Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden. 191S.
Verpleegden, die zonder middel van bestaan wor
den opgenomen'en waarvan de kkeding in zoodani-
gen toestand verkeert, dat deze uit een hygiënisch
oogpunt niet meer te bezigen is, ontvangen het
hoogst noodige voor kleeding, ligging en voeding
van de inrichting, doch zijn verplicht in of buiten
de inrichting allen naar het oordeel van den direc
teur voor hen passenden arbeid te verrichten. Een
door de commissie te bepalen bedrag van het hier
voor te ontvangen loon vervalt aan het Tehuis.
Art. 4.
Voor het Tehuis bestaat eeue commissie van; vijf
leden, waarvan twee leden uit. den gemeenteraad
worden gekozen.
De Directeur van het Tehuis staat de commis
sie hij