Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1914.
met de tegenwoordige huurders van die perceelen
gardeniersland overeen te komen omtrent de over
neming of overdracht van op dat land staande strui
ken en gewassen, welke nog waarde hebben en om
die des noodig op te ruimen en van de hand te doen;
B. te bepalen dat eene algemeene begraafplaats
zal worden aangelegd op de volgende perceelen, ge
legen tusschen den Ouden Lekkumerdijk en de Dok
kumer Ee, kadastraal bekend gemeente Leeuwar
den, sectie F en wel:
no. 902, als moestuin, groot 1.49.00 H.A.;
no. 1876, als moestuin en boomgaard, groot 1.58.50
H.A.;
no. 1877, als schuur, groot 50 c.A.;
no. .1966, als bergplaats, groot 20 c.A.;
no. 2208, als moestuin, groot 1.59.80 H.A., en
no. 908, als weiland, groot 1.53.20 H.A.;
C. in afwachting van de nadere voorstellen van
Burgemeester en Wethouders in zake de financiëe-
le gevolgen van dit besluit, tot wijziging van de ge-
meentebegrooting en van de betrekkelijke verorde
ningen, hen te machtigen:
I. met de weduwe Tj. B. Plantenga te Leeuwar
den, als eigenares van het onder B genoemde per
ceel no. 908 in sectie F, in onderhandeling te treden
omtrent den aankoop van dat perceel;
II. tot het doen aanleggen van eene algemeene
begraafplaats op de onder B genoemde perceelen
volgens de bij dit besluit behoorende teekening en
hun daarvoor een crediet te verleenen van ten hoog
ste 182.000.—:
III. aan Hare Majesteit de Koningin onthef
fing te vragen van het bepaalde bij artikel 18, le
lid, der wet van 10 April 1869, St.bl. no. 65, betrek
kelijk het begraven van lijken, de begraafplaatsen
en de begrafenisregten, zooals die nader is gewij
zigd, opdat de algemeene begraafplaats door 5 M.
breede slooten kan worden afgesloten.
Leeuwarden, 5 December 1914.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. PATIJN, Burgemeester.
F. KROON, L. Secretaris.
242
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1914. Bijl. tlO. 38.
Bijlage no. 38.
WIJZIGING van het Werklledenreglement.
Aan den Gemeenteraad.
In het sectieverslag omtrent het verhandelde
over de ontwerp-begrootingen voor het dienstjaar
1915 werd bij volgno. 149 der gemeentebegrooting
bijlage no. 32, blz. 222) melding gemaakt van de in
een der secties gedane vraag om uitbreiding van het
aantal verlofdagen, dat gemeentewerklieden voor
eigen rekening kunnen nemen. Naar aanleiding van
het bescheid hierop bij de memorie van antwoord
bijlage no. 33, blz. 226), werd in de raadsvergade
ring van 17 November 1914 door den heer Hiemstra
het voorstel ingediend, om aan artikel 28 van het
Werkliedenreglement het volgende toe te voegen:
„Dit aantal kan met toestemming van Burge-
„meester en Wethouders in bijzondere gevallen wor-
„den uitgebreid.
„Als bijzondere gevallen geldt o.a. het bezoeken
„van congressen door afgevaardigden."
Dit voorstel werd in diezelfde vergadering nader
toegelicht bij de openbare behandeling van boven
genoemd volgnummer der gemeentebegrooting.
(Raadshandelingen, blz. 225 en 226).
De verstrekte toelichting geeft wel een eenigszins
anderen kijk op de zaak dan aanvankelijk, zoodat
wij nader te rade zijn geworden 1 in overweging te
geven op het voorstel in te gaan.
Burgemeester en Wethouders houden het verlee
nen van het daarbij bedoelde verlof, dat steeds voor
rekening van de aanvragers gegeven wordt, geheel
in de hand. Voor misbruik behoeft dus niet te wor
den gevreesd. Trouwens de gevallen zullen vrij zeld
zaam zijn.
Van deze gelegenheid wenschen wij gebruik te
maken U nog een wijziging van het Werklieden
reglement voor te stellen, en wel van artikel 40, 2e
lid. In de praktijk blijkt hetgeen daar is bepaald tot
misverstand aanleiding te kunnen geven. Daarom
zouden wij die bepaling willen verduidelijken en
doen luiden, zooals zij hierna wordt voorgesteld.
Wij hebben de eer P het hieronder afgedrukt ont-
werp-besluit ter vaststelling aan te bieden.
Leeuwarden, 18 November 1914.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J. PATIJN, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
ONTWERP.
BESTAANDE REDACT1E.
Art. 28.
De hoofden van de takken van dienst kunnen bo
ven het verlof in de beide voorafgaande artikelen
bedoeld, aan de bij hunnen diensttak werkzaam ge
stelde werklieden tegen betaling der voor hunne
plaatsvervanging noodige kosten tot ten hoogste 3
dagen in hetzelfde kalenderjaar verlof toestaan.
De Raad der gemeente Leeuwarden;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders;
besluit:
vast te stellen de navolgende
Verordening tot wijziging van het Werk-
liedenreglemen.
Artikel I.
Aan artikel 28 wordt als nieuw tweede lid het
volgende toegevoegd:
„Dit aantal kan met toestemming van Burge-
„meester en Wethouders in bijzondere gevallen wor-
„den uitgebreid. Tot die bijzondere gevallen wordt
„onder meer gerekend liet door de werklieden als
„afgevaardigde bezoeken van congressen."
Art. 40, 2e lid.
Aan een tijdelijken werkman, die ten minste zes
weken onafgebroken in gemeentedienst is geweest,
zal ingeval van ziekte of ander lichamelijk letsel, ge
durende zyn diensttijd, onder gelijke voorwaarden
als aan vaste werklieden, gedurende één week 3/4
van het loon dat hy ontving by den aanvang van de
Artikel II.
Artikel 40, 2e lid, wordt gelezen als volgt:
„Aan een tijdelijken werkman, die ten minste zes
„weken onafgebroken in gemeentedienst is geweest,
„zal, ingeval van ziekte gedurende zijn diensttijd of
gedurende den termijn van 4 dagen na het einde
„der dienstbetrekking of, ingeval van lichamelijk
„letsel gedurende zijn diensttijd, onder gelijke voor
243