80
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910.
stellingen of andere openbare vermakelijkheden,
bij aankomst of vertrek van openbare middelen
van vervoer of bij eenige tot samenloop van
menschen aanleiding gevende gebeurtenis of
in het algemeen in het belang der openbare
orde, het verkeer langs bepaalde straten geheel
of gedeeltelijk moet worden gestremd of daar
voor bepaalde richtingen moeten worden aan
gewezen, moet ieder zich onderwerpen aan de
bevelen dienaangaande van de politie.
Oud art. 93. Art. 30.
6 d. of 1. Het is verboden een optocht te houden
25. of daaraan deel te nemen.
2. Dit verbod is niet van toepassing voor
zooverre gehandeld wordt krachtens door den
Burgemeester verleende schriftelijke vergun
ning en de daarbij gegeven voorschriften
worden in acht genomen.
Oud art. 96. Art. 31.
Het is verboden
10. a. tusschen of door een marcheerenden
troep, een begrafenisstoet of een optocht te
loopen of als bestuurder van een voertuig,
trekdier, motorrijtuig of rijwiel tusschen of
door zoodanigen troep, stoet op optocht te
rijden, zóó dat de orde daarvan kan worden
verstoord
6 d. of b. op eenigerlei wijze de orde van zooda-
ƒ25. nigen troep, stoet of optocht te verstoren.
Oud art. 97. Art. 32.
ƒ15. Het is verboden op straat zijn diensten
als besteller, pakjesdrager of wegwijzer aan
iemand op onbescheiden of hinderlijke wijze
op te dringen of bij het aanbieden van die
diensten tegen den uitgedrukten zin van den
houder of rechthebbende diens goederen aan
te raken.
Oud art. 98. Art. 33.
Het is verboden
5. a. uit baldadigheid aan een huis aan te
te bellen
6 d. of b. in strijd met een door een ambtenaar
ƒ25. van politie op verzoek van een bewoner van
een huis gedaan verbod aan dat huis aan te
bellen.
Oud art. 91. Art. 34
ƒ15. De eigenaar of houder van een of meer
honden is verplicht te zorgen, dat deze binnen
een bebouwde kom der gemeente niet door
herhaald huilen, janken of blaffen voor andere
personen hinderlijk zijn.
Art. 10 der verordening van politie op de Art. 35.
openbare vermakelijkheden enz. ittj.- uj p
J 10. 1. Het is verboden op of aan de straat te
dobbelen of om of met geld te spelen.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910. 710. 4.
Oud art. 89.
Nieuw.
Oud art. 88.
Nieuw.
Oud artt. 60, 3°., 66, 2°. en 67.
2. Dit verbod is niet van toepassing voor
zooverre door den Burgemeester tot het houden
van hazardspel verlof is verleend.
Art. 36.
ƒ5. 1. Het is verboden op de straat te kaatsen,
een vlieger op te laten of voetbal of een ander
balspel te spelen.
2. Dit verbod geldt niet ten aanzien van
plaatsen, daartoe door Burgemeester en Wet
houders aangewezen.
Art. 37.
15. Het is verboden op de straat met steenen,
sneeuwballen of andere voorwerpen te gooien
of te werpen.
Art, 38.
10. Het is verboden binnen den afstand van
150 meter van de straat in het openbaar te
zwemmen of te baden.
Art. 39.
5. Het is verboden aan op de straat rijdende
voertuigen, motorrijtuigen, spoor- of tramwa
gens te hangen of zich, van buiten daaraan
vasthoudende, daardoor te laten medevoeren
of voorttrekken.
Art. 40.
ƒ15. 1. Onverminderd de bepalingen der veror
dening op de marktpolitie, is het verboden
de straat ten gebruike in te nemen.
2. Dit verbod is niet van toepassing voor
zooverre gehandeld wordt krachtens door
Burgemeester en Wethouders verleende schrif
telijke vergunning en de daarbij gegeven
voorschriften worden in acht genomen.
3. Die vergunning wordt geacht verkregen
te zijn voor het op de daarvoor aangewezen
plaatsen en tijdstippen innemen van de straat
met goederen of voorwerpen, waarvoor een
bepaalde marktplaats is aangewezen. Zij wordt
voorts geacht verkregen te zijn voor het in
nemen van de straat op daartoe door Burge
meester en Wethouders aan te wijzen plaatsen
a. met rijtuigen, die op min of meer gere
gelde tijdstippen personen vervoeren van andere
bepaalde plaatsen naar deze gemeente of terug;
b. met vracht- of hondenkarren of rijtuigen,
die geregeld goederen vervoeren van andere
bepaalde plaatsen naar deze gemeente of terug
c. voor zoover kaden of wallen betreft,
met uit vaartuigen geloste, of ter inlading in
vaartuigen aangebrachte goederen
een en ander onder voorwaarde, dat de
aanwijzingen door de ambtenaren der politie
in het belang van orde en veiligheid gegeven,
worden opgevolgd.
