1 Q w u z u u u u u u u p U u u c u w c C Q Bijlage No. 14. V a 'i '1Ü' 'V, vlii' Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. 1 h l i PLAATSELIJKE BENAMING. WIJK. VOLGNUMMERS VAN HET KOHIER. PLAATSELIJKE BENAMING. WIJK. VOLGNUMMERS VAN HET KOHIER. Tweebaksmarkt C 537 —561. Weg naar Cambuur 2946—2953. Werkmanslust P 2627—2696. Uniabuurt c 562—570. Westerkade F 792—802. Westerplantage G 1127—1129. Van Swietenstraat 4500—4509. Westersingel X 4720—4757. Vegelindwarsstraat le 3933—3948. Westerstraat 5354—5374. 2e 3949—3973. Wetstraat, de IJ 4977—4989. 3e 3974—4003. Willemskade(Noordzijde) F 758—791. 4e 4004—401S. (Zuidzijde) W 4512—4561. 5e 4019—4034. Willem Lodewijkstraat U 3510—3552. 6e 4035—4040. Willem Loréstraat 3694—3726. 7e 4041—4045. Willem Sprengerstraat 2596—2626. 8e 4046—4058. Wirdumerdijk E 673—703. Vegelinstraat 3928—3932. Wirdumerdijk G 1130—1156. Verkorte weg 3407—3421. Wissesdwinger O 2443—2452. Vermaningsteeg le D 593. Wortelhaven M 2161—2167. Voorstreek (Oostzijde) A 81—129. Wijbrand de Geeststraat U 8788—3836. 99 99 502—518. Wijdesteeg A 130. 131. (Westzijde) M 2189—2240. Wijlaarderburen S 3079-3089. Vredeman de Vriesstraat U 3284—3290. Vijzelstraat O 2435—2442. IJpeijstraat 4059-4083. Wagenplein 4511. Zaailand F 803-852. Weaze 571—577. Zuiderplein W 4562—4613. 99 D 600—605. Zuiderstraat F 853. 854. 99 E 651—672. Zuidvliet U 3291-3373. Weerd K 1608—1624. Zuupsteeg M 2241. 99 L 1922—1948. Zwitserswaltje 578. 579. Weerklank 2884—2912. 99 D 606-614. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Bijl. no. 14. HEFFING van MARKT- er. WEEGGELDEN voor het gebruik der veemarkt c. a. Aan den Gemeenteraad. Het besluit tot het heffen van markt- en weeg- gelden voor het gebruik van de veemarkt en van de daarop geplaatste weegtoestellen, vastgesteld den 31 Mei 1904 (gemeenteblad no. '21 van 1904), is bij Koninklijk besluit van 22 Juli 1904, no. 28, goedgekeurd tot 1 Januari 1910. Daar het wenschelijk is met de heffing van be doelde rechten te kunnen doorgaandient vóór gemelden datum de verordening opnieuw te worden vastgesteld. Waar herhaalde malen klachten werden geuit over het toepassen der onderscheidene tarieven en gebleken is dat het meermalen onmogelijk was juist te onderscheiden onder welke rubriek een bepaald stuk vee moest worden gerangschikt, wordt het mede wenschelijk geacht eenige verandering te brengen in de heffingen, waardoor geschillen zullen worden voorkomen. Zoo deden zich moeilijkheden voor ten aanzien der speenvarkensomdat het niet altijd ge makkelijk is uit te maken wanneer men met een varken, wanneer met een speenvarken te maken heeft. Met het denkbeeld van den marktmeester der veemarkt, die om aan de bezwaren tegemoet te komen, een uniform tarief wil invoeren voor varkens en speenvarkens, kunnen wij ons echter niet vereenigen. Waar thans toch voor speenvarkens slechts 2 cent per stuk wordt betaald, komt eene opvoering van het recht tot 10 cent ons niet ge- wenscht voor. Er is dan ook getracht een midden weg te vinden door niet meer, zooals thans, varkens en speenvarkens respectievelijk met 10 en 2 et., doch varkens en biggen met onderscheidenlijk 10 en 6 ct. te belasten. Biggen toch kunnen beter dan speenvarkens aan uiterlijke teekenen worden gekend. De gemeente zal door de gewijzigde heffing ver moedelijk in totaal ongeveer een gelijk, althans weinig lager, bedrag aan recht invorderen, terwijl de aanvoerders der speenvarkens, die in den regel ook de biggen ter markt brengen, niet zullen worden benadeeld. Ook het aanvoeren van nuchtere kalveren, hoewel het veemarktpersoneel deze in den regel goed van vette kalveren wist te onderscheiden, gaf tot be zwaren aanleiding. Het voorstel van den markt meester om het tarief voor kalveren ook toe te passen op nuchtere kalveren is dan ook door ons overgenomen. Te eerder omdat slechts ongeveer 1/5 gedeelte van het geheele aantal aangevoerde kalveren bestaat uit nuchtere kalveren. In het thans geldende tarief vindt men verder verschillende heffingen toegepast voor schapen en jonge lammeren. Waar in sommige gemeenten te dezer zake geen onderscheid wordt gemaakt tusschen schapen en lammeren en weer andere slechts gedu rende enkele maanden van het jaar een verlaagd tarief toepassen voor jonge lammeren, komt het, mede omdat de controle bij de ingangen van de markt, waar schapen en lammeren in den regel tegelijk worden aangevoerd, daardoor belangrijk zal worden vergemakkelijkt, gewenscht voor, die onder scheiding te doen vervallen. Een uniform recht van 4 cent moet in verband met het recht dat in andere gemeenten wordt geheven, billijk worden geacht. Waar eene herziening der verordening plaats vindt, kan tevens het verschil tusschen het tarief voor paarden en veulens, ezels en muilezels ver vallen. Aangevoerd toch zijn ten vorigen jare slechts 35 veulens en geen ezels of muilezels, zoodat ver schil in heffing niet noodzakelijk blijkt. Op het totaal der ontvangsten zullen de wijzi gingen in het tarief betrekkelijk weinig invloed uitoefenen. De aanvoeren in 1908 in aanmerking genomen zal toch meer worden ontvangen voor 7231 nuchtere kalveren361.55 22604 jonge lammeren452.08 35 veulens3.50 17024 speenvarkens680.96 1498.09 terwijl vermoedelijk minder zal worden ontvangen voor biggen (geraamd door den marktmeester der veemarkt op 20000)800.— meerdere ontvangst derhalve 700. In verband met het bepaalde bij artikel 254 der Gemeentewet wordt hieronder opgenomen eene op gave der inkomsten en uitgaven van de veemarkt. INKOMSTEN 1904 25,898.83 1905 25,783.65 1906 26,992.54 1907 30,514.93 1908 30,876-53 Samen f 140,066.48 Gemiddeld28,013.30 Geraamde meerdere ontvangst 700. Totaal 28,713.30 UITGAYEN Het terrein der veemarkt heeft eene oppervlakte van 19880 cA. Bij de beoordeeling van de opbrengst der markt en weeggelden dient de waarde van het terrein in aanmerking genomen te worden. Waar in de nabij- 207

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1909 | | pagina 104