Bijlage no. 37.
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1918. Bijl. no. 37.
VOORSTEL tot het aangaan van eene
geldleening ad f 1.200.000,—.
Aan den Gemeenteraad.
Op de gemeente-begrooting, zooals die laatstelijk
is gewijzigd bij Uw besluit van 13 Augustus 1918,
no. 354 11/71, komen onderscheidene tijdelijke geld
opnemingen voor, in totaal tot een bedrag van ruim
1.100.000,waaraan nog toegevoegd kan worden
erne som van 100.000,voor aankoop van lande
rijen; een groot deel van die som is op korten
termijn opgenomen. Daar niet te voorzien is dat
geld, op langen termijn geleend, in den eersten tijd
goedkooper zal worden en d'e mogelijkheid zeker
niet uitgesloten is dat de rentestand nog meer
ONTWERP
wordt verhoogd, achten wij het gewen scht die tijde
lijke leeningen thans door eene definitieve leening
op langen termen te vervangen.
lm het mede aangeboden voorstel tot wijzi
ging der gemeen tehegrooting, is de voorgestelde
som verwerkt, terwijl de overgelegde staten
(niet gedrukt) den druk aangeven van deze leening
en van alle nog uitstaande leeningen op de middelen
der gemeente.
Wij hebben de emr U voor te stellen te besluiten
overeenkomstig het hieronder in ontwerp volgend
besluit.
Leeuwarden, 2 October 1918.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
SCHOONDERMARK, l.-Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
De Raad der gemeente Leeuwarden;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wet
houders
besluit:
tot aflossing van tijdelijke geldopnemingen op de
gemeentebegrooting voor 1918 en voor den aankoop
van landerijen, aan te gaan eene geldleening tot een
bedrag van 1.2C0.0C0,tegen eene rente van 5
in het jaar, en voor deze geldleening vast te stel
len heit navolgende plan:
Artikel 1.
Deze geldleening wordt aangegaan tot een nomi
naal bedrag van 1.200.0(10,Zij is verdeeld in
obligatiën van 1000,gesteld op naam of aan
toonder, ter keuze van den inschrijver. De obliga
tiën zijn doorloopend genummerd van 1 tot 1200 en
kunnen op verlangen van den inschrijver worden
gesplitst in onderaandeelen van 500,
De gesplitste obligatiën dragen een zelfde num
mer, doch worden onderscheiden door bijvoeging
van A of B.
Artikel 2.
De rente, ingaande op den dag der storting,
bedraagt 5 ten honderd 's jaars. Bij elke obligatie
worden afgegeven 82 halfjaarlijsehe, door den
Secretaris der gemeente, gewaarmerkte coupons,
verschijnende 1 Juni en 1 December.
Artikel 3.
Het bedrag der rente en der in artikel 9 ge
noemde aflossing wordt jaarlijks op de begrooting
der inkomsten en uitgaven van de gemeente
gebracht en uit de gewone inkomsten der gemeente
bestreden.
Artikel 4.
De uitgifte geschiedt bij openbare inschrijving
aan daartoe door Burgemeester en Wethouders aan
te wijzen kantoren.
Bij overteekening zal de toewijzing der obligatiën
247