111
r
'if lit'N {].;-|
\X
1 !|l
b. in aansluiting aan de in art. 1 bedoelde lijn
nabij do tweede Kanaalbrug, de juiste plaats door
Burgemeester en Wethouders aan te wijzen, een
zijlijn aan te leggen over den Kanaalweg of over
een strook grond onmiddellijk benoorden de spoor
lijn naar Groningen, als verste punt tot aan de
spoorbrug over de Tijnje, voor goederenvervoer
ten behoeve van aldaar bestaande of op te richten
gebouwen.
I
I 1
if;* k..
.„...J,.
i
- r.'
k 1«5:;
ii
I
yLy;'
dJili
'IlLl! ii
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909.
Art. 2.
De concessionaris is verplicht zorg te dragen,
dat met den aanleg van den in het vorig artikel
bedoelden tramweg een aanvang wordt gemaakt
vóór 1 Januari 1911 en dat hij in exploitatie is
gebracht vóór 1 Januari 1913.
De meest zuidelijk gelegen tramlijn in het plein
voor het station van den Staatsspoorweg moet vóór
den laatst genoemden datum door en op kosten
van de concessionaris worden verwijderd en de
bestrating, onmiddellijk na de verwijdering der
sporen, ten genoegen van Burgemeester en Wet
houders in den vroegeren toestand worden terug
gebracht.
Art. 3.
De concessie eindigt op 1 Januari 1960, behou
dens de gevallen van geheele of gedeeltelijke
intrekking.
De concessionaris is verplicht, indien dit door
den gemeenteraad gedurende den loop der concessie
wordt verlangd
a. over zulk een gedeelte van het binnen
de gemeente gelegen traject als door den ge
meenteraad zal worden aangewezen, de voort
beweging harer treinen door stoomvermogen te
vervangen door electrische tractie.
Daarbij zullen de bepalingen gelden als tusschen
het gemeentebestuur en de concessionaris in der
minne zullen worden overeengekomen en bij ver
schil te bepalen als in het eerste lid van art. 22
is geregeld.
Dit verlangen kan door den gemeenteraad niet
vóór 1 Januari 1921 worden uitgesproken
Yoor zoover toepasselijk gelden ten aanzien van
die zijlijn de bij deze concessie gestelde bepa
lingen.
Burgemeester en Wethouders kunnen voor het
gebruik dier lijn nadere regelen stellen.
Art. 4.
Tijdens den duur der concessie wordt aan de con
cessionaris toegestaan, om de rails en al wat tot
den tramweg behoort, in openbaren gemeentegrond
en -bruggen te hebben.
Art. 5.
Door de zorg en voor rekening van de conces
sionaris moeten nieuwe gesmeed ijzeren ophaal
bruggen worden gemaakt, met gemetselde land-
hoofden, pijlers, remmiugwerken enz. over de
Potmarge en het Yliet in den Poppeweg.
De brug over de Potmarge moet in doorstroomings-
profiel, doorvaartswijdte en doorvaartshoogte over
eenkomen mot de over genoemd vaarwater liggende
spoorbrug.
De brug over het Vliet moet, wat hare afmetingen
betreft, worden gemaakt in overeenstemming met
de bestekken der gemeente Leeuwarden nos. 29 en
30 van 1906.
De bruggen moeten een zesvoudige zekerheid
bieden voor stoomtramverkoer, waarin spoorwagens,
beladen met 10000 K.G., vervoerd worden.
De bestaande brug over het Yliet met landhoofden,
pijlers en verdere toebehooren, als ook de fundee
ringen enz. worden door de gemeente Leeuwarden
ter beschikking van de concessionaris gesteld,
ten einde geheel en niet anders dan ten genoegen
van Burgemeester en Wethouders door de con
cessionaris binnen een door Burgemeester en Wet
houders te bepalen termijn te worden verwijderd,
komende de afbraak ten voordeele van de gemeente.
De concessionaris moet ten genoegen van Burge
meester en Wethouders voor de nette en solide
aansluiting van de omringende kaden aan de nieuw
te makon brughoofden zorg dragen.
Het wordt aan de concessionaris vergund, voor den
tramweg gebruik te maken van de tweede Kanaal-
brug. Vóór zij hiertoe overgaat, moet deze brug
met de landhoofden voor hare rekening op zoodanige
wijze worden versterkt, dat zij met zesvoudige
zekerheid voldoenden weerstand zal kunnen bieden
aan een stoomtramverkeer, waarin spoorwagens met
eene belasting van 10.000 K.G. voorkomen.
De brug over het Yliet en de tweede Kanaalbrug
met bijbehoorende werken worden door de gemeente
onderhouden.
De kosten van het onderhoud, zoomede van
eventueele vernieuwing der in het vorige lid bedoelde
bruggen c.a. worden voor de helft door de conces
sionaris gedragen.
De beslissing omtrent de noodzakelijkheid van
vernieuwing blijft aan Burgemeester en Wethouders.
Dadelijk nadat de brug over het Vliet met bij
behoorende werken is opgeleverd en door Bur
gemeester en Wethouders goedgekeurd, wordt zij
bij afzonderlijke acte kosteloos in vollen eigendom
aan de gemeente overgedragen, vóórdat het gedeelte
van den tramweg, waarin de brug voorkomt, in
exploitatie wordt genomen.
