Art. 1.
2100
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1912.
a
a
3
a
"o
i>
Hoofdstuk
II.
Afdeeling
IV, V
en VI.
OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN.
Ontvangen
BEDRAG
in 1910.
GERAAMD BEDRAG
voor
1911.
1912.
Art, 1.
8 Art. 1.
Transport f 301125.-
kunnen stellen eene ronde som van 11625.-
Rest voor het primitief kohier f 289500.-
Hierbij het vermoedelijk bedrag der
suppletoire kohieren waarvan het gemid
delde cijfer over de laatste driejaren be
droeg 11881.07. In 1910 was het
totaal dier kohieren 11560.21, in ver
band waarmede wordt uitgetrokken
eene ronde som van11500.-
Totaal der vermoedelijke opbrengst 301000.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
2 April 1901, goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 23 September 1901, no. 11, gewijzigd bij raads
besluiten van 27 October 1903 en 22 September
1908, welke wijzigingen zijn goedgekeurd bij
Koninklijke besluiten van 31 December 1903, no.
76 en 11 December 1908, no. 18.
Totaal van de lilde afdeeling
AFDEELING IV.
Belasting op de honden.
Belasting op de honden
De lijsten over 1910 zijn vastgesteld tot een
bedrag van2347.50
Hieraf het bedrag der ontheffingen en
oninbare posten202.50
Rest f 2145.
Met het oog hierop is geraamd eene ronde som
van 2100.
Het bedrag der eventueel te verleenen restitutiën
is uitgetrokken onder volgno. 126.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
25 Juli 1905, goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 9 September 1905, no. 35.
Totaal van de IVe afdeeling
AFDEELING V.
Belasting op tooneelvertooningen en andere openbare
vermakelijkheden.
Belasting op tooneelvertooningen en andere open
bare vermakelijkheden
De opbrengst over 1910 ad 474.01 in aanmer
king genomen heeft men gemeend eene ronde som
van f 450.te kunnen ramen.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
27 Maart 1898, goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 3 Mei d. a. v., gewijzigd bij raadsbesluiten
van 28 Januari 1890 en 10 December 1895, laatstelijk
goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 22 Januari
1896, no. 9.
Totaal van de Vde afdeeling
AFDEELING VI.
Rechten, loonen en andere gelden, bedoeld in artikel
238 der gemeentereet en belastingen, waarvan de
heffing krachtens bijzondere wetten geschiedt.
Bruggelden
De opbrongst van bruggelden, die bij gaardoring
worden geïnd, was over 1910 als volgt:
Transporteeren
293298
185
292000 -
293298
2205
18B
292000
301000
301000
2100
2205
474
01
474 01
18661
18661
275
27B
2100-
400
400
16450!-
16450
2100
450
450
17000
17000
6
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1912. Bijl. no. 1.
s
g
3
Hoofdstuk]
II.
Afdeeling
OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN.
Ontvangen
BEDRAG
GERAAMD BEDRAG
voor
fcfi
*0
VI.
in 1910.
1911.
1912.
Transport
Harlingervaartsbrugf 4007.45
Noorderbrug1183.85
Prins Hendrikbrug 8 2668.90
Wirdumerpoortsbrug2309.20
Vrouwenpoortsbrug899.25
le Kanaalbrug3366.50
2e 3510.90
Potmargebrug148.20
18661
275
16450
17000
Samen 18512.85
In aanmerking nemende dat die opbrengst over
1910 door den buitengewoon hoogen waterstand
hooger was dan andere jaren, heeft men gemeend
de volgende bedragen te kunnen ramen als
de Boomsbrug tot Mei 1914 verpacht f 124—
Vhetsterbrug r
Ophaalbrug 1914 5—
Blauwebrug 1914 1.
Poppebrug gegund voor 1.
Harlingervaartsbrug bij gaardering 3700.
Noorderbrug 1100.
Prins Hendrikbrug 2450.
Wirdumerpoortsbrug 2050.
Vrouwenpoortsbrug 825.
Verwersbrug 354.
le Kanaalbrug 3125.
n 2e n 322o.
Potmargebrug 40.
Totaal f 17000—
De heffing geschiedt, wat betreft de doorvaarts-
gelden van de Boomsbrug, de Vhetsterbrug, de
Ophaalbrug, de Poppebrug en de Blauwebrug, krach
tens raadsbesluit van 8 December 1903, goedge
keurd bij Koninklijk besluit van 15 Februari 1904,
no. 46, van de Harlingervaartsbrug, de Noorderbrug,
de Prins Hendrikbrug, de Wirdumerpoortsbrug, de
Vrouwenpoortsbrug, de Verwersbrug en de beide
Kanaalbruggen, krachtens raadsbesluit van den 28
Januari 1908, goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 10 Maart 1908, no. 9 tot 12 Mei 1913) en van
de Potmargebrug krachtens raadsbesluit van 22 Mei
1906, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 4 Juli
1906, no. 53.
9
Art. 2.
Kadegeld
De lijsten over 1911 zijn opgemaakt tot een totaal
bedrag van ruim 2500.In verband daarmede
is eene ronde som van 2500.geraamd.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
25 October 1910, goedgekeurd bij Koninklijk be
sluit van 30 December 1910, no. 82 tot 1 Juli 1912.
2868
666
2300
2500
10
3.
Havengeld
De opbrengst van het havengeld is tot ultimo
December 1912 verpacht voor f 7612.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
8 October 1907, goedgekeurd bij Koninklijk besluit
van 3 December 1907, no. 68.
7612
7612
7612
11
4.
Veergeldenf
De opbrengst der pontveren is tot Mei 1916
761
761
832
i verpacht. Die bij het ziekenhuis voor 601.
bij den Westersingel voor 127.en bij het
Schoenmakersperk voor f 104.per jaar.
De heffing geschiedt krachtens raadsbesluit van
22 November 1898, goedgekeurd bij Koninklijk
besluit van 12 Januari 1899, gewijzigd bij raads
besluiten van 31 Mei 1904, 23 Januari 1906 en 12
Januari 1909, welke wijzigingen zijn goedgekeurd
Transporteeren
29902
94
27123
27944
7