b. wanneer uit een bij de aanvraag over te leggen
bewijs van een geneeskundige blijkt, dat de leerling
in den loop van het jaar meer dan 30 achtereen
volgende dagen wegens ziekte de school niet heeft
kunnen bezoeken.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911.
de scholen der 2e klasse en der 3e klasse 7/10 en
voor de school der 4e klasse J/2 van het laagste
bedrag van het voor die scholen bepaalde schoolgeld.
Voor kinderen van minvermogenden en voor
minvermogende ouderlooze kinderen bedraagt het
schoolgeld voor de herhalingsschool (vervolgcursus
op de school der 4e klasse) 1/2 van het voor die
school bepaalde schoolgeld.
Burgemeester en Wethouders beslissen, of de
aanvragers om kosteloos onderwijs voor de scholen
der le, 2e, 3e en 4e klasse en de ouderlooze kin
deren, waarvoor het gevraagd wordt, tot de onver-
mogenden behooren.
Zij beslissen mede of de aanvragers om kosteloos
onderwijs of verminderd schoolgeld voor de herha
lingsschool (vervolgcursus op de school der 4e
klasse) en de ouderlooze kinderen, waarvoor het
gevraagd wordt, tot de on- of minvermogenden
behooren.
Art. 2.
Indien meer dan één kind uit hetzelfde gezin
tegelijkertijd eene school der le klasse a. de school
der le klasse b, de school der 4e klasse, of wel de
herhalingsschool (vervolgcursus op de school der
4e klasse) bezoekt, bedraagt het in artikel 1 bepaalde
schoolgeld
voor iederen leerling 3/4 van het schoolgeld,
vastgesteld voor de school, die hij bezoekt, indien
twee leerlingen tegelijkertijd een der genoemde
scholen bezoeken
voor iederen leerling 6/8 van het schoolgeld,
vastgesteld voor de school, die hij bezoekt, indien
drie of meer leerlingen tegelijkertijd een der ge
noemde scholen bezoeken.
Indien meer dan een leerling uit hetzelfde gezin
tegelijkertijd eene school der 2e of der 3e klasse
bezoekt, bedraagt het voor die scholen bij artikel
1 bepaalde schoolgeld voor den tweeden en iederen
volgenden leerling de helft van het voor die scholen
bepaalde schoolgeld, onverschillig of het dezelfde
of andere scholen der 2e of 3e klasse betreft.
De bepalingen van dit artikel zijn niet van toe
passing, wanneer kan worden aangenomen, dat de
kosten van het onderwijs niet komen ten laste van
het hoofd van het gezin.
Art. 3.
Het schoolgeld, tot de bedragen in de vorige
artikelen vermeld, is verschuldigd voor de leerlingen,
die op 1 Januari tot de school behooren.
Voor hen, die in den loop van het jaar worden
toegelaten, is, met inachtneming van de voorgaande
bepalingen, een evenredig bedrag verschuldigd,
berekend over volle maanden met inbegrip van de
maand, waarin de leerling voor het eerst de school
bezoekt.
246
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Bijl. no. 21,
Art. 4.
Het schoolgeld is verschuldigd door hen, die de
leerlingen ter school hebben gezonden.
Art. 5.
Voor de berekening van het inkomen, waarnaar
het schoolgeld wordt geregeld, gelden dezelfde
bepalingen als voor de berekening van den hoofde-
lijken omslag naar het inkomen.
Art. 6.
Van de schoolgeldplichtigen voor de scholen der
le, 2e, 3e en 4e klasse, met uitzondering van hen,
die krachtens eene gemeenschappelijke regeling met
naburige gemeenten leerlingen ter school zenden
en van hen die minvermogend zijn, worden door
Burgemeester en Wethouders kohieren opgemaakt
en vastgesteld door den Raad.
De bepalingen omtrent de kohieren opgenomen
in de verordening tot het heffen van een hoofdelijken
omslag naar het inkomen en die op de tegen de
aanslagen in te dienen bezwaarschriften zijn op de
bovenbedoelde kohieren en de tegen de aanslagen
in te dienen bezwaarschriften van toepassing.
De overige schoolgeldplichtigen worden op door
Burgemeester en Wethouders vast te stellen school-
geldlijsten gebracht.
Art. 7.
De vastgestelde aanslag ondergaat geene verande
ring als door het verlaten van een of meer leer
lingen van de herhalingsschool (vervolgcursus op
de school der 4e klasse) het schoolgeld voor
een of meer leerlingen van de scholen der le
en der 4e klasse, of door het verlaten van een of
meer leerlingen der genoemde scholen het school
geld voor de herhalingsschool (vervolgcursus op de
school der 4e klasse) hooger zou worden.
Art. 8.
Ontheffing of teruggave van schoolgeld wordt
door Burgemeester en Wethouders verleend
1. ambtshalve, wanneer de leerling de school
verlaat wegens het eindigen van den leei'tijd
2. op aanvraag van den schooldgeldplichtige
a. bij overlijden van den leerling, of wanneer
deze de school verlaat door vertrek naar elders, of
wanneer uit een verklaring van hem die den leerling
ter school heeft gezonden blijkt, dat deze de school
niet meer zal bezoeken
Art. 9.
In de gevallen, sub 1 en 2a van het vorig artikel
vermeld, wordt het verschuldigde over volle maanden,
247