Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910.
Art. 4.
Ieder gasverbruiker is verplicht één of meer gas
meters in gebruik te nemen. Deze worden door de
gemeente geleverd.
De bepaling van de soort, de grootte en de plaats
van den gasmeter (zoo dicht mogelijk nabij de plaats,
waar de dienstleiding iD het perceel komt) geschiedt
naar de voorschriften van den directeur. AVanneer
tegen die aanwijzing of tegen die voorschriften
bezwaren worden ingebracht, beslist de commissie
voor de gemeentelijke gasfabriek.
Art. 5.
Aroor het plaatsen en het bevestigen van den
meter moet worden betaald
voor een meter van '2 lichten 1.25
11
71
ïi
11
8
11
- 1.25
11
n
ii
71
5
71
- 1.50
n
r>
71
71
10
71
2.
n
ii
71
71
20
11
- 3.—
71
n
71
71
30
71
- 3.50
11
ïi
71
71
50
11
- 4.25
ri
ïi
ii
11
60
71
5.75
71
n
71
71
80
11
- 8.—
ii
ii
71
71
100
71
- 10.—
ii
71
11
17
150
11
- 12.50
Het verwisselen van defecte en het wegnemen
van onnoodig geworden meters geschiedt kosteloos
en door de zorg van de gasfabriek.
Het is den gasverbruiker verboden den meter
met eenige vloeistof te vullenindien bijvulling
noodig wordt geacht, moet hij zich wenden tot
den directeur, die daarvoor kosteloos zorg draagt.
De gasverbruiker is gehouden den meter te vrij
waren tegen beschadiging en koude, en hem te
omkleeden wanneer en zooals dit van wege den
directeur wordt voorgeschreven.
Art. 6.
Yoor het gebruik der gasmeters moet aan de
gemeente huur worden betaald. De huur loopt van
12 Mei tot 12 November en van 12 November tot
12 Mei en bedraagt per 6 maanden
yoor
een
21ichts-meter 0.50
71
71
3
Ti
- 0.70
77
71
5
11
- 0.90
71
71
10
71
- 1.05
71
77
20
71
- 1.40
71
11
30
77
- 1.75
71
71
50
r>
- 2.65
71
11
60
71
- 3.50
71
71
80
71
- 4.55
71
71
100
71
- 5.60
71
71
150
71
- 8.75
Yoor tusschentijds geplaatste meters is de huur
verschuldigd voor zooveel twaalfde gedeelten, als
er nog maanden in het huurjaar zijn; gedeelten
van een maand voor vol gerekend.
196
■BH
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910. Bijl. HO. 9
Teruggaaf van meterhuur wordt niet verleend,
tenzij in de gevallen bedoeld bij art. 20.
Art. 7.
Voor alle gasverstrekkingen van tijdelijken aard,
zooals illuminatiën, ballonvullingen en dergelijke,
worden de kosten van den aanleg, het wegnemen
der geleidingen en de huur der gasmeters door
den directeur bepaald.
Art. 8.
Yoor verlichting buitenshuis of voor die van
eene ganglantaarn, welke is geplaatst boven de
hoofddeur van een perceel, kan worden gebruik
gemaakt van gas zonder meter.
De aanleg der geleidingen geschiedt overeen
komstig het bepaalde bij art. 2. De lantaarn en
lantaarndrager moeten door den aanvrager worden
geleverd.
Art. 9.
De prijs voor de in art. 8 bedoelde lantaarns is
afhankelijk van den gasprijs en den te kiezen licht-
brander en wordt door den directeur naar het aantal
branduren vastgesteld.
Art. 10.
De aanleg der binnenleidingen, van den moter
af, geschiedt door de zorg en voor rekening van
den belanghebbende.
Desverkiezende kan de uitvoering daarvan van
wege de gasfabriek geschieden tegen betaling dei-
kosten, maar ook dan moet al het benoodigde ma
teriaal door den aanvrager worden geleverd.
AVanneer [de aanleg van de binnenleiding plaats
heeft buiten bemoeiing van de gasfabriek, geschiedt
toch de aansluiting van die leiding aan den meter
door de zorg en onder het toezicht van den direc
teur. De betaling van dien arbeid is in het bij art.
5 genoemde tarief begrepen.
Alle nieuw aan te leggen binnenleidingen moeten
zijn van ijzer, koper of ander voldoend stevig metaal.
Hare verbindingen moeten zóó worden aange
bracht, dat zij gemakkelijk zijn bloot te leggen en
niet tusschen of tegen de schroten van plafonds,
en zonder bijzondere vergunning, niet in beschoten
of betimmerde kasten of op eenige andere wijze
verborgen worden. Alvorens de leiding geheel is
afgewerkt, dus vóór de oplevering, moet de aan
vrager den directeur hiervan schriftelijk kennis
geven, die de gaslevering voorloopig kan weigeren,
wanneer hij oordeelt, dat de leiding niet overeen
komstig deze voorschriften is aangelegd. Bij hieruit
voortvloeiende geschillen beslist de commissie.
Een binnenleiding wordt niet aan het gemeentelijk
buizennet verbonden, alvorens zij met het oog op
gas-dichtheid en doelmatigen aanleg door of namens
den directeur is goedgekeurd.
197