Bijlage No. 7.
I
I
Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1914.
voerigo kaart en grondteekening van den 14 November
1913 lot en met den 11 December d.a.v. op de gemeente
secretarie voor een ieder ter inzage gelegen heeft en
dat van die nederlegging kennisgeving en bekendma
king is gedaan ingevolge de wet;
gezien liet voorstel van Burgemeester en Wethou
ders, het advies der Gezondheidscommissie, gegeven
bij brief van 27 September 1913, alsmede art. 27 der
Woningwet;
besluit:
in het belang van stelselmatige bebouwing te ver
bieden, dat gebouwen worden gebouwd op de strook
grond, op het bijgaande uittreksel uit het kadastrale
plan geel gekleurd en deel uitmakende van het ka
dastrale perceel gemeente Leeuwarden, sectie G. no.
4785, hiervoren nader omschreven.
L'l
V
Leeuwarden, den
19
De Raad voornoemd
'y: jih. -
1'ij;
I
f ivf
100
Bijlage tot het verslag der handelingen van den
WIJZIGING van de Algemeene Politieverorde
ning (Bijlage No. 5).
Aan den Gemeenteraad.
In de laatste vergadering van den Raad werd aan de
Commissie voor de strafverordeningen voor bericht
en raad in handen gesteld een verzoek van het bestuur
van den Bond van Friesche Veehandelaren, waarbij,
onder aanvoering van verschillende bezwaren tegen
het in de voorlaatste raadsvergadering genomen be
sluit om het veedrijven door personen beneden den leef
tijd van 18 jaren te verbieden, gevraagd werd op dit be
sluit terug te komen en den leeftijd op 16 jaar te be
palen. gelijk door onze Commissie was voorgesteld.
Na kennis genomen te hebben van de aangevoerde
bezwaren en van het oordeel over deze vraag van
den Commissaris van Politie en den Veemarktmees
ter, wier schriftelijke berichten hierbij worden over
gelegd, zijn wij inderdaad van meening dat de gekozen
leeftijdsgrens schade voor de belanghebbenden en uit
breiding van de bemoeiingen der politie met zich
brengt, zonder dat de noodzakelijkheid van die leef
tijdsgrens voldoende is aangetoond.
Het tot nu toe ontbreken van een leeftijdsgrens leidt
tot het gebruiken van kinderen voor dit werk, maar jon
gens tusschen 16 en 18 jaar zijn als regel ervoor ge
schikt en worden er blijkbaar veel voor gebruikt, zon
der bezwaar. De in de laatste raadsvergadering door het
lid G. W. Koopmans geopperde vraag om verder te gaan
en ook een verbod van veedrijven voor personen boven
zekeren leeftijd op te nemen, heeft in de Commissie
een punt van bespreking uitgemaakt, maar de Com
missie geeft er de voorkeur aan, verder gaande
bepalingen met betrekking tot dit onderwerp aan te
houden tot de binnenkort te verwachten herziening van
de verordening omtrent den dienst op de veemarkt.
Van meening dat de Raad, na kennisneming van
de bezwaren van belanghebbenden, goed zou doen
met op zijn besluit terug te komen, stelt de Com
missie voor alsnog te besluiten overeenkomstig haar
oorspronkelijke voorstel (16 jaar; bijlage No. 5).
Tot een dergelijk besluit kwam de Commissie naar
aanleiding van de opdracht van den Raad nader te
overwegen de inkleeding en inlassching van het amen-
dement-Menalda op haar voorstel in zake de aanvul
ling van art. 40. Ie lid, der Algemeene Politieveror
dening.
Het amendement-Menalda luidde, aan art. 40, le lid,
toe te voegen: alsmede aan de straat gelegen stoe-
,ad van Leeuwarden, 1914. Bijl. No. 7.
pen te gebruiken op voor anderen hinderlijke of ge
vaarlijke wijze." In ieder geval zou de Commissie de
voorkeur geven aan opneming van een nieuw artikel
40bis: „Het is verboden aan de straat gelegen stoepen
te gebruiken op voor anderen hinderlijke of gevaar
lijke wijze". In verband hiermede ware in art. 104, 2e
lid, tusschen „40" en „61" in te lasschen „40bis".
Daar echter de ontwerp-verordening, wegens het sta
ken der stemmen over art. 2, nog in haar geheel moet
worden vastgesteld, en de Raad, door het verzoek der
veehandelaren in beraad te nemen, getoond heeft ten
aanzien van het in dat verzoek bedoelde artikel tot
herziening van zijn besluit genegen te zijn, zou de
Commissie liever haar oorspronkelijke voorstel als
nog aangenomen willen zien, strekkende om het ten
gebruike innemen van aan de straat gelegen onaf
gesloten stoepen te verbieden. De Commissie vreest
namelijk dat het door het lid Menalda geamendeerde
artikel een doode letter zal blijven. In ieder geval
zal hinder of gevaar voor derden aangetoond moeten
worden en daar dit zeer moeilijk is, zal het artikel
vermoedelijk zelden of nooit worden toegepast. Het doel
om te kunnen optreden tegen het misbruik, dat in
toenemende mate van de stoepen wordt gemaakt
voor de bewaring van leege kisten, ladders, e. d., zal
zoodoende worden gemist.
Op grond van een en ander heeft de Commissie voor
de Strafverordeningen de eer den Raad voor te stellen,
met intrekking van de in zijn vergadering van 10
Februari jl. te dezer zake genomen besluiten,
I. a. in art. 40, le lid, der Algemeene Politieveror
dening, tuschen „straat" en „ten gebruike" in te voegen
de woorden: „alsmede aan de straat gelegen onaf
gesloten stoepen."
b. bij niet-aanneming van dit voorstel,
1. achter art. 40 in te lasschen een nieuw artikel
40bis, luidende: „Het is verboden aan de straat gelegen
stoepen te gebruiken op voor anderen hinderlijke of
gevaarlijke wijze."
2. in artikel 104 tusschen „40" en „61" in te voegen:
„40bis".
II. aan art. 55, le lid, derzelfde verordening toe te
voegen: „d. hoornvee te doen leiden door een persoon
beneden den leeftijd van 16 jaren".
Leeuwarden, 3 Maart 1914.
De Commissie voor het ontwerpen
van strafverordeningen
De Voorzitter,
J. PATIJN.
107