Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1914.
BATEN.
ifi-e
tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1914. Bijl. no. 2.
Ontvangen GERAAMD BEDRAG I
BEDRAG
in 1912.
voor
1918.
1914.
II. art19 lb der verordening).
Ontvangsten wegens den aanleg en het gebruik van gemeente
toestellen.
a. Ontvangsten wegens huur van gasmeters
6. Ontvangsten wegens plaatsing en bevestiging van gas
meters n
c. Ontvangsten wegens vergoeding voor het gebruik van
muntgasinstallatiën
Totaal Hoofdstuk II f
7.621 i98
64-3
8.057
7.7ö7
47
87
16.322185
III. Terugontvangst van gestort kasgeld en voorschot der ge
meente ter voorziening in de eventueele behoefte aan kasgeld 218.500
1.759 53
I
I
8.821 16
7.981
643!-
9.965,92
18.34816 j 18.590,90
I
200.000 250.000
I
Totaal Hoofdstuk III j 218.500
IV. {art. 19 lc der verordening).
Eventueel voordeelig saldo der in art. 12 bedoelde rentever
rekening 1.781,616
200.000
Totaal Hoofdstuk IV f 1.781
V. (art. 19 ld der verordening).
250.000!-
II.
III.
82267
60
822
1.781615
67 1.78ll615
Geleien door de gemeente aan het bedrijf te verstrekken ten
behoeve van de verbetering en uitbreiding van het bedrijf
3.148 345
14.316
88
9.542,5#
IV.
a. Voor de vermoedelijke ontvangsten wegens huur van gasmeters is als basis aangenomen het
werkelijk ontvangen bedrag van 1912, zijnde f 7.621,98 vermeerderd met 360,wegens huur van
200 stuks 5 lts. meters.
b. Geraamd overeenkomstig de werkelijke ontvangst over 1912 op 643,
c. In verband met het onder 16 geraamde gasverbruik over muntgasmeters ad 996.592 M3. zal de
vermoedelijke ontvangst berekend naar 1 cent per M3. 9.965,92 bedragen.
Krachtens art. 8 der verordening stort de boekhouder zijn kas, voorzoover zij een bedrag van
f 3.000,overtreft, telkens in de kas van den gemeenteontvanger, terwijl volgens het bepaalde bij
art. 9 het noodige kasgeld bij den gemeenteontvanger wordt opgenomen. Het voor 1914 uitgetrokken
bedrag is iets ruimer genomen dan het werkelijk benoodigde bedrag over 1912.
Overeenkomstig de werkelijk genoten rente over 1912.
V.
Totaal Hoofdstuk V f
VI. {art. 19 le der verordening).
Uitkeering van de gemeente aan het bedrijf ten bedrage van
het zuiver verlies voor zoover dit niet uit het reservefonds wordt
bestreden
Totaal Hoofdstuk VI
VII. Uitkeering uit het afschrijvings- en vernieuwingsfonds
volgens artt. 29a en 296f
Totaal Hoofdstuk VII 22.514!
72
1
3.148 345
14.316
88
9.542
545
Jienmrie
Memorie
1
1
-
22.514
76
20.902
1
705
20.457
455 j
22.514
1
76
20.902 70c
20.457
io6
Het bedrag strekt tot dekking der uitgaven voor aankoop van gasmeters, muntgasinstallatiën,
hoofdbuizen enz. onder de lasten sub XII uitgetrokken en is gespecificeerd als volgt
a. voor aankoop van gasmetersf 3.500,—
b. muntgasmeters8.000,
c. aanleg muntgasinstallatiën en dienstleidingen6.000,
d. kanalisatie10.000,--
e. publieke verlichting2.500,
30.000,—
Hiervan wordt bestreden uit het afschrijvings- en vernieuwingsfondsf 20.457,455
Zoodat geleend moet worden (zie toelichting bij VII)9.542,545
VI.
Vermoedelijk zal geen verlies worden geleden waarom het artikel voor Memorie vermeld is.
VII.
Einde 1914 wordt het bedrag der afschrijving in het fonds gestort ten bedrage van ƒ34.854,175,
waaruit zal worden voldaan het bedrag der 21/2 aflossing over 1914 bedragende 14.396,72,
zoodat dan nog in het fonds aanwezig is 20.457,456, hetgeen volgens artt. 29a en 296 der bedrijfs-
verordening kan strekken tot gedeeltelijke voldoening der gelden, benoodigd ten behoeve van de
verbetering en uitbreiding van liet bedrijf hierboven uitgetrokken tot een bedrag van 30.000,
13
