T
KEN OMSLAG NAAR HET INKOMEN
Aangeslagene!! op het Kohier
GEMEENTE LEEUWARDEN,
IU
over het dienstjaar 1909.
138
Bijlage no. 13.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1909.
II. artikel 2 te lezen als volgt
De doodgravers zijn verplicht, overeenkomstig
de tijdstippen, geregeld in de verordening van politie
op het begraven en de begraafplaatsen in de ge
meente Leeuwarden, de begraafplaats voor het
publiek te openen en te sluitentegen den tijd
van sluiten geven zij daarvan kennis door het
luiden van een bel.
De toegang tot de begraafplaats is gedurende de
uren, waarop zij voor het publiek geopend is, vrij
indien zij, die de begraafplaats wenschen te bezoeken,
door het luiden van de bij het hek aangebrachte
bel hun verlangen daartoe te kennen geven, worden
zij door een der doodgravers binnen gelaten. Deze
sluit vervolgens weer het hek.
Kinderen beneden den leeftijd van 14 jaar zonder
geleide van volwassen personen en bezoekers met
honden en kinderwagens worden door de dood
gravers niet toegelaten.
III. in artikel 3 het eerste woord „Zij" te ver
vangen door „De doodgravers".
IV. achter artikel 5 de punt te doen vervallen
en aan het artikel toe te voegen de zinsnede
„en geven van hetgeen op de begraafplaats of op
de graven is geplaatst niets af, noch laten toe dat
er op de graven iets geplaatst wordt, zonder schrif
telijke vergunning van den Directeur".
Y. in artikel 6 tusschen de woorden „verblijf-
kamer" en „steeds" in te lasschen de woorden „en
het lijkenhuis".
VI. in artikel 9, eerste lid, tusschen de woorden
„hen" en „geopend" in te lasschen de woorden
„gedolven of"
het laatste lid te vervangen door het navolgende
Zij zorgen, dat alle bij het begraven gevorderde
gereedschappen tijdig ter plaatse zijn waar dit ver*
eischt wordt en dat na afloop van elke begrafenis
het graf onmiddellijk wordt dicht gemaakt.
VII. aan artikel 11 toe te voegen
d. kippen los te laten loopen of honden te houden*
VIII. aan artikel 12 als derde en vierde toe te
voegen twee nieuwe leden, luidende
Zij mogen zich, zonder toestemming van den
Directeur, nimmer gelijktijdig van de begraafplaats
verwijderen.
Des Zondags is de door den Directeur aan te
wijzen doodgraver verplicht op door eerstgenoemde
te bepalen tijdstippen over de begraafplaats een
ronde te doen.
B. te bepalen dat deze verordening in werking
treedt den 1 Januari 1910.
Leeuwarden, 190
De Raad voornoemd,
VERBETERING.
In onderdeel a van art. 6 der verordening van
politie op het begraven en de begraafplaatsen voor
„zon- en feestdagen" te lezen„zon- en algemeen
erkende Christelijke feestdagen".
VAN DE
VAN DEN
TEN BEHOEVE DER