120 no. 12. Jr. IZ MCla Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Artt. 57 gelijkluidend. Art. 8 (oud). De commissie behoeft de machtiging van den ge meenteraad voor het opnemen van gelden, het aan- koopen, vervreemden, verruilen, bezwaren of ver panden van onroerende goederen, inschrijvingen in een der grootboeken der Nederlandsche schuld of andere effecten, actiën en schuldvorderingen, het oprichten van nieuwe of vernieuwen van bestaande gebouwen, het doen van buitengewone met ver nieuwing gelijkstaande herstellingen en voor alle andere daden, die buiten het gewone beheer vallen. Teneinde overeenstemming te verkrijgen met de letter der wet, is het woord „beambten" telkens vervangen door „bedienden." Art. 10 gelijkluidend, behoudens de laatste zinsnede. Zie aanteekening bij art. 9. Art. 5. Do commissie vergadert ten minste eenmaal per maand, op tijd on plaats door haar zelve te bepalen. Overigens regelt zij zelve de verdeeling harer werkzaamheden, die in een reglement van orde, door haar vast te stellen en aan den gemeenteraad mede te deelon, worden omschreven. Art. 6. De leden der commissie nemen hunne functiën waar zonder geldelijke belooning. Voor kosten van vergaderingen wordt jaarli jks eene som op de begrooting uitgetrokken. Art. 7. Do commissie levert maandelijks aan Burgemeester en Wethouders een staat in van den goldelijken toe stand en do werkzaamheden der bank. Art. 8. De commissie behoeft de machtiging van Burge meester en Wethouders voor alle daden, die buiten het gewone bestuur vallen. Aan het slot van het eerste lid is eene zinsnede en aan het artikel een nieuwe toegevoegd. nieuwe alinea Art. 9. Alle ambtenaren en bedienden der bank zijn aan de commissie gehoorzaamheid verschuldigd. Hot getal, de bezoldigingen on de borgtochten dezer ambtenaren en bedienden worden door den gemeenteraad vastgesteld, de commissie gehoord. Art. 10. De eerste ambtenaar dor bank voert den titel van directeur. Hij wordt benoemd door den gemeente raad. De commissie zendt daartoe tijdig eene voor dracht van drie personen in. Hij kan te allen tijde worden geschorst en ont slagen geschorst door Burgemeester en Wethouders en ontslagen door don gemeenteraad, in beide ge vallen de commissie gehoord. Schorsing en niet eervol ontslag zijn met redenen omkleed. Art. 11. De benoeming, schorsing en het ontslag van alle overige ambtenaren en bedienden geschiedt door de commissie, den directeur gehoord. De laatste zinsnede van het vorige artikel is ten deze toe passelijk. Van alle te dezer zake genomen besluiten wordt aan Burgemeester en Wethouders kennis gegeven. Van een besluit tot ontslag, anders dan op eigen verzoek, kan de belanghebbende binnen den termijn van 14 dagen, te rekenen van den dag, waarop Bijlago tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Zie aanteekening bij art. 9. hij schriftelijk daarmede in kennis is gesteld, in beroep komen bij Burgemeester en Wethouders. Burgemeester en Wethouders doen binnen 30 dagen uitspraak, den belanghebbende gehoord. Hun uitspraak treedt voor het besluit der commissie in de plaats. Art. 12. De directeur legt in handen van Burgemeester en Wethouders, alle andere ambtenaren en bedienden leggen in handen van de commissie den eed of de belofte af, dat zij getrouw en naar behooren hunne bediening zullen waarnemen, geene gelden of giften van de pandgevers zullen vorderen, inhouden of aannemen boven hetgeen dezen, krachtens dit regle ment, verschuldigd zijn, en het geheim bewaren omtrent de werkzaamheden der bank, uitgezonderd tegenover de commissie en de justitie. Art. 13 (oud.) Art. 13. Eene instructie, door den gemeenteraad vast te Eene instructie, door den gemeenteraad vast te stellen, de commissie gehoord, regelt de werkzaam- stellen, de commissie gehoord, regelt den werkkring heden der ambtenaren en beambten der bank. en de aansprakelijkheid der ambtenaren en bedienden der bank. Art. 14. Art. 14 gelijkluidend. Jaarlijks in de maand Februari levert de commissie aan Burgemeester en Wethouders een beredeneerd verslag omtrent den staat der bank in. Zij zendt jaarlijks vóór den eersten April aan den gemeente raad ter goedkeuring de rekening en verantwoording van de ontvangsten en uitgaven van het vorig dienst jaar met de daartoe behoorende bescheiden. Art. 15. Jaarlijks vóór den eersten October wordt door de commissie aan den gemeenteraad ter goedkeuring aangeboden eene begrooting voor het volgend dienst jaar, naar de voorschriften van Burgemeester en Wethouders opgemaakt. De posten dezer begrooting mogen zonder machti ging van den gemeenteraad niet worden over schreden. Geene uitgaven mogen plaats hebben voor zaken, welke hare omschrijving in de begrooting niet vinden. Art. 16. De commissie draagt zorg voor verzekering tegen brand van de gebouwen en de aanwezige panden, in verhouding tot de geschatte waarde daarvan, bij eene solide maatschappij. De polissen worden aan Burgemeester en Wethou ders ingezonden. Art. 17 (oud). Art. 17. Het bedrijfskapitaal bestaat uitHet bedrijfskapitaal bestaat uit a. het eigen fonds der bank, voortgesproten a. het eigen fonds der bank, voortgesproten uit uit makingen en batige sloten der jaarlijksche batige sloten der jaarlijksche rekeningen, voor zoo- 121 Art. 15 (oud). Jaarlijks vóór den eersten October wordt door de commissie aan den gemeenteraad ter goedkeuring aangeboden eene begrooting van uitgaven ten be hoeve harer administratie voor het volgend dienst jaar, naar de voorschriften van Burgemeester en Wethouders opgemaakt. De posten dezer begrooting mogen zonder machti ging van den gemeenteraad niet worden over schreden. Geene uitgaven mogen plaats hebben voor zaken, welke hare omschrijving in de begrooting niet vinden. Art. 16 gelijkluidend. ii 1

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1911 | | pagina 61