Bijlage no. 22. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Aanslagen of gedeelten van aanslagen, waarvan de invordering wegens gebleken onvermogen van de schoolgeldplichtigen of om andere oorzaken, ondanks eene behoorlijke vervolging, niet heeft kunnen plaats hebben, kunnen op gemotiveerde voordracht van den gemeente-ontvanger door den Raad oninvorderbaar worden verklaard. Art. 9. Deze verordening treedt in werking den 1 Januari 1912, met welk tijdstip wordt ingetrokken de ver ordening op de invordering van de schoolgelden voor het openbaar lager onderwijs, vastgesteld bij besluit van 14 Juni 1904 (gemeenteblad no. 28 van 1904), gewijzigd bij besluit van 23 Januari 1906 (gemeenteblad no. 7 van 1906). Leeuwarden, 19 De Raad voornoemd, 250 ■flr'.' - Bijlage tot het verslag der handelingen van den INVOERING eener algemeene belasting op tooneelvertooningen, enz. Aan deft Gemeenteraad. Bij verschillende gelegenheden is in den Raad de wenschelijkheid betoogd van de invoering eener algemeene belasting op tooneelvertooningen enz., welke dan zou moeten strekken ter vervanging der bestaande heffing, die alleen de openbare vermake lijkheden gedurende de kermis betreft, terwijl in Uwe vergadering van 2 November 1910 eene motie tot het onderzoek naar de wenschelijkheid der invoering van een dergelijke belasting met algemeene stem men werd aangenomen. Naar aanleiding daarvan is eene berekening ge maakt van de vermoedelijke opbrengst eener der gelijke belasting, gebaseerd op de grondslagen van de hierna afgedrukte ontwerp-verordening. Hierbij kwam men tot de volgende cijfers Opbrengst der belasting van tooneelvertooningen en vermakelijkheden in vaste inrichtingen8200. in de open lucht, tentoonstellingen enz. 800. in tenten enz. gedurende de kermis, met uitzondering van die voor stoomcar- roussels en draaimolens 600. Samen 4600. Hier af de tegenwoordige opbrengst der belasting op tooneelvertooningen ge durende de kermis (na aftrek der kosten van gaardering) v 400. Rest 4200.— Transporteeren 4200. van Leeuwarden, 1911. Bijl. no. 22. Transport 4200. kosten van materieel en belooningen van ambten aren700. Zuivere opbrengst meer dan thans 3500. Waar aan te nemen is dat de opbrengst der ver pachte plaatsen voor carroussels, die thans van het betalen der belasting tijdens de jaarmarkt zijn vrijgesteld, alsmede die voor circussen, shows enz. zal verminderen bij het heffen dezer belasting, is tegenover die vermindering de voor die inrichtingen te betalen belasting bij de bovenstaande berekening buiten beschouwing gelaten. Bedoelde belasting zal derhalve een vermoedelijke zuivere bate in de gemeentekas brengen van 3500. Dit bedrag komt den te heffen hoofdelijken omslag ten goede, zoodat, in verband met het betrekkelijk zeer hoog percentage daarvan, uit dit oogpunt de invoering der nieuwe belasting aanbeveling zou verdienen. Daarenboven treft zij het vermaak en zal in zooverre geen zwaren druk veroorzaken. Tegenover de schaduwzijde, die de invoering van iedere nieuwe heffing heeft, gelooven wij dus wel dat de wenschelijkheid om haar in het leven te roepen kan worden volgehouden. Wij hebben alzoo de eer U hiernevens, vergezeld van eene memorie van toelichting, ter vaststelling aan te bieden eene ontwerp-verordening tot het heffen van eene be lasting op tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijkheden met daarbij behoorende verorde ning op de invordering. Leeuwarden, 5 Augustus 1911. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, H. BEUCKER ANDREW, l.-Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. ONTWERP. De Raad der gemeente Leeuwarden, Overwegende dat het wenschelijk is, met intrek king van de verordening tot het heffen en op de invordering eener belasting op tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijkheden, vastgesteld bij raadsbesluit van 27 Maart 1888, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 3 Mei 1888, no. 10, laatste lijk gewijzigd bij raadsbesluit van 10 December 1895, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 22 Januari 1896, no. 9, welke verordeningen in den tekst, zooals zij thans luiden, zijn opgenomen in gemeenteblad no. 3 van 1903, tot de invoering eener algemeene belasting op tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijkheden over te gaan; Gelet op het bepaalde bij artikel 240e der ge meentewet Gezien het voorstel van Burgemeester en Wet houders 251

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1911 | | pagina 124