Van alle in dit artikel genoemde werken moeten
de teekeningen en bestekken door Burgemeester en
Wethouders en, voor zooveel noodig, ook door
292
dril a Tf :r*y. v 4*
Bijlago tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Bfol. 110. 28
Gedeputeerde Staten van Friesland worden goed
gekeurd en de teekeningen daartoe op een schaal
van 1 a 100 in triplo worden ingediend.
De juiste plaats, waar elke nieuwe brug zal
worden gebouwd, is onderworpen aan de goedkeuring
van Burgemeester en Wethouders en voor zooveel
noodig, ook aan die van Gedeputeerde Staten van
Friesland.
De werken, welke aan wegen, straten enz. often
behoeve van particuliere eigendommen noodig zullen
worden en een gevolg zijn van den bouw der
nieuwe bruggen of van den tramaanleg, komen ten
laste van de concessionaris en moeten ten genoegen
van Burgemeester en Wethouders worden uitge
voerd.
Bij den bouw der brug over het Vliet zal het
Vliet voor zooveel noodig onder nadere goedkeuring
van Gedeputeerde Staten ten hoogste gedurende
dertien weken voor de doorvaart gesloten mogen
worden.
De vaart door de Potmarge zal bij den bouw
der brug over dat vaarwater gedurende dertien
weken tot op eene breedte van ten minste 4 meter,
gemeten uit het midden van de doorvaart der spoor
brug, beperkt, doch nimmer geheel gesloten mogen
worden.
Tijdens de versterking van de tweede Kanaalbrug
moet de passage voor voetgangers te allen tijde
ondorhouden worden en mag de doorvaart niet
worden gestremd.
Art. 6.
De aankoop van en vergoeding voor den voor den
aanleg van den tramweg bonoodigden grond, stoepen,
stekken, boomen, heesters, getimmerten als anders
zins, aan particulieren of corporatiën toebehoorer.de,
komen, evenals alle door de concessionaris te maken
werken, geheel te haren laste.
Met uitzondering van de aan te leggen baan
tusschen den spoorwegovergang bij de Schrans en
den eersten spoorwegovergang in den weg Achter
de Hoven zal de gemeente te allen tijde het recht
hebben om boven en behalve de aardebanen, die
reeds dadelijk bij den aanleg van den tramweg als
openbare straat worden aangelegd, ook de overige
binnen de gemeente liggende en volgens de con
cessie aan te leggen trambanen of gedeelten daarvan
als openbare straat te doen aanleggen en gebruiken
onder voorwaarde, dat de kosten der eventueel
daarmedo gepaard gaande wijziging in den boven
bouw der tram niet komen ten laste van de con
cessionaris.
De concessionaris moet evenwel de kosten dragen,
welke de gemeente, naar het oordeel van Burge
meester en Wethouders, zal hobben te besteden
voor het aanleggen van een nieuwe straat met
rioleering enz. in plaats van de voor den tramweg
benoodigde straat, genaamd Achter Tulpenburg,
loopende langs de perceelen, kadastraal bekend ge
meente Leeuwarden, sectie G, nos. 5421, 5424, 5425,
5433, 5431 en 5432, zoomede de verplaatsing van
de daarlangs en vóór de .Fabriekssteeg aan de
spoorbaan staande schutting met toebehooren.
De concessionaris is verplicht
a. ten genoegen van Burgemeester en Wethou
ders in goeden staat te onderhouden de sloot aan
do zuidzijde van den tramweg tusschen den eersten
en den tweeden spoorwegovergang in den weg
Achter de Hoven, voor zoover het onderhoud op
de gemeente rust
b. ten genoegen van Burgemeester en Wet
houders te maken en te allen tijde te onderhouden
voldoende afkeeringen tusschen den tramweg eener-
zijds en particuliere en voor den openbaren dienst
bestemde terreinen anderzijds.
Art. 7.
De helft van de door de concessionaris, als waar
borg voor de nakoming harer verplichtingen in do
gemeentekas gedeponeerde geldswaardige papieren,
totaal tot een bedrag van 2500. wordt aan haar
teruggegeven, zoodra de tramweg in exploitatie is
gebracht. Het overige blijft voor den geheelen
duur van de concessie onder de gemeente berusten,
die bevoegd is daaruit zonder eenigen vorm van
proces te verhalen alle kosten voor werken, die
ingevolge de voorwaarden van deze concessie door
de gemeente voor rekening van de concessionaris
worden verricht, terwijl het fonds door de conces
sionaris steeds op eenvoudige aanschrijving van
Burgemeester en Wethouders binnen 8 dagen daarna
tot het bedrag van ƒ1250.moet worden aangevuld.
Hetgeen behoudens het bepaalde bij art. 23 van het
waarborgfonds bij het einde van de concessie zal
blijken over te zijn, wordt aan de concessionaris
teruggegeven.
Het geheele waarborgfonds is ten behoeve van
de gemeente verbeurd, indien de concessionaris op
1 Januari 1913 niet aan de haar opgelegde ver
plichtingen heeft voldaan.
De coupons van de gedeponeerde geldswaardige
papieren zullen, zoolang die het eigendom zijn van
de concessionaris, op de vervaldagen aan haar
worden uitgereikt.
Art. 8.
De concessionaris is verplicht geheel op eigen
kosten in den besten staat naar genoegen van
Burgemeester en Wethouders te onderhouden die
gedeelten van aan de gemeente behoorende straten,
wegen en bermen, die tusschen de rails en tot op
0.45 meter daarbuiten gelegen zijn, alsook de kunst
werken, dio door haar daarin aangebracht zijn.
Zij is verplicht na schriftelijke kennisgeving van
1
:l
M
293