Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Met dit nieuwe art. 5 hangt de in art. 6 (oud 4) voorgestelde wijziging samen. Art. 6 (oud) moet vervallen, nu de provinciale regeling met 1 Januari 1909 is ingetrokken. Art. 8 (oud 7) is aangevuld met een bepaling die de heffing van recht voor het bewaren van kaas mogelijk maakt (zie de toelichting op art. 1 van de ontwerp-verordening, regelende het gebruik der waag). Art. 9. Het nieuwe tweede lid strekt om de heffing te regelen op het terrein, dat blijkens het bepaalde sub art. 2 C van ons besluit tot uitvoering van de artt. 35 en 38 der verordening op de markt- politie, waarvan de tekst is bekend gemaakt in Gemeenteblad no. 47 van 1905, mede tot de waag behoort. Art. 9 (oud) kan thans geheel vervallen krachtens hetgeen bij de toelichting ad art 11 (oud 14) van de verordening op het gebruik van de waag reeds is medegedeeld. Nieuw is het tweede lid van art. 1 en art. 2 der invorderingsverordening op de waagrechten. De bepalingen houden verband met artt. 1 a en 2 van het heffingsbesluit. In verband met het bepaalde bij art. 254 der ge meentewet zij opgemerkt, dat aan waagrechten is ontvangen in 1904 1905 De uitgaven hebben bedragen in 1904 1905 1906 1907 1908 2292.52 2456.49r' 2107.72 2615.695 2904.845 Samen Gemiddeld Door het aanstellen van personen voor de controle bij den ingang ter verzekering der goede heffing van het toegangsrecht (art. 2) zullen de uitgaven vermoedelijk toenemen met 12377.275 2475.45"' 500.— 1906 1907 1908 2590.10 2755.5S5 2342.005 3172.615 3624.38 Samen Gemiddeld Het heffen van een recht voor het plaatsen van waren (art. 5), voor het bewaren van kaas (art. 8) en het ge bruik van standplaatsen op het tot de waag behoorend terrein (art. 9) zal vermoedelijk weinig meer opbrengen dan het thans vervallen recht voor het plaatsen en verwerken van aan de waag aangevoerde vaten boter, die reeds elders zijn gewogen, als mede van vaten boter, waarvan geen weging wordt verlangd (art. 2 oude verordening). Door het heffen van een recht voor de toelating in het waaggebouw (art. 2) zullen de ontvangsten vermoedelijk met ongeveer toenemen. Totaal 14484.655 2896.93 1000.— 3900.— zoodat de totale uitgaven kunnen worden gesteld opf 3000. De ontvangsten zullen de uitgaven derhalve ver moedelijk overtreffen met f 900.In aanmerking dient echter te worden genomen dat onder de uitgaven niets is begrepen voor onderhoud van het gebouw en dat voor de stichting van het beurs- en waagge bouw indertijd is uitgegeven 213,000.waar voor de aangegane schuld nog op verre na niet is gedelgd, terwijl het terrein waarop het gebouw is gesticht, als bouwterrein eene waarde van ten minste f 50.000vertegenwoordigt, van welke sommen de helft ten laste van de waag kan worden gebracht. Met een en ander is voldoende aange toond dat aan den eisch van art. 254 der gemeente wet wordt voldaan. Instructie voor den waagmeester. Artt. 1 en 2 nieuw zijn zonder wijziging uit de verordening, regelende het gebruik van de waag, overgenomen, met deze uitzondering dat de beloo ning van den waagmeester overeenkomstig 's Raads besluit van 24 November 1908, van f 700.tot 500.is teruggebracht. In art. 3 zijn de bepalingen van de artt. 1 en 2 der bestaande instructie samengevat en is de om schrijving van de taak des waagmeesters eenigszins verbeterd, hetgeen ook heeft plaats gevonden in art. 10 (oud 11). De artt. 4 en 9 (oud) kunnen vervallen. "Wij hebben de eer U voor te stellen te besluiten overeenkomstig de hieronder volgende ontwerpen I, II en III. Leeuwarden, 11 Augustus 1909. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden T. KOMTER, L.-Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. 214 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Bijl. 710. 16. Bestaande artikelen. Art. 1. De waag is bestemd tot het wegen van aller hande waren, tegen betaling van de daarvoor be paalde rechten. In de waag worden echter geene waren toege laten. die naar het oordeel van den waagmeester in bedorven toestand verkeeren. De waag dient tevens als markt voor boter, kaas en eieren en tot bewaarplaats van onverkochte of niet vervoerde boter. Art. 2. Op de marktdagen wordt in de waag mede gele genheid gegeven tot het houden van publieke veiling van partijen boter en kaas. Die hiervan gebruik wenschen te maken doen daartoe aanvraag bij den waagmeester, door wien de noodige bepalingen van orde worden vastgesteld. Surrogaten van boter en kaas, waaronder deze verordening verstaat producten vermengd met vet- soorten, niet van melk afkomstig, worden op de waag als markt niet toegelaten en mogen aldaar niet in publieke veiling worden gebracht. Art. 3. De waag is geopend op dagen en uren door burgemeester en wethouders te bepalen. Art. 4. De toegang in de waag is geheel vrij, behoudens de bevoegdheid van den waagmeester om ieder te doen verwijderen, die zich onbehoorlijk gedraagt, en om bij te veel toeloop ieder te verwijderen, die geene zaken aan de waag te doen heeft. Het is verboden de waren met handkarren of andere vervoermiddelen binnen de waag te brengen, anders dan langs de daarin gelegde rails. ONTWERP I. De Raad der gemeente Leeuwarden Overwegende dat de verordening, regelende het gebruik van de waag, vastgesteld bij raadsbesluit van 28 Juni 1904 (Gem.blad no. 15), herziening behoeft Gezien het voorstel van burgemeester en wet houders Besluit vast te stellen de volgende VERORDENING, regelende het gebruik van de waag. Art. 1. De waag is bestemd tot het wegen van aller hande waren, tegen betaling van de daarvoor be paalde rechten. In de waag worden echter geene waren toege laten, die naar het oordeel van den waagmeester in bedorven toestand verkeeren. De waag dient tevens als markt voor boter en kaas en tot bewaarplaats van onverkochte of niet vervoerde boter en kaas. Art. 2. Op de marktdagen wordt in de waag mede gele genheid gegeven tot het houden van publieke veiling van partijen boter en kaas. Die hiervan gebruik wenschen te maken doen daartoe aanvraag bij burgemeester en wethouders, door wie de noodige bepalingen van orde worden vastgesteld. Surrogaten van boter en kaas, waaronder deze verordening verstaat producten, vermengd met vet- soorten, niet van melk afkomstig, worden op de waag als markt niet toegelaten en mogen aldaar niet in publieke veiling worden gebracht. Art. 3. De waag is geopend op Maandag, Dinsdag, "Woensdag, Donderdag en Zaterdag, des morgens van 910 uur op Donderdag des namiddags van 68V2 uur en op Vrijdag van 63 uur van 1 April tot en met 31 October en van 73 uur gedurende de overige maanden. Art. 4. De waagmeester is bevoegd om ieder die zich in de waag onbehoorlijk gedraagt, daaruit te doen verwijderen. 215

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1909 | | pagina 108