Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911.
Zie de aanteekening bij art. 24.
Art. 37 (oud).
De volgende registers en staten worden aangehouden
A. enz. (conform art. 35 nieuw).
P. Register van gestolen goederen.
De slot-alinea van art. 35 is nieuw.
Art. 36 is gelijkluidend.
Art. 34.
Ingeval werklieden in de magazijnen werkzaam
zijn, zal voortdurend een bediende der bank aldaar
mede aanwezig moeten zijn en toezicht houden.
Art. 35.
De volgende registers en staten worden overeen
komstig hunne bestemming nauwkeurig aangehouden
A. Register van beleening
Controle der beleening
Register van lossing
Controle der lossing
Magazijnregisters
Algemeen magazijnboek
Register van verkoop
Kasboek
Register van gestolen
goederen
Driedaagsch rapport;
Maandstaat
Aanvraag om fondsen
Register van aan den gemeenteontvanger
afgegeven ontvangbewijzen van opgenomen
kapitalen
Register van afgegeven panden waarvan de
beleenbriefjes verloren zijn;
P. Register van als verloren of als ontvreemd
aangegeven goederen;
Q. Register van gereclameerde meerdere op-
B.
C.
D.
E.
F.
G.
H.
I.
K.
L.
M.
N.
O.
en gereclameerde
R.
S.
T.
brengst van verkochte panden
Journaal der verrichtingen
Grootboek;
Staat van algemeen overzicht;
U. Aanvragentotbetalingvanadministratiekosten
V. Register van administratie
W. Ordonnantiën op aanvragen tot betaling;
X. Register van voorschot.
In het register A worden de panden, in volgorde
naar den tijd der beleening omschreven, met een
volgnummer geboekt.
Art. 36.
In de registers I, O en P wordt door den persoon,
aan wien een daarin opgenomen pand wordt afge
geven, daarvoor geteekend.
In het register I wordt tevens aanteekening ge
houden van het verlies, door bederf van panden
geleden.
Slotbepaling.
Art. 37.
Deze instructie treedt in werking den 1 Juni
1911, op welk tijdstip vervalt de instructie voor de
ambtenaren en beambten der Stadsbank van leening
te Leeuwarden, vastgesteld bij raadsbesluit van 13
April 1886 (gemeenteblad no. 9 van 1886), gewijzigd
bij raadsbesluiten van 11 Mei 1897 (gemeenteblad
132
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1911. Bijl. no. 12.
no. 15 van 1897), 13 October 1903 (gemeenteblad
no. 21 van 1903) en 29 Maart 1904 (gemeenteblad
no. 8 van 1904).
II. met ingang van 1 Juni 1911 in te trekken
de verordening, regelende het getal, de bezoldigingen
en de borgtochten der ambtenaren en beambten van
de Stads bank van leening te Leeuwarden, vast
gesteld bij raadsbesluit van 13 April 1886 (gemeente
blad no. 8 van 1886), gewijzigd bij raadsbesluiten
van 9 Juli 1898 (gemeenteblad no. 11 van 1898),
van 28 Januari 1902 (gemeenteblad no. 4 van 1902),
en van 29 Maart 1904 (gemeenteblad no. 7 van
1904) en deze met dien datum opnieuw en onge
wijzigd vast te stellen onder den titel „Verordening,
regelende het getal, de bezoldigingen en de borg
tochten der ambtenaren en bedienden van de Stads
Bank van Leening'', behoudens dat, waar in eerst
bedoelde verordening staat „beambten", wordt
gelezen „bedienden" en in artikel 2 het cijfer „21"
wordt vervangen door „25".
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,