268 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. tijden als hem zal worden opgegeven, aan den als hem zal worden opgegeven, aan den burgemeester burgemeester en aan de beurscommissie een staat, en aan de beurscommissie een staat, ingericht volgens ingericht volgens een daarvoor vast te stellen een daarvoor vast te stellen model, inhoudende eene model, inhoudende opgave van de gedurende de opgaaf van de gedurende de vorige maand of over vorige maand of over zeker tijdvak gemeten en zeker tijdvak gemeten en gewogen hoeveelheden gewogen hoeveelheden granen, zaden en peul- granen, zaden en peulvruchten, alsmede de daarvan vruchten. verschuldigde loonen. Art. 12. Indien de kommandeur zich voor langer dan één dag buiten de gemeente wenscht te begeven, heeft hij daartoe het verlof noodig van den voorzitter der beurscommissie. De beurscommissie wijst een der meters-wegers aan, die bij afwezigheid, ziekte of ontstentenis van den kommandeur diens betrekking zal waarnemen- Zij geeft hiervan kennis aan burgemeester en wethouders. Art. 13. Elk tweetal meters-wegers moet steeds voorzien zijn van een halve hectoliter, een liter, een strijk stok, twee schoppen, een kleed en drie weegzakken. Zij schaffen zich die voorwerpen op eigen kosten aan. De verdere naar het oordeel van buugemeester en wethouders vereischte toestellen en voorwerpen voor het meten en wegen worden door de gemeente geleverd en onderhouden. De aanvraag daartoe geschiedt door de beurs commissie. De beurscommissie zorgt voor het opmaken en bijhouden van een inventaris van al de van wege de gemeente verstrekte voorwerpen en overtuigt zich van tijd tot tijd, dat zij alle en in goeden staat aanwezig zijn. Ieder jaar, in de maand Januari, zendt zij een afschrift van den inventaris aan burgemeester en wethouders, zoo noodig met hare opmerkingen. Art. 14 (ongewijzigd). Art. 15 (ongewijzigd). Art. 12. Indien de kommandeur zich voor langer dan één dag buiten de gemeente wenscht te begeven, heeft hij daartoe verlof noodig van den voorzitter der beurscommissie of diens plaatsvervanger. De beurscommissie wijst een der meters-wegers aan, die bij afwezigheid, ziekte of ontstentenis van den kommandeur diens betrekking zal waarnemen. Zij geeft hiervan kennis aan Burgemeester en Wethouders. Art. 13. Elk tweetal meters-wegers moet steeds voorzien zijn van een halve hectoliter, een liter, een strijk stok, twee schoppen, een kleed en drie weegzakken. Zij schaffen zich die voorwerpen op eigen kosten aan. Deze gereedschappen moeten alle steeds ten ge noegen van de beurscommissie zijn. De verdere naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders vereischte toestellen en voorwerpen voor het meten en wegen worden door de gemeente geleverd en onderhouden. De aanvraag daartoe geschiedt door de beurs commissie. De kommandeur zorgt voor het opmaken en bij houden van een inventaris van al de vanwege do gemeente verstrekte voorwerpen en overtuigt zich van tijd tot tijd, dat zij alle en in goeden staat aanwezig zijn. Ieder jaar in de maand Januari zendt hij een afschrift van den inventaris aan Burgemeester en Wethouders en aan de beurscommissie, zoo noodig met zijne opmerkingen. Art. 14. Het is den meters-wegers verboden voor het meten en wegen van andere maten, gewichten en weegtoestellen gebruik te maken dan van hunno eigene en van die vanwege de gemeente verstrekt. Eveneens is het hun verboden, om eenig toestel of voorwerp, aan de gemeente toebehoorende, aan iemand ter leen of ten gebruike af te staan. Art. 15. Iedere meting en weging moet geschieden door twee meters-wegers of door een hunner en een hulp-meter-weger. Bij meting plaatsen zij de maat vast en zooveel mogelijk waterpas. Zij mogen de gevulde schoppen Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Bijl. no. 23. Art. 16. Yoor het onderzoek van maat en