Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden. 1915.
BATE
Ontvangen
BEDRAG
in 1913.
GERAAMD BEDRAG
voor
1914.
1915.
I. (Art. 19 Ia der verordening op het beheer der
gemeentelijke gasfabriek.)
Ontvangsten wegens te leveren gas en bijproducten en te
bewijzen diensten, zoo aan de gemeente en hare instellingen
als aan particulieren.
a. Ontvangsten wegens te leveren gas aan particulieren
lantaarns
g. Ontvangsten wegens te leveren cokes
231.034
50 248.794
b. Ontvangsten wegens te leveren gas aan muntgasver-
bruikers
c. Ontvangsten wegens te leveren gas aan gemeentege
bouwen
d. Ontvangsten wegens te leveren gas aan kermistenten en
kramen
e. Ontvangsten wegens te leveren gas aan abonnements-
55.241
369 36
16
Ontvangsten wegens vergoeding voor de straatverlich
ting 27.458
100.305:56
h. Ontvangsten wegens verkoop van teer
Over te brengen
14 616
431.856
50
240.366|06
40 59.79552
64.241
40
2.814 66 2.832 12
414 54
4141
34 28.408
3D
135
2.81466
369 36
15 96
24
28.200
96.484 20 91.963
11.479
448.249
12s
355
12.332
440.303
90
07
41
76
ijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1915. Bijl. no. 2.
TOELICHTING.
Voor het gasverbruik door particulieren bedraagt de raming 4.006.101 M3., hetgeen overeen
komt met het werkelijk verbruik van 1913 met een jaarlijksche vooruitgang van 77.040 M3. voor elk
der jaren 1914 en 1915, tengevolge van eene geraamde vermeerdering van het aantal gewone
gasverbruikers met 100 per jaar. Over 19121913 verminderde het gasverbruik door parti
culieren met 56.524 M3. tengevolge van het verlies van enkele groote gasverbruikers aan het Elec-
triciteitbedrijf en bedroeg het verbruik door particulieren 3.852.021 M3. niettegenstaande het aan
tal gewone gasverbruikers met 171 vermeerderde. Er wordt gerekend, dat deze achteruitgang-
niet blijvend zal zijn.
Voor het gasverbruik over de muntgasmeters, bedragende in 1913 920.690 M3. is gerekend, dat
het aantal muntgasverbruikers gedurende de jaren 1914 en 1915 tezamen met 400 zal toenemen,
welke elk gemiddeld 375 M3. gas per jaar zullen gebruiken of 150.000 M3. meer, zoodat het gasver
bruik over de muntmeters wordt gerekend 1.070.690 M®. te zullen bedragen.
Het verbruik door gemeentegebouwen wordt geschat gelijk te zullen blijven aan het werkelijk
verbruik van 1913 ad 46.911 M3., daar geen vermeerdering van lichten wordt verwacht.
Het verbruik door kermistenten en kramen wordt op het werkelijk verbruik van 1913 ad
6.156 M3. geraamd.
Het gasverbruik door abonnementslantaarns wordt overeenkomstig het verbruik in 1913 ge
raamd op 266 M3., daar omtrent toevallige inkomsten tengevolge van te laat overdragen van par
ticuliere straten aan de gemeente niets te zeggen valt en hierop in geen geval mag worden gere
kend.
Over 1913 is de gemeente voor de straatverlichting in rekening gebracht 457.639 M3. gas.
Over 1914 en 1915 kan men rekenen op een vermeerdering van ongeveer 12.361 M3. gas, zoo
dat het gasverbruik voor de straatverlichting voor 1915 op 470.000 M3. wordt geraamd.
Over 19121913 bedroeg de vermeerdering 16.749 M3. doch is deze in verband met het aan
brengen van eventueele electrische straatverlichting lager geraamd. Daar thans alle petroleum--
lantaarns vervangen zijn door gas- of electrisch licht is voor petroleumverlichting geen bedrag
uitgetrokken.
Onder I sub a der lasten is aangenomen, dat voor de geraamde koolgasproductie ad 5.298.224
M3. 18.269.738 K.G. kolen zullen benoodigd zijn. Volgens de uitkomsten over 1913 wordt per 100
K.G. kolen 72.6 K.G. cokes en gruis verkregen, zoodat de totale cokes- en gruisproductie zal be
dragen 13.263.829 K.G. Na aftrek van 31 voor eigen verbruik blijft 69% of 9.152.043 K.G. cokes
en gruis ten verkoop beschikbaar bestaande uit 84 of 7.687.716 K.G. of 192.193 H.L. grove cokes
en 1.464.327 K.G. of 36.608 H.L. gruis welke ongeveer zullen bevatten:
40% of 14.643 H.L. parel a 0.35 per H.L., 32% of 11.715 H.L. gruis a 0.25 per H.L., 28%
of 10.250 H.L. bries a 0.20 per H.L.
Tengevolge van de hooger geraamde gasopbrengst en het dientengevolge lager geraamde
kolen verbruik is de cokesproductie lager geraamd dan voor 1914, terwijl het gewicht per H.L. co
kes overeenkomstig de werkelijke uitkomsten op 40 K.G. is aangenomen in tegenstelling met vroe
gere berekeningen waarbij het gewicht per H.L. cokes op 45 K.G. werd aangenomen volgens de
afleveringsgewichten, dit is met inbegrip van het gewicht aan water.
Van de ten verkoop beschikbare cokes ad. 192.193 H.L. zal ongeveer 30% of 57.658 H.L. ge
klopt worden verkocht a 5 cent per H.L. boven den prijs van grove cokes, zoodat het voor klop-
loon te on tvangen bedrag wordt geraamd op 28S2.90. Over 1913 werd hiervoor ontvangen
2.624,85. De vraag naar het bezorgen van cokes en gruis vanwege de fabriek wordt steeds min
der, zoodat voor 1915 de hoeveelheid is geraamd op 42.000 H.L. a 5 cent per H.L. is 2.100,
Over 1913 werd hiervoor ontvangen 2.350,50.
De koolteerproductie zal, aannemende dat per 100 K.G. der verwerkte kolen 4,5 K.G. teer zal
worden verkregen, ongeveer 822.138 K.G. bedragen gerekend tegen 1,50 per 100 K.G. zal de
koolteer 12.332,07 opbrengen. Over 1913 bedroeg de teeropbrengst 4.63 K.G. per 100 K.G. ge
distilleerde kool.
77