Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910.
Verhinderd moet worden dat zij die slechts voor
enkele dagen in dienst worden genomen met het
oog op zich plotseling voordoende omstandigheden,
b.v. sneeuwval, als tijdelijke werklieden onder het
reglement zouden vallen.
of langer wordt betaald en die als zoodanig voor
komen op een door den gemeenteraad te dien einde
vastgestelde lijst.
Art. 3, 3e lid.
Tusschen „tijdvak" en „of" worden ingelascht de
woorden „van ten minste zes weken".
Art. 4.
De oude redactie (bijlage 21 1903) is hier weer Worde gelezen als volgt:
voorgesteld. Alleen in het 3e lid 2 X 24 uren 1. Tweemaal per week op door Burgemeester en
in plaats van 24, overeenkomstig den wensch Wethouders vast te stellen dag en uur wordt aan de
uitgedrukt in het sectie-rapport (bijlage 10 1909). werklieden gelegenheid gegeven aan het hoofd van
den tak van dienst, waarbij zij werkzaam zijn of aan
dengene, die hem vervangt, de mededoelingen of
verzoeken te doen, die zij in hun belang of dat van
den dienst achten. Zij zullen het doen van deze
mededeelingen of verzoeken kunnen opdragen aan
een of meer hunner medewerklieden bij denzelfden
tak van dienst.
2. Betreffen de mededeelingen of verzoeken in het
persoonlijk belang evenwel een klacht, dan moet
deze door den werkman, wien het aangaat, zelf
binnen 4 X 24 uren na het voorvallen van het feit,
dat tot de klacht aanleiding gaf, worden ingebracht.
3. Wordt na het aanhooren van een mondelinge
klacht door het hoofd van den betrokken tak van
dienst de mededeeling dezer klacht schriftelijk ge
vorderd, dan wordt daaraan binnen 2 X 24urennadeze
vordering door den klager persoonlijk voldaan, bij
gebreke waarvan de klacht niet nader wordt onder
zocht.
Art. G.
De amendementen op artt. 6 en 7 zijn overeen- Worde gelezen als volgt
komstig het in bijlage 37 van 1908 opgenomen Zon- en feestdagen worden geacht te beginnen
voorstel van Burgemeester en Wethouders naar te zes ure in den voormiddag van dien dag en te
aanleiding der amendementen-Oosterhoff. eindigen te vijf ure in den voormiddag van den
volgenden dag.
Art. 7.
Worde gelezen als volgt
1. Onder nacht wordt in dit reglement bedoeld:
's zomers de tijd tusschen namiddags 10 uur en
den volgenden voormiddag 5 uur's winters de tijd
tusschen namiddags 10 uur en den volgenden voor
middag 6 uur.
2. Onder zomer wordt verstaan de tijd van 1 April
tot 1 October, onder winter, die van 1 October tot
1 April.
Art. 9, le lid.
De aanvulling in het le lid den de daarmede verband Worde sub d gelezen als volgt:
houdende in het tweede lid zijn noodig om duidelijk d. ten minste 52 weken onafgebroken in tijde-
te doen uitkomen dat do 52 weken een doorloopend lijken dienst enz.
tijdvak moeten vormen. Worde toegevoegd
106
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910. Bijl. no. 5.
De andere aanvulling is niet bepaald noodig,
doch wel voor de volledigheid wenschelijk gebleken.
lichamelijk geschikt zijn in den zin der ver
ordening, regelende het geneeskundig onderzoek
van personen, die in aanmei'king komen voor aan
stelling in den dienst der gemeente en van hare
instellingen.
2e lid.
Houdt verband met de aanvullingen in het vorig lid. Tusschen „na" en „52" worde gevoegd het woord
„onafgebroken".
Tusschen „hij" en „geacht" worden gevoegd de
woorden behoudens het bepaalde sub f van
het eerste lid",
Art. 14.
Aan het oude artikel is de voorkeur gegeven, omdat Worde gelezen als volgt:
het veelal ondoenlijk zal blijken juist den kosten- 1. Een verloren of in't ongereede geraakt dienst-
den prijs der dienstboekjes te bepalen. Allicht boekje wordt door het betrokken hoofd van den
zullen zij duurder komen dan 0.5Ü per stuk (zie tak van dienst op aanvraag van den werkman tegen
artikel 11). betaling van 0.50 aan de gemeente door een
duplicaat vervangen.
2. Niet voldoende netjes onderhouden dienstboek
jes, ter beoordeeling van het hoofd bovengenoemd,
worden niet meer bijgeschreven, maar, mede tegen
f 0.50 vergoeding aan de gemeente, door nieuwe
Art. 18.
Ook hier is de oude redactie hersteld. De Com- Worde gelezen als volgt
missie schrapt de laatste woorden, doch het is niet De werkman is verplicht, zich jegens zijne supe-
duidelijk hoe zij tot de meening komt dat, bij hun rieuren en jegens het publiek ordelijk en behoorlijk
behoud, het scheidsgerecht eventueel minder vrij te gedragen en jegens zijne medewerklieden ver
zou zijn. draagzaam en hulpvaardig te zijn, een en ander ter
beoordeeling van het betrokken hoofd van den tak
van dienst.
Art. 19.
De door de Commissie in het le lid voorgestelde
wijziging komt niet gewenscht voor. Zij wordt
niet toegelicht en gaat verder dan een bloote redac
tieverandering.
Ook van het 3e lid is de oude redactie hersteld
omdat het niet wenschelijk voorkomt thans reeds
bij de artikelen incidenteel uit te maken of beroep
op het scheidsgerecht moet openstaan of niet. Bij
art. 47 (bijlage 35) zal worden voorgesteld de be
slissing dienaangaande te nemen bij de verorde
ning die het scheidsgerecht nader zal regelen.
Overeenkomstig het voorstel der Commissie is
„bruikleen" in „gebruik" veranderd. Zie ten opzichte
van de woorden „ter beoordeeling van het betrokken
hoofd van den tak van dienst" de aanteekening bij
het amendement op artikel 18. Het tweede lid,
in redactie gelijk aan dat der Commissie, heeft in
werkelijkheid een geheel andere strekking. Vgl.
de aanteekening bij het vorig artikel.
Worde gelezen als volgt
1. Hij is aansprakelijk voor de hem ter verwer
king verstrekte grondstoffen en voor de hem toever
trouwde werkmiddelen.
2. Hij is verantwoordelijk voor alle bij de uit
oefening bij zijnen dienst door hem opzettelijk of
door groote onachtzaamheid toegebrachte schade.
3. Het betrokken hoofd van den tak van dienst
bepaalt het bedrag der vergoeding.
Art. 20.
Worde gelezen als volgt
1Indien gereedschappen, die van gemeentewege
aan den werkman in gebruik worden gegeven,
moeten worden vervangen, dan ontvangt hij de
nieuwe slechts tegen inlevering der oude of na ver
goeding van hetgeen door zijn schuld of onachtzaam
heid is beschadigd of verloren gegaan, tenzij, ter
beoordeeling van het betrokken hoofd van den tak
107