natura-gewicht van granen, zaden en peulvruchten, die in zakken van 75 liter inhoud zijn aangevoerd, moeten van iedere 45 hectoliter of minder 3 hectoliter op een kleed worden uitgestort. De vulling der maat geschiedt door opscheppen, wat de eerste 5 halve hectoliter betreft, en verder door storting. Bij aanvoer in zakken van één hectoliter inhoud moeten van iedere 45 hectoliter of minder 2 hec toliter op een kleed worden uitgestort. De vulling der maat geschiedt in dat geval door opscheppen, wat de eerste 3 halve hectoliter betreft, en verder door storting. Indien de partij bestaat uit minder dan 3 hec toliter, geschiedt de vulling der maat zooveel mogelijk door opscheppen. Het opgemetene wordt vervolgens per hectoliter gewogen. Yan gestorte granen, zaden en peulvruchten ge schiedt de vulling der maat door opscheppen en moet van iedere 30 hectoliter of minder één hec toliter worden gewogen, met uitzondering van partijen haver, waarvan van iedere 15 hectoliter of minder één hectoliter moet worden gewogen. Art. 17. De diensten der meters-wegers kunnen ook ge vorderd worden bij het ontvangen en afleveren van granen, zaden en peulvruchten, die alleen bij het gewicht worden verkocht. Met afwijking van het bepaalde bij de eerste alinea van art. 15 kunnen die diensten door één meter-weger worden verricht. Zij bestaan in het afwegen, of onder zijn toezicht doen afwegen der goederen op het verlangde ge wicht per zak, netto, zonder doorslag, en het afgeven niet beneden den rand der maat en evenmin meer dan noodig is daarboven brengen en moeten den inhoud daarvan in de maat gelijktijdig overstorten en zorgen, dat deze gelijkmatig worde gevuld, zoodat er geen openingen blijven, die behoeven te worden volgestreken. Het wegen geschiedt per hectoliter, met kilogram en half kilogram netto, zonder eenigen doorslag. Art. 16. Het onderzoek van maat en natura-gewicht van granen, zaden en peulvruchten heeft als volgt plaats a. Bij aanvoer in zakken van 75 liter inhoud moeten van partijen van 20 zak of daar beneden 2 zakken op het kleed gestort worden. De vulling der maat geschiedt door opscheppen wat de eerste twee halve hectoliters betreft en verder door storting. Het natura-gewicht der partij wordt daarna vast gesteld. Het is het gewicht der eerste en der laatste halve hectoliter, samengevoegd gewogen. Van partijen van meer dan 20 zak, moeten van iedere 60 zak of gedeelte daarvan 4 zak op 't kleed gestort worden. De vulling der maat geschiedt door opscheppen wat de eerste 5 halve hectoliter betreft en verder door storting. Het opgemetene wordt vervolgens per H.L. ge wogen. b. Bij aanvoer in zakken van een hectoliter inhoud moeten van iedere 45 H.L. of minder 2 H.L. op een kleed worden uitgestort. De vulling der maat geschiedt in dat geval door opscheppen, wat de eerste 3 halve hectoliter betreft, en verder door storting. Indien de partij bestaat uit minder dan 3 hecto liter, geschiedt de vulling der maat, zooveel mogelijk, door opscheppen. Het opgemetene wordt vervolgens per hectoliter gewogen. Van gestorte granen, zaden en peulvruchten ge schiedt de vulling der maat door opscheppen en moet van iedere 30 hectoliter of minder één hecto liter worden gewogen, met uitzondering van partijen haver, waarvan van iedere 15 hectoliter of minder één hectoliter moet worden gewogen. Art. 17. De diensten der meters-wegers kunnen ook ge vorderd worden bij het ontvangen en afleveren van granen, zaden en peulvruchten, die alleen bij het gewicht worden verkocht. Met afwijking van het bepaalde bij de eerste alinea van art. 15 kunnen die diensten door één meter-weger worden verricht. Zij bestaan in het afwegen of onder zijn toezicht doen afwegen der goederen op het verlangde ge wicht, netto, zonder doorslag en het afgeven van 269

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1909 | | pagina 135