Bijlage no. 34. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Art. 9. Zij, die de leerlingen ter school zenden en de leerlingen zijn, voor zoover bij deze regeling daar op geene uitzondering is gemaakt, aan alle op dit onderwerp betrekking hebbende verordeningen on derworpen, welke thans voor de gemeentescholen te Leeuwarden bestaan of later worden vastgesteld. Art. 10. Het bestuur van elk der gemeenten kan deze gemeenschappelijke regeling met het einde van iederen cursus opheffen, mits van het voornemen daartoe aan het bestuur der andere betrokken gemeente kennis wordt gegeven vóór den 1 Janu ari daaraan voorafgaande. Art. 11. Voor zoover door het bestuur der gemeente Menaldumadeel wordt verklaard eene gemeenschap pelijke regeling te willen aangaan op den voet als in de vorige artikelen is omschreven, kunnen, indien dit door het gemeentebestuur wordt verzocht, met afwijking van het bepaalde in art. 1, kinderen, wier ouders of voogden wonen te Schenkenschans in die gemeente worden toegelaten tot het lager onderwijs, dat gegeven wordt in de lagere school der 2e klasse b (no. 5) te Leeuwarden. In dat geval behouden Burgemeester en "Wet houders van Leeuwarden zich de bevoegdheid voor om, indien te hunner beoordeeling de belangen der gemeente Leeuwarden dit vorderen, een of meer kinderen, voor wie plaatsing op die school was verzocht, te allen tijde op een der andere scholen der 2e klasse b, zoo noodig op een der scholen der 3e klasse, te plaatsen, in welk laatste geval op ver zoek van den belanghebbende teruggave van school geld plaats heeft op de wijze als geregeld is in het le lid van art. 6. De vergoeding, genoemd in art. 5, bedraagt voor de leerlingen in de vorige alinea's bedoeld 16.50. Art. 12. Deze verordening treedt in werking den 1 Janu ari 1910, met welken datum vervallen de bestaande gemeenschappelijke onderwijsregelingen met de ge meentebesturen van Menaldumadeel, Baarderadeel, Dantumadeel, Ferwerderadeel en Achtkarspelen. Leeuwarden 19 De Baad voornoemd, 332 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Bijl. no. 34. ORGANISATIE van den keuringsdienst voor eet- en drinkwaren en gebruiksartikelen. Litt. A. Voorstel van Burgemeester en Wethouders. Aan den Gemeenteraad. Den 30 October 1907 (voortgezette vergadering van den 29 October te voren) nam Uwe Vergade ring het navolgend besluit „de Baad spreekt de wenschelijkheid uit van de oprichting van een gemeentelijk centraal bureau voor de keuring van levensmiddelen en noodigt Burgemeester en Wethouders uit, de voorstellen dienaangaande bij hem in te dienen". Den 26 Januari 1909 werd, „in afwachting van de nadere voorstellen van Burgemeester en Wethou ders tot het vaststellen van die regelingen, die aan de na te noemen opdracht zullen blijken te moeten voorafgaan, in beginsel besloten te zijner tijd voor- loopig voor één jaar bij wijze van proef op te dragen aan C. J. de Vogel en H. W. Sonnega, apothekers alhier, het verrichten van de keuringen van voedings middelen op den voet als in hunne aan Burge meester en Wethouders, den 29 Juli 1908 gerichte missive is omschreven". Dientengevolge stellen wij D thans voor te besluiten Burgemeester en Wethouders te machtigen tot het aanstellen van een keurmeester van den ge meentelijken keuringsdienst, voorloopig voor den tijd van één jaar, op een belooning van f 260. per jaar en op eene door hen vast te stellen instructie. Leeuwarden, 1 December 1909. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden ZIMMEBMAN, Burgemeester. M. GOSLINGS, Seeretaris. Litt. B. Voorstel der Commissie voor het ontwerpen van strafverordeningen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie voor het ontwerpen van strafver ordeningen heeft de eer Uwe Vergadering in overweging te geven vast te stellen eene verorde- dening op eet- en drinkwaren en gebruiksartikelen volgens het onder litt. C afgedrukt ontwerp I en eene verordening tot wijziging der verordening, regelende de politie op den invoer, vervoer, ver koop en de keuring van vleesch, visch, garnalen en vruchten (gemeenteblad no. 9 van 1903) volgens het ontwerp II, onder litt. D afgedrukt. Eene bijgevoegde memorie van toelichting geeft nader de gronden aan waarop beide ontwerpen rusten. Leeuwarden, 24 December 1909. De Commissie voornoemd, de Voorzitter, ZIMMEBMAN. 333

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1909 | | pagina 167