mm ■I, Bijlage no. 38. i I I tl Vr1 I 13 f.ti II 4'-U - „Zij, die krachtens eene gemeenschappelijke regeling met naburige gemeenten leerlingen ter school zenden, worden daarbij aangeslagen als volgtnaar 50.per jaar en per leerling voor de scholen der le klasse anaar 30.per jaar en per leerling voor de school der lo klasse en voor die der 4e klasse; naar 10.per jaar en per leerling voor de school der 2e klasse no. 5" 3°. met wijziging van artikel 10 der voornoemde verordening en van het bepaalde sub h der ver ordening tot wijziging der verordening, houdende bepalingen, waarop kunnen worden aangegaan gemeenschappelijke regelingen met naburige ge meenten omtrent de toelating van kinderen uit die gemeenten tot openbare lagere scholen te Leeu warden, de laatste vastgesteld bij raadsbesluit van den 22 Augustus 1911, te bepalen dat beide iu werking treden den 1 Januari 1913; 4°. in de verordening op de invordering van schoolgelden voor het openbaar lager onderwijs, vastgesteld bij raadsbesluit van den 22 Augustus 1911, na artikel 8 in te lasschen een nieuw artikel 9 van dezen inhoud „Voor zoover dit in de bovenstaande artikelen niet is bepaald, zijn de artikelen 264266 der gemeentewet ten deze toepasselijk" vervolgens artikel 9 te nummeren artikel 10 en de inwerkingtreding der invorderingsverordening daarin mede te bepalen op 1 Januari 1913 5°. in de verordening tot het heffen van school gelden voor het openbaar lager onderwijs, zooals zij is vastgesteld bij raadsbesluit van 14 Juni 1904 (gemeenteblad no. 23) en gewijzigd bij raadsbesluit van 23 Januari 1906 (gemeenteblad no 7), met 1 Januari 1912 te lezen in plaats van „scholen (school) der eerste klasse", „school der tweede klasse a" en „scholen (school) der tweede klasse b" onder scheidenlijk „scholen (school) der eerste klasse fl", „school der eerste klasse en „scholen (school) der tweede klasse". Leeuwarden, 2 December 1911. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J. PATIJN, Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. 342 Bijlage tot hot verslag dor handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Bijl. no. 38. WIJZIGING van het reglement voor de Burgeravondschool en van het besluit omtrent de bezoldiging der leeraren aan die inrichting. (Gemeentebladen 1907 no. 18 en 1908 no. 221907 no. 19 en 1908 no. 23). Aan den Gemeenteraad. Do Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs heeft bij ons een voorstel aanhangig gemaakt tot aanvulling op een paar punten van beide bovenstaande verordeningen, dat wij, na ook dienaangaande het advies te hebben mogen ont vangen van den betrokken Inspecteur, zij het hier en daar in een eonigszins gewijzigden vorm, tot het onze maken en omgezet in hot hiernavolgend ontworp-besluit U ter vaststelling aanbieden. Dit ontwerp behelst, voorzoover tot de voor gedragen wijzigingen nog nadere toelichting nood zakelijk is, vooreerst in onderdeel A sub II eene afzon derlijke regeling voor die loorlingen voor wie het in het bijzonder, of, in verband met den toekomstigen werkkring, in veel mindere mate op vakteokenen aankomt. Voor beide categoriëen, zoowel voor hen dus, die de Burgeravondschool meer als een soort herhalingsschool beschouwen, waarbij het karakter van vakondorwijs niet op den voorgrond staat, als voor hen die hier juist komen om, voor zij in een handwerk gaan, voorbereidende vakkennis op te doen, beantwoordt zoo de school nog meer dan thans aan de bedoeling. In artikel IV is eene wijziging voorgesteld, die eene uitbreiding geeft aan wat ten opzichte van het teekenpapier, dat steeds van gemeentewege aan de leerlingen wordt verstrekt, reeds is bepaald. Eigenlijk is bij de aanvulling meer het oog gericht geweest op het gratis gebruik der bij de gemeente in eigendom zijnde passerdoozen, maar de bepaling kan gevoegelijk worden uitgestrekt tot alles wat tot haren in die inrichting aanwezigen schoolinven- taris behoort. Artikel Y. Hier is het voorstel der commissie, die ter zake het advies vernam van den Directeur, gevolgd. De Inspecteur had de inschrijving liever in Juli gezien wij meenden dat op de praktische gronden, die zij zeker voor haar voorstel kan laten gelden, het voorstel der Commissie moest worden overgenomen. B. Mot deze aanvulling houdt die sub III van onderdeel A van het ontwerp verband. De Directeur geniet als leeraar volgens den maatstaf van artikel 2 der verordening voor negen wekelijksehe lesuren f 450.maakt in totaal met zijn toelage als Directeur (artikel 3)/700.Voor gesteld wordt thans en met een overzicht van de wedden elders maakt de Commissie dit aan nemelijk deze laatste op 500.te brengen, doch tegelijkertijd het getal zijner lesuren te be palen op 6, d. i. één per avond. Met de Commissie en den Inspecteur zijn wij van oordeel, dat verlaging van dit getal aan de goede leiding der school slechts ten goede kan komen. In artikel III van onderdeel A van het ontwerp wordt daartoe de toevoeging van een nieuw lid aan artikel 5 van het reglement voorgesteld, terwijl in het jaarwedden-besluit het eerste punt, de ver hooging der toelage als Directeur, moet worden geregeld. Wij hebben de eer U voor te stellen te besluiten tot wijziging van de beide boven besproken ver ordeningen en daartoe te nemen het besluit, dat in ontwerp aan dit voorstel is toegevoegd. Leeuwarden, 13 December 1911. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J. PATIJN, Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. ONTWERP. De Raad der gemeente Leeuwarden Gezien het voorstel van Burgemeester en Wet houders Besluit A. het Reglement voor de Burgeravondschool te Leeuwarden, gemeenteblad no. 18 van 1907, zooals dat is gewijzigd bij gemeenteblad no. 22 van 1908, te wijzigen als volgt I. Art. 3, le lid, 2e zinsnede, wordt gelezen als volgt 343

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1911 | | pagina 170