86
Bijlage no. 5.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1912.
De Raad der gemeente Leeuwarden
gezien het voorstel der Commissie voor het
ontwerpen van strafverordeningen
besluit
vast te stellen de navolgende
VERORDENING tot wijziging der verordening
tot voorziening tegen en bij brand.
I.
Artikel 3 wordt gelezen als volgt
Met hechtenis van ten hoogste zes dagen of
geldboete van ten hoogste vijf en twintig gulden
wordt gestraft hij, die op of aan een dak, muur,
goot, gas-, telegraaf-, telefoon- of andere leiding
1°. tusschen zonsondergang en zonsopgang sol
deert, verf afbrandt of werkzaamheden verricht,
waartoe heet of gesmolten metaal wordt gebezigd
2°. anders dan op of onder den beganen grond
met behulp van zoogenaamde benzinebouten soldeert;
3°. anders dan op of onder den beganen grond
metaal smelt of verhit, tenzij met bouten, die op of
onder den beganen grond heet gemaakt zijn.
II.
Na artikel 3 wordt een nieuw artikel 3bis in
gevoegd, luidende
Met hechtenis van ten hoogste zes das-en of
O O
geldboete van ten hoogste vijf en twintig gulden
wordt gestraft hij, die bij werkzaamheden aan
torens, daken en dergelijke de daarbij te bezigen
brandbare stoffen anders verhit dan op den beganen
grond, in de open lucht en in metalen potten, die
tegen het inslaan van het vuur voldoende beveiligd
zijn.
III.
De punt achter artikel 6 wordt vervangen door
een komma-punt en aan het artikel toegevoegd het
navolgende
3°. die niet nakomt de algemeene of bijzondere
voorschriften, die aangaande de op- of inrichting
van het magazijn of de bergplaats, de hoeveelheid
der opgeslagen stoffen of de wijze waarop deze
opgeslagen of opgeborgen zijn of worden, door
Burgemeester en "Wethouders met het oog op
mogelijk brandgevaar worden gegeven.
IV.
Artikel 37 wordt gelezen als volgt
In bijzondere omstandigheden kan door Burge
meester en Wethouders vrijstelling, al of niet onder
nadere voorwaarden, verleend worden van de be
palingen van de artikelen 3, 3bis, 8, 13 en 15.
Leeuwarden,
19
De Raad voornoemd
y.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1912. Bijl. no. 5.
WIJZIGING der verordening tot regeling
van het openbaar lager onderwijs
(Gemeenteblad 1911 no. 23).
Aan den Gemeenteraad.
Door Uwe Vergadering werd den 13 September
1910 besloten, voor het nemen van een proef met
een derde leerjaar uitsluitend voor de nuttige hand
werken aan de herhalingsschool voor meisjes, een
crediet ter beschikking van Burgemeester en Wet
houders te stellen. Die proef is dermate goed
geslaagd, dat zij ook voor het jaar 1911/12 is
gecontinueerd en, op advies van den leider der
school, Burgemeester en Wethouders aan de Com
missie van Toezicht thans de vraag hebben voor
gelegd of dit leerjaar niet definitief in het plan
moet worden opgenomen. De Commissie adviseert
hiertoe over te gaan. Hetzelfde gunstige advies
is ontvangen van den districts-schoolopziener en
de hoofden der lagere scholen, wier gevoelen volgens
de wet moet worden ingewonnen, en wij raden IJ
dus aan deze verbetering in het herhalingsonderwijs
voor meisjes, waardoor blijkbaar aan een bestaande
behoefte wordt voldaan, aan te brengen. Het
onderwijs wordt vier avonden per week van 68
gegeven, d. i. 8 uur per week in het geheel. De
bedoeling is, aanvankelijk een half uur van deze
voor de fraaie, de resteerende 7% voor nuttige
handwerken te besteden.
Wij geven U in overweging te besluiten volgens
het bijgaande ontwerp.
2 December 1911.
Leeuwarden, 20 Japu>ri 1912.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. LATIJN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
ONTWERP.
De Raad der gemeente Leeuwarden
overwegende dat het wenschelijk is, de gelegen
heid voor voortgezet onderwijs in de handwerken
aan de herhalingsschool voor meisjes uit te breiden
gezien het schrijven van den schoolopziener in het
district Leeuwarden, d.d. 20 December 1911, no. 492,
de berichten van de hoofden der openbare lagere
scholen nos. 1—11 alhier, alsmede het voorstel van
Burgemeester en Wethouders
besluit
het tweede lid van artikel 11 der verordening-
tot regeling van het openbaar lager onderwijs in
de gemeente, vastgesteld bij raadsbesluit van 23
Februari 1904, gemeenteblad no. 6 van 1904,
laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 22 Augustus
1911, gemeenteblad no. 23 van 1911, en in haren
tekst, zooals deze na 1 Januari 1912 luidt, mede
Bestaande redactie.
Beide scholen hebben een cursus van twee jaren.
in laatstgenoemd
gemeenteblad
opgenomen, te
lezen als volgt
„De herhalingsschool voor jongens heeft een cursus
van twee, die voor meisjes een van drie jaren."
Leeuwarden,
19
de Raad voornoemd,
87