130 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Art. 20. Art. 20 is gelijkluidend. Hij waarschuwt de commissie, zoodra de geschatte waarde van de in de magazijnen aanwezige panden de tegen brandschade verzekerde som met vijf duizend gulden te boven gaat. Art. 21. De posten, die in de begrooting van het loopende dienstjaar hunne omschrijving vinden en waarvoor de vereischte werkzaamheden of leveringen onder goedkeuring van don voorzitter gedaan zijn, worden door den directeur gebracht op de aanvrage tot betaling, letter U, en van gespecificeerde en voor „ingediend" geteekende rekeningen voorzien, der commissie ter goedkeuring aangeboden. Na goedkeuring door de commissie is de directeur gemachtigd en verplicht tot onmiddellijke uitbetaling der aangevraagde gelden. Hij doet in de eerste zitting van ieder kwartaal aan de commissie verslag van alle geautoriseerde betalingen en legt de kwitantie daarbij over. Art. 22. Artt. 22 en 23 zijn gelijkluidend. De directeur vormt eenige dagen, vóór den tot de driemaandelijksche veiling vastgestelden dag, uit het register A eene lijst der te verkoopen panden en vergelijkt die met de magazijnregisters. Art. 23. Hij zorgt voor de vervulling der wettelijke be palingen omtrent den waarborg en voor de naleving der verordeningen op de inkomende rechten ten opzichte der gouden en zilveren werken. Hij zorgt tevens voor de naleving van de verkoopconditiën, door de commissie, onder goedkeuring van Burge meester en Wethouders vastgesteld. c. Van de overige ambtenaren en bedienden. Zie de aanteekening bij art. 13. Art. 24. Art. 24 is gelijkluidend aan art. 26 (oud), behoudens De overige ambtenaren en bedienden zijn den verandering van het woord „beambten" in „be- directeur gehoorzaamheid verschuldigd, dienden." Zij zijn verplicht de hun opgelegde werkzaam heden ten spoedigste te verrichten en de aan hun zorg toevertrouwde boeken en registers geregeld en nauwkeurig bij te houden. Art. 25. Zij mogen zich niet van het kantoor verwijderen, voordat de werkzaamheden van den dag zijn geëin digd, tenzij met toestemming van den directeur. Art. 26. Voor eene afwezigheid van één dag hebben zij verlof van den directeur, voor eene afwezigheid van meerdere dagen dat van den voorzitter, den directeur gehoord, noodig. Zie de aanteekening bij art. 13. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Bijl. no. 12. Art. 29 (oud). Indien een dier ambtenaren of beambten wegens ziekte of andere oorzaken, gedurende eenigen tijd afwezig zal blijven, wordt door aanstelling van een tijdelijk beambte in den dienst voorzien, indien de commissie van administratie dit noodzakelijk oor deelt. Het 2e en 3e lid zijn ongewijzigd gelaten. Art. 30 (oud). Wanneer bij hen vermoeden mocht bestaan, dat eenig voorwerp, ter beleening aangeboden of in pand gegeven, door misdrijf verkregen is, zijn zij verplicht den directeur daarvan terstond kennis te goven. Art. 27. Indien een der ambtenaren of bediendon wegens ziekte of andere oorzaken, gedurende eenigen tijd afwezig zal blijven, wordt door aanstelling van een tijdelijk bediende in den dienst voorzien, indien de commissie, den directeur gehoord, zulks noodzake lijk oordeelt. Zoolang er in de plaats van den tijdelijk af wezige niet is voorzien, nemen de overige ambtenaren en bedienden diens werkzaamheden gratis waar. Deze laatste bepaling is ook bij verlof van toe toepassing. Art. 28. Wanneer bij hen vermoeden mocht ontstaan, dat eenig voorwerp, ter beleening aangeboden of in pand gegeven, door misdrijf verkregen is, of als verloren is aangegeven, zijn zij verplicht den direc teur daarvan terstond kennis te geven. Art. 29. Art. 2933 zijn gelijkluidend. De schatter stelt de ter beleening aangeboden voorwerpen op prijs na zorgvuldig onderzoek. Panden van meer dan vijf honderd gulden waarde mogen zonder machtiging der commissie niet ter beleening worden aangenomen. Art. 30. Het verlies bij den driemaandelijkschen verkoop op beleende panden geleden kan, zoo dit meer dan f 25.bedraagt, voor 1/a van dit meerdere op den schatter worden verhaald. De commissie beslist daaromtrent na den afloop van iedere verkooping. Art. 31. De schatter arresteert dagelijks mede het beleen- en het lossingregister, letters A en C, en onder teekent mede de driedaagsche rapporten. Art. 32. Bij ontstentenis wordt de schatter door den eersten klerk vervangen. Van de magazijnen en de boekhouding. Art. 33. De magazijnen zijn verdeeld in de volgende afdeelingen A. voor goud, zilver, juweelen en andere kost baarheden B. voor spiegels, schilderijen en soortgelijke voorwerpen C. voor wollen goederen D. voor linnen, katoenen en zijden goederen E. voor bedden, beddegoed enz. F. voor koper, tin en ander huisraad. Voor ieder dezer afdeelingen wordt een afzonderlijk magazijnregister gehouden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1911 | | pagina 66