Bijlage no. 4.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909.
Wat de beoordeoling betreft van de vraag of
een zeker werk al of niet geschikt is om te worden
aanvaard, ook daarover geeft geen enkel reglement
in Nederland het beoordeelingsrecht aan het Fonds
bestuur of de Fondscommissie. Het Gentsche
reglement zelf doet dat wel. Gelukkigerwijze draagt
het betreffende artikel het nummer 11.
Immers kan dit recht gerust aan de vakvereeni-
ging worden gelaten, waar het nu, zonder bijslag,
toch ook veilig is. Natuurlijk zal iedere vakver-
eeniging zoo het maar eenigszins kan, zijn werk-
looze leden weer zoo gauw mogelijk aan 't werk
willen zien. Het recht moet bovendien aan de vak-
vereeniging blijven omdat waar is, wat Mr. H. J.
Tasman schrijft in „Verzekering tegen werkloos
heid"
„Men kan in onzen tijd van toenemende be
roepssplitsing aan den eenen kant met hare
speciale beroepssischen voor den individueelen
arbeider, met hare, zij het langzaam toenemende
vakbewegingen hare ua&eischen aan den anderen
kant, niet verlangen van den individueelen werk-
looze, dat hij elk werk, tegen welk loon ook zal
aannemen. Hij zal en mag den eisch stellen,
dat hem passend werk tegen passend loon
wordt aangeboden.
Hier komt een nieuwe moeilijkheid.
Waar werk wordt aangeboden, doch gewei
gerd, zal het niet gemakkelijk zijn, uit te
makeD, of hier terecht geweigerd is, of dat op
grond van deze weigering de werkloosheid
beschouwd moet worden als vrijwillige werk
loosheid. Waar geen werk wordt gevonden zal
het niet gemakkelijk zijn te beslissen of het
met voldoende energie is gezocht.
Deze voorbeelden zijn gemakkelijk met andere
te vermeerderen. Welnu in deze gevallen zijn
de moeilijkheden veel geringer, zoo men de betrok
ken personen zelf hiervoor in hunne vakvereeni-
gingen laat zorgen.
De vakvereenigingen uit leden eener zelfde
branche bestaande, onderling vrij gelijk in ge
woonten en levensomstandigheden, zijn eener-
zijds het best in staat in hun eigen belang de
noodige controle uit te oefenen, hebben ander
zijds niet het groote belang zoo scherp tuschen
de vrijwillige en onvrijwillige werkloosheid te
onderscheiden."
cl. In navolging van 's Gravenhage is door mij
de uitkeeringstermijn van den bijslag tot 90 dagen
uitgebreid. De meeste vakvereenigingen gaan wel
niet verder dan 6 weken, maar wellicht wordt die
uitbreiding van den toeslagstermijn der gemeente
juist een prikkel om met hun verzekering in de
vereeniging nog verder te gaan.
Artikel 9a.
Een nieuw artikel 9a wordt voorgesteld, luidende
In tijden van buitengewone werkloosheid kan de
commissie van den Raad machtiging bekomen tot
het uitkeeren van den bijslag, ook nadat de vakver-
eenigingsuitkeering is gestaakt.
TOELICHTING.
Zooals reeds door mij bij de algemeene beschou
wingen werd gezegd, faalt het Gentsche stelsel
juist op het moment dat steun het meeste noodig
is, vooral in tijden van groote en langdurige werk
loosheid. De kleine vakvereenigingskassen raken
dan uitgeput en de bijslag kan niet meer worden
verleend. De ondervinding door de Gentenaars op
gedaan, bracht lien er toe een verbetering aan te
brengen en voor zulke gevallen de mogelijkheid te
openen, om aan hen, die zelf reeds deden wat ze
kondon, de uitkeeringen nog een tijdlang te kunnen,
voortzetten, de arbeiders zoodoende nog van armen
zorg afhoudend.
Met bovenstaand nieuw artikel 9a wordt die ver
betering ook in het Leeuwarder-ontwerp aange
bracht.
Bijlage tot het verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909. BgltlO. ~f
VERDEELING der gemeente in
stemdistricten.
Aan den Gemeenteraad.
Bij gelegenheid van de behandeling der gemeente-
begrooting voor dit jaar in de vergadering van 2
November 1908 (Handelingen pag. 122) is de na
volgende motie in handen van Burgemeester en
Wethouders gesteld ten fine van prae-advies
„de Raad noodigt Burgemeester en Wethouders
uit een ontwerp-verordening bij hem in te dienen,
voorstellende de verdeeling van één of meer kies
districten voor de verkiezing van leden van den
Gemeenteraad in stemdistricten
besluit bij den Minister van Binnenlandsche
Zaken aan te dringen op vermeerdering van liet
aantal stemdistricten voor de Tweede Kamer in
de gemeente Leeuwarden."
Ter voorbereiding van de behandeling in Lwe
vergadering dezer motie het getal kiezers voor de
raadsverkiezingen in elk der drie districten volgens
de laatst vastgestelde kiezerslijst nagaande, telden
wij in het le kiesdistrict 1192 kiezers, behalve de
schippers in het 2e 1192 en in het 3o 1528 kiezers.
Hoewel de wet, gelijk zij ten aanzien van de alge
meene en gewestelijke verkiezingen doet (art. 128
dor kieswet en art. 2 der wet van 5 November 1852
Stbl. 197, zooals dat art. nader is vastgesteld bij
de wet van 28 April 1897 Stb. 111), niet ook voor
de raadsverkiezingen aangeeft dat het getal kiezers
per stembureau in den regel niet moer dan 1000
mag zijn, komt het, nu toch Uwe Vergadering
besloten heeft de thans aan de orde zijnde aange
legenheid nader onder de oogen te zien en zij haar
niet dadelijk in November laatstleden bij de begrooting
heeft afgedaan, ons voor, dat in het derde raads-
district, begrensd door Tijnje, Vliet, Tuinen, Twee-
baksmarkt, Nieuwestad, Stadsgracht, Harlingervaart
en zuider gemeentegrens, een splitsing in twee stem
districten zal kunnen worden aangebracht, omvat
tende a. (op de teekening geel gekleurd) de wijken
B, D, F, G, V en W met 867 en b. (grijs) de wijken
T en U met 661 kiezers. De scheidingslijn wordt
dan gevormd door de stadsgracht van Vlietsterbrug
tot den weg Achter de Hovendien weg tot aan
de meest zuidelijke bocht, en vandaar het voetpad
tot de gemeentegrens.
Als stemlokalen zullen kunnen worden aange
wezen a. een lokaal in de Beurs en b. een lokaal
van bewaarschool no. 2 aan het Zuidvliet. Te
dezen opzichte verwijzen wij naar de bij de stukken
gevoegde briefwisseling met den Directeur van
gemeentewerken, de commissie van toezicht op het
Lager Onderwijs en de raadscommissie voor tie
bewaarscholen.
Eindelijk wenschen wij het stemlokaal voor het
onveranderd blijvende tweede district, dat thans in
een lokaal van het gymnasium, in gebruik bij de
Landbouwwinterschool, gevestigd is, met het oog
op eene aanstaande uitbreiding der laatstgenoemde
inrichting, waarbij dat lokaal niet langer voor stem
mingen zal kunnen worden gebezigd, over te bren
gen naar het even doelmatig gelegen gebouw bij
de Put, hoek Jacobijner kerkhof, dat voor onder
wijsdoeleinden wordt gebruikt en waar voldoende
lokaalruimte beschikbaar kan' worden gesteld.
Voor de algemeene verkiezingen is de gemeente
Leeuwarden bij beschikking van den Minister van
Binnenlandsche Zaken van 25 Maart 1901 in vier
stemdistricten verdeeld, welke indeeling voor de
gewestelijke verkiezingen is govolgd door Gedepu
teerde Staten bij besluit van 2 Mei 1901, no. 108,
3e afdeeling, St. (Provinciaal blad 1901 no. 55).
Naar de laatste kiezerslijst is het kiezerskorps als
volgt over deze districten verdeeld
le stemdistrict819 kiezers, behalve deschippers.
2e 1318
3e 1500
4e 772
Hot ligt voor de hand het le en het 4e district
onveranderd te laten het tweede district kan worden
gesplitst in het, op de kaart blauw gekleurde, ge
deelte benoorden de Spanjaardslaan en gelegen
tusschen de Stienser- en de Groninger straatwegen
(wijken P, Z en AA met 695 kiezers) en het
overige met bruine kleur aangeduide gedeelte wijken
O, X, Y en BB met 623 kiezers), terwijl het tegen
woordige 3e stemdistrict mede in tweeën kan worden
gesplitst, omvattende, rose gekleurd, de wijken <x>,
R, S, V en W met 791 en T en U (groen) met
709 kiezers, zijnde dit laatste het gedeelte der ge
meente, begrensd als hierboven voor het stemdistrict
III5 voor de raadsverkiezingen is aangegeven.
Een rationeele verdeeling, ook met het oog op
de overal te vinden geschikt gelegen stemlokalen,
is naar het ons voorkomt aldus ontworpen. Voor
het eerste stemdistrict (nu IV, gymnastieksehool
Groote Kerkstraat) zal voortaan kunnen worden
aangewezen het stadhuis voor het tweede (nu II,
Gymnasium) een lokaal van het gebouw bij de Put
voor het derde (nu II, Gymnasium) het gymnastiek
lokaal in de Groote Kerkstraatvoor het vierde
(nu III, Beurs) het gymnastieklokaal in hetNieuw-
straatjevoor het vijfde (nu III, Beurs) een lokaal
van bewaarschool no. 2, en voor het zesde (nu I,
stadhuis) een lokaal in het Beurs- en Waagge
bouw.
Wij hebben alzoo de eer U voor te stellen te
besluiten
1. het derde kiesdistrict der gemeente Leeu
warden voor de verkiezingen van leden van den
83