b. fondsen opgenomen van de gemeente, van
andere instellingen of particulieren
b. fondsen opgenomen van de gemeente, krachtens
de volgende artikelen
d. borgtochten door ambtenaren in contant geld
gesteld en in de kas der bank gestort.
Bijl. no. 12
b. een rente bedragende per jaar voor panden
van 0.50 tot 50.12 °/0
50.- 100.-10
b. het in het hulpkantoor te betalen administratie-
loon
d. de bij den verkoop te betalen verhooging
van 5 °/0 voor onkosten.
b. een rente bedragende per jaar voor panden
Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911.
rekeningen, voor zoover deze niet strekken tot
aflossing van opgenomen gelden
c. borgtochten door ambtenaren in contant geld
gesteld en in de kas der bank gestort.
Van het bedrag der sub c vermelde sommen wordt
aan de rechthebbenden eene jaarlijksche rente van
4 percent vergoed.
Art. 1 der Verordening omtrent het verstrekken
van gelden aan de Stads Bank van Leening te
Leeuwarden luidt als volgt
Door de commissie van administratie van de
stadsbank van leening mogen, ten behoeve dier
instelling, gelden uit de gemeentekas worden op-
nomen, hoogstens tot een bedrag van 90000.
Art. 2 van bovenvermelde verordening luidt
De benoodigde gelden worden bij den gemeente
ontvanger aangevraagd overeenkomstig de voor
schriften, reeds vastgesteld bij art. 20 der instructie
voor de ambtenaren en beambten der bank, bij
raadsbesluit van 13 April 1886. De verschuldigde
rente wordt door den Raad bepaald, doch hoogstens
tot een bedrag van vier een tweede procent in het jaar.
Art. 20 is gelijkluidend aan de artt. 3 en 4 van
bovenvermelde verordening.
Art. 21 is gelijkluidend aan art. 5 van boven
genoemde verordening.
Art. 18 (oud).
De bank beoogt geen winst.
Mocht over eenig jaar winst zijn gemaakt en deze
niet moeten worden aangewend overeenkomstig het
bepaalde bij art. 20 van het Koninklijk Besluit van
31 October 1826, dan bepaalt de gemeenteraad, tenzij
ver deze niet strekken tot aflossing van opgenomen
gelden, of, overeenkomstig art. 22, daaraan geen
andere bestemming gegeven is
c. fondsen opgenomen van andere instellingen
of particulieren
Van het bedrag der sub b vermelde sommen
wordt aan de gemeente een jaarlijksche rente ver
goed, die door den Raad, doch niet hooger dan
VU wordt bepaald.
Van de sub c en d vermelde bedragen wordt
aan de rechthebbenden een jaarlijksche rente van
4 vergoed.
Art. 18.
Door de commissie mogen, ten behoeve der bank,
gelden uit de gemeentekas worden opgenomen
tot een bedrag van ten hoogste 90,000.
Art. 19.
De benoodigde gelden worden bij den gemeente
ontvanger aangevraagd overeenkomstig de voor
schriften, vastgesteld bij art. 18 der instructie voor
de ambtenaren en bedienden der bank.
Art. 20.
Van de afgegeven bewijzen van leening en van
de aflossing van elke leening wordt ter secretarie
in een daarvoor bestemd register aanteekening
gehouden.
Bovendien wordt door den gemeenteontvanger
met de bank een rekening-courant geopend, waarin
alle voorschottenen terugbetalingen achtereenvolgend
worden geboekt.
Art. 21.
Door Burgemeester en Wethouders worden het
register en de rekening-courant, in het vorig artikel
bedoeld, nagegaan. Het bedrag, dat blijkens de
voorhanden ontvangbewijzen aan de bank is ge
leend, wordt als kaswaarde beschouwd.
Art. 22.
De bank beoogt geen winst.
Mocht over eenig jaar winst zijn gemaakt, dan
zal deze moeten worden aangewend tot gedeeltelijke
of geheele aflossing van opgenomen geldenmochten
geen gelden zijn opgenomen van de gemeente, van
122
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Bijl
de omstandigheden toepassing mochten vorderen andere instellingen of van particulieren, dan bepaalt
van artikel 19, 2e lid, van genoemd besluit, welke de gemeenteraad, welke bestemming aan de winst
bestemming daaraan zal worden gegeven ten bate ten bate der instelling zal worden gegeven,
der instelling. Mogelijke verliezen worden, voorzoover noodig,
jaarlijks ten laste der gemeentebegrooting gebracht.
Gelijkluidend.
Art. 20 le lid (oud).
De interesten, door de pandgevers te betalen,
bestaan uit
a. een bewaarloon van 2 cent per pand, bij
vooruitbetaling te voldoen
100.- 150—8
150.en daarboven6
De alinea's 2 en 3 zijn onveranderd gelaten.
Art. 21 (oud).
Art. 23.
De inkomsten bestaan uit
a. de interesten door de pandgevers te betalen
c. de winsten, die de verkochte panden opleveren,
voor zoover die niet door de rechthebbenden worden
opgevorderd
Art. 24.
De interesten, door de pandgevers te betalen,
bestaan uit
a. een bewaarloon van 2 cent per pand, bij
vooruitbetaling te voldoen
van 0.50 tot en met 50.12 °/0
boven de f 50.van de eerste 50.12
en 6 °/0 van het bedrag daarboven.
De rente wordt voor allo panden berekend bij
maanden en dagen, van den dag der beleening
tot en met dien der lossing, volgens de daarvan
op te maken interest-tabel.
Indien de rente, voor eene beleening verschuldigd,
minder bedraagt dan één cent, zoo wordt deze
voluit aan de bank betaald de breuken zijn wijders
altijd ten voordeele van de bank, wanneer zij een
vierde cent te boven gaan.
Art. 25.
Zij, die van het hulpkantoor gebruik maken, Zij, die van het hulpkantoor gebruik maken,
hetzij voor beleening, hetzij voor lossing, betalen hetzij voor beleening, hetzij voor lossing, betalen
een administratieloon, bedragende voor ieder pand een administratieloon, bedragende voor ieder pand
beneden een gulden waarde 0.021/z en boven die beneden twee gulden beleende som 0.021/2, van
waarde 0.05. twee gulden en daarboven beleende som 0.05.
Art. 26.
Het le, 2e en 3e lid zijn gelijkluidend aan art. De bank is voor het publiek op alle werkdagen
22 oud, met dien verstande dat het woord „be- geopend, met uitzondering van den dag, waarop
ambten" vervangen is door „bedienden". de verkooping der niet afgeloste panden gehouden
wordt en den daaraan voorafgaanden dag.
De uren van opening en sluiting worden in de
instructie voor de ambtenaren en bedienden geregeld.
Deze uren worden op voor het publiek zicht
bare wijze aan do buitenzijde van het gebouw
aangekondigd.
Het laatste lid van art. 26 is nieuw. De bank is gesloten op Zondagen en algemeen
erkende Christelijke feestdagen op den verjaardag
der Koningin kan zij na 12 uur des morgens ge
sloten worden.
123