brug zal worden gebouwd, is onderworpen aan de goedkeuring van Burgemeester en Wethouders en voor zooveel noodig, ook aan die van Gedeputeerde Staten van Friesland. De werken, welke aan wegen, straten enz. often behoeve van particuliere eigendommen noodig zullen worden en een gevolg zijn van den bouw der nieuwe bruggen of van den tramaanleg, komen ten laste van den concessionaris en moeten ten genoegen van Burgemeester en Wethouders worden uitgevoerd. Bij den bouw der brug over het Vliet zal het Vliet voor zooveel noodig onder nadere goedkeuring van Gedeputeerde Staten ten hoogste gedurende dertien weken voor de doorvaart gesloten mogen worden. De vaart door de Potmarge zal bij den bouw der brug over dat vaarwater gedurende dertien weken tot op eene breedte van ten minste 4 meter, gemeten uit het midden van de doorvaart der spoor- brug beperkt, doch nimmer geheel gesloten mogen worden. Tijdens de versterking van de tweede Kanaalbrug moet de passage voor voetgangers te allen tijde onderhouden worden en mag de doorvaart niet worden gestremd. Art. 6. De aankoop van- en vergoeding voor den voor den aanleg van den tramweg benoodigden grond, stoepen, stekken, boomen, heesters, getimmerten als anders zins, aan particulieren of corporatiën toebehoorende, komen, evenals alle door den concessionaris te maken werken, geheel te zijnen laste. De concessionaris is gehouden de aarden baan voor den tramweg tusschen de tweede Kanaalbrug en den Poppeweg aan te leggen op eene kruins breedte van 12 meter en deze aarde baan, voor zoover niet reeds aan de gemeente toebehoorende, geheel kosteloos aan de gemeente over te dragen, die het recht zal hebben, haar als gewonen verkeersweg in te richten en te onderhouden. Met uitzondering van de aan te leggen baan tusschen den spoorwegovergang bij de Schrans en den eersten spoorwegovergang in den weg Achter de Hoven zal de gemeente te allen tijde het recht hebben om boven en behalve de aardebanen, die reeds dadelijk bij den aanleg van den tramweg als openbare straat worden aangelegd, ook de overige binnen de gemeente liggende en volgens de con cessie aan te leggen trambanen of gedeelten daarvan als openbare straat te doen aanleggen en gebruiken onder voorwaarde, dat de kosten der eventueel daarmede gepaard gaande wijziging in den boven bouw der tram niet komen ten laste van den con cessionaris. De concessionaris moet evenwel de kosten dragen, welke de gemeente, naar het oordeel van Burge meester en Wethouders, zal hebben te besteden voor het aanleggen van een nieuwe straat met rioleering enz. in plaats van de voor den tramweg benoodigde straat, genaamd Achter Tulpenburg, loopend e langs de perceelen, kadastraal bekend ge meente Leeuwarden, sectie G, nos. 5421, 5424, 5425, 5433, 5431 en 5432, zoomede de verplaatsing van de daarlangs en vóór de Fabriekssteeg aan de spoorbaan staande schutting met toebehooren. De concessionaris is verplicht a. ten genoegen van Burgemeester en Wethou ders in goeden staat te onderhouden de sloot aan de zuidzijde van den tramweg tusschen den eersten en den tweeden spoorwegovergang in den weg Achter de Hoven, voor zoover het onderhoud op de gemeente rnst Art. 7. De helft van de door den concessionaris, als waar borg voor de nakoming zijner verplichtingen, in de gemeentekas gedeponeerde geldswaardige papieren, totaal tot een bedrag van f 5000.wordt aan hem teruggegeven, zoodra de beide tramwegen in exploi tatie zijn gebracht. Het overige blijft voor den geheelen duur van de concessie onder de gemeente berusten, die bevoegd is daaruit zonder eenigen vorm van proces te verhalen alle kosten voor wer ken, die ingevolge de voorwaarden van deze con cessie door de gemeente voor rekening van den concessionaris worden verricht, terwijl liet fonds door den concessionaris steeds op eenvoudige aan schrijving van Burgemeester en Wethouders binnen 8 dagen daarna tot het bedrag van f 2500,moet worden aangevuld. Hetgeen behoudens het bepaalde bij art. 23 van het waarborgfonds bij het einde van de concessie zal blijken over te zijn, wordt aan den concessionaris teruggegeven. 177

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1908 | | pagina 89