Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909.
Oud art. 55.
Kleine redactiewijziging in het tweede en derde
lid.
Oud art. 56.
Oud art. 57.
Oud art. 58.
Oud art. 59.
dat pensioen en uitkeering gelijktijdig zouden wor
den genoten, het pensioen met het bedrag der
uitkeering verminderd.
Slotbepaling.
Art. 52.
1. Dit reglement treedt in werking op een nader
door Burgemeester en Wethouders te bepalen tijd
stip.
2. Het kan worden aangehaald onder den titel
„Werkliedenreglement".
8. Wijzigingen worden niet aangebracht dan
nadat vooraf do Kamer van Arbeid te Leeuwarden
daarover is gehoord.
Overgangsbepalingen.
Art, 53.
1. Aan de werklieden wordt bij het in werking
treden van dit reglement en van de naar aanleiding
daarvan uitgevaardigde bijzondere voorschriften
voor eiken tak van dienst gedurende drie weken
gelegenheid gegeven om een en ander te onder
teekenen, ten blijke, dat zij met den inhoud daar
van bekend zijn.
2. Ten aanzien van weigering der onderteekening
is het laatste lid van art. 15 toepasselijk.
Art. 54.
1. Binnen 2 maanden na het in werking treden
van dit reglement beslissen Burgemeester en Wet
houders in hoeverre tijdelijke werklieden, die 52
achtereenvolgende weken of langer in onafgebroken
gemeentedienst zijn geweest, nog wederom voor
ten hoogste een jaar in dienst zullen blijven of den
dienst zullen verlaten.
2. In het laatste geval zullen evenwel zij, die
zich daartoe schriftelijk tot Burgemeester en Wet
houders wenden, zoo er overigens geen aanleiding
bestaat tot ontslag, nog evenveel weken in dienst
worden gehouden als zij volle maanden in onafge
broken gemeentedienst zijn geweest.
Art. 55.
Binnen zes maanden na de in werking treding
van dit reglement worden de op het oogenblik der
inwerkingtreding in dienst der gemeente zijnde werk
lieden, die de onderteekening als in het Ie lid van
art. 58 bedoeld, hebben verricht, op den voet van
artt. 29 en 31 in loonklassen gerangschikt en wordt
hun loon vastgesteld, met dien verstande, dat ver
mindering daarvan niet kan geschieden, doch de
aanspraak op de hoogere belooning behouden blijft,
indien deze voor de inwerkingtreding van dit
reglement is vex-kregen.
Art. 56.
In afwijking van het bepaalde bij art. 33, 2e lid,
358
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. Bijl. no. 35.
komen de werklieden aan de gemeentelijke Gas
fabriek, van Gemeentewerken en van de Stads
reiniging, die vóór 1 Januari 1906 en de overige
werklieden, die vóór het in werking treden van dit
reglement hunne 25-, resp. 40-jarige dienstvervulling
hebben herdacht, reeds bij eene 35-, resp. 45-jarige
in plaats van bij eene 40-, resp. 50-jarige dienst
vervulling voor eene gratificatie in aanmerking.
Oud art. 60. Art. 57.
Werklieden, die op het tijdstip van inwerking
treding van dit reglement in het genot zijn van
ziekengeld volgens de bepalingen van het besluit
van Burgemeester en Wethouders van 18 Augustus
1900 (gemeenteblad 1900 no. 23), gelijk dit nader
is gewijzigd, blijven gedurende den loop hunner
ziekte hunne rechten op die uitkeering aan de be
palingen van dat besluit ontleen en.
Oud art. 61. Art. 58.
Feiten door werklieden vóór de inwerkingtreding
van dit reglement gepleegd, die aanleiding kunnen
geven tot bestraffing volgens de bepalingen, die op
het tijdstip dat het feit werd gepleegd geldende
waren, worden krachtens die bepalingen berecht.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
ONTWERP II
In verband met de wijziging in het tweede lid
van art. 52 nieuw van ontworp I is in den aanhef
een geringe redactiewijziging aangebracht.
De Raad der gemeente Leeuwarden
gelet op art. 2 van het Werkliedenreglement
gezien het voorstel van Burgemeester en Wet
houders en het gewijzigde voorstel van de commissie
ad hoe
besluit
te bepalen dat op de lijst, bedoeld bij evenge
noemd artikel, worden gebracht
1°. de werklieden bij gemeentewerken
2°. de gaarders der bruggelden
3°. do werklieden bij de stadsreiniging
4°: de werklieden bij de gemeentelijke gas
fabriek.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
859