117
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910.
Voor de sloot die ten zuiden het terrein begrenst
en die gedempt moet worden, moet met drie
eigenaren (kadastraal nos. 1910, 2395 en 2486)
worden overeengekomen, die, behalve de gemeente,
rechthebbend op de sloot zijn voor de oostelijk
gelegen sloot met één (kadastraal no. 1276) en voor
die ten noorden ook met één eigenaar (no. 2067).
Het is echter reeds gebleken, dat ten opzichte van
dezen laatste voorloopig geen gunstig resultaat kan
worden bereikt, zoodat de aanleg der blokken I,
II en III en dus ook van de noordelijke straat-
vakken, bij de letters B en C, voorshands achterwege
moet blijven. Dat gedeelte van het land kan dien
tengevolge aanvankelijk nog als gardeniersland
verhuurd worden.
Voor het doen uitmonden der drie oostwest
loopende straten op Oldegalileën en voor den aanleg
van het bouwterrein zullen de opstallen dor ge
meente nos. 2079 en 2090, eveneens bij Hitman in
gebruik en tot 15 November 1910, hetzij bij het
land, hetzij als afzonderlijke woning verhuurd,
moeten worden geamoveerdeveneens de aan R_
Koster en B. van der Heide tot 12 Mei van elk jaar
met de bleekveldjes en loods nos. 2082 en 2085 ver
huurde pandjes nos. 2080 en 2081ten slotte komt ook
voor ontruiming in aanmerking het terrein no. 2139,
in huur bij de afdeeling Leeuwarden der Provinciale
Friesche Werkliedenvereeniging tot 3 Januari 1913.
Voor de middelste der drie straten eindelijk moet
worden getracht de beide in het tracé vallende
perceeltjes 1895 en 1897 in eigendom te verkrijgen.
Door den Directeur worden op de teekening de
bouwblokken VIII en IX reeds in gedachten door
getrokken over de zuidwaarts aangrenzende, niet
aan de gemeente toebehoorende perceelen nos. 2395
en 2486. Inderdaad schijnt het wenschelijk, komen
mettertijd ook die gronden in exploitatie, reeds nu
te zorgen, dat de bebouwing zal geschieden in
aansluiting zoowel aan het thans ontworpen plan, als
zuidwaarts aan de woningblokken der vereeniging
„Eigen Brood Bovenal". Het is daartoe voldoende
in beginsel de op de teekening getrokken roode
stippellijnen voor die latere bebouwing als rooi
lijnen aan te wijzen. Binnen de aldus ten noorden
der woningen van „Eigen Brood" gevormde straat
vallen dan de kadastrale perceelen nos. 2577,
2484 en 2485. Ten einde hier in de toekomst her
bouw te keeren zullen zij met bouwverbod moeten
worden bezwaard, behalve onteigening, waartoe
voorshands nog niet behoeft te worden overge
gaan, het meest doelmatige middel om op den
duur den tot straat bestemden grond, waarop de
opstallen zijn opgericht, vrij te krijgen.
Eindelijk de kosten. Gelijk boven reeds is gere
leveerd, zijn de uitgaven voor demping en bestrating
van het Pieterseliewaltje op f 5200 begroot. Van
de belanghebbenden, die aanvankelijk den afstand
van den daartoe benoodigden grond en water hebben
toegezegd, hebben sommigen aan die bereidverkla
ring enkele voorwaarden verbonden, die als van
niet te bezwarenden aard aanvaard kunnen worden.
Alleen de eenige hunner, die geen geldelijke bij
drage in de kosten in uitzicht heeft gesteld en
tengevolge van zijn bedrijf schade zal lijden van
de demping, verzoekt eene vergoeding, naar billijk
heid door het gemeentebestuur te bepalen. Behalve
deze uitgaaf staat, tegenover de kosten der dem
ping ad f 5200, aan bijdragen van particulieren
een som van 2550.
Do dadelijk uit te voeren straataanleg op het
terrein Hitman is op f 17.400; do latere door
trekking der drie noordelijke straatvakjes op f 1400
en straatwerk op Oldegalileën, noodig tengevolge der
boven omschreven werken, op 300 begroottotaal
19.100. Bovendien brengen de voor dien aanleg te
sluiten transacties nog eenige kleinere uitgaven mee.
Als prijs der uit te geven bouwterreinen is, al naar
mate de ligging, 6, 6.50 of 7 de c.A. ge
rekend. Dit is iets hooger dan de terreinen op de
voormalige „Bleekerij", waar 5, 5.50 en 6
gevraagd is. De Directeur en de Commissie voor
Openbare Werken zijn evenwel van oordeel, dat
hier de genoemde prijzen mogen worden bedongen.
De uitgifte in erfpacht van de terreinen der „Blee
kerij" gold destijds als een proefneming; te hoog
mocht de grond dus niet worden geprijsd. De om
standigheid dat in een goed jaar tijds alles aldaar
was uitgegeven, toont echter genoegzaam aan, dat
naar bouwterrein in deze omgeving vraag is; in
verband daarmede kunnen, al ligt het onder-
werpelijke terrein iets verder van het stadscentrum,
de genoemde prijzen, ook o.i., veilig worden ver
langd. De kapitaalwaarde, aldus geschat, zal be
dragen voor de blokken I, II en III (1861 c.A.)
11.166, voor de overige (7262 c.A.) 46.353.
Niet gerekend de kleinere en bijkomstige kosten,
waarop straks werd gedoeld, overtreft de gekapi
taliseerde opbrengst de uitgaven alzoo met f 36,000,
globaal berekend, waarvan, indien men aanneemt
dat het geheele complex in een tijdsverloop van
5 jaren van de hand zal gezet zijn en men den
canon op 4 °/0 stelt, nog moet worden afgetrokken
aan renteverlies 2y2 X 4 °/o van f (11,166
46,353) of f 5752 rest alzoo f 30,250.
Dat de canon op 4 moet worden aangenomen,
terwijl de erfpachtsrente voor de terreinen aan
den Hoekstersingel 4'/2 °/o 8'e^t, ligt in de grootere
ruimte der geldmarkt, vergeleken met den toestand
van een paar jaar geleden. Ei' zou mitsdien kans
zijn dat de gronduitgifte weinig coulant liep, als de
gemeente ook thans een canon van 41/2 °/o vroeg, ter
wijl de particulieren nu goedkooper dan destijds geld
zouden kunnen opnemen om grond aan te koopen. Het
totaal bedrag dat dan aan erfpachtsrente zal kun
nen worden ontvangen, zal 2300.76 beloopen.
Hiertegenover zal de gemeente de huur derven
V4
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1910. Bijl. ÏIO. (j
van het gardeniersland f 351, de woningen nos.
2079 782080 f 62.402081 f 62.40en perceel
no. 2139 f 2, alles per jaar, of samen f 555.80.
Er is dus alle aanleiding' om op de gedane voor
stellen in te gaan, zoodat wij U in overweging-
geven
I. in beginsel te besluiten
1. onder voorbehoud dat nader door belangheb
benden worden overgelegd op zegel gestelde be
reidverklaringen tot afstand aan de gemeente voor
den prijs van f 1 per perceel van de vereischte
gedeelten grond en water aan het Pieterseliewaltje,
met bijbetaling in de kosten der verbetering al
daar, op de wijze als in de bij het adres van
H. C. Beekman behoorende bijlage is aangeduid,
tot demping van het water en straataanleg aldaar,
gelijk nader is omschreven in den brief van den
Directeur der Gemeentewerken, d.d. 9 December
1909, no. 1218/1077;
2. tot exploitatie van het gardeniersland, sectie F,
no. 2138, met bij behoorende kadastralo perceelen nos.
2090, 2139, 2079, 2080, 2081, 2082 en 2085 als
bouwterreindit in erfpacht uit te geven tegen
een canon a 4 °/o 's jaars van de waarde, en
verder voor zoover mogelijk onder de voorwaarden,
zooals gesteld zijn voor de uitgifte der bouwter
reinen aan den Hoekstersingelvoorts aldaar straten
aan te leggen en de waarde van de daardoor ge
vormde 9 bouwblokken te bepalen, zooals nader in
bovengenoemd schrijven van den Directeur der
Gemeentewerken is omschreven
3. voor de eventueele bebouwing op de kada
strale perceelen nos. 2486 en 2395 reeds thans als
rooilijnen vast te stellen de op de teekening ge
trokken roode stippellijnen;
4. tot het vestigen van een bouwverbod op de
kadastrale perceelen, gemeente Leeuwarden, sectie
F1, no. 2577, bekend als huis en erf, groot 79 c.A.
no. 2485 als bergplaats, groot 15 c.A.no. 2484
als huis en erf, groot 1 A., 21 c.A., alles eigen
aan de Vereeniging „Eigen Brood bovenal" te
Leeuwarden.
II. te besluiten
1. Burgemeester en Wethouders uit te noodigen
te zijner tijd voorstellen aan den gemeenteraad in
te zenden betreffende de transacties die ter uitvoe
ring van het besluit sub I 1 en 2 alsnog met andere
eigenaren moeten worden gesloten, zoomede om
het noodige te verrichten teneinde de huur te doen
eindigen van de verhuurde eigendommen der ge
meente, die voor de uitvoering van het besluit sub
I 1 en 2 ter vrije beschikking van de gemeente
moeten komen
2. hen voorts uit te noodigen
a. ter uitvoering van het besluit sub I 4 het
noodige te verrichten
b. te zijner tijd de tengevolge van een en ander
noodzakelijke fitiancieele voorstellen bij den ge
meenteraad in te zenden.
Leeuwarden, 12 Maart 1910.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
ZIMMERMAN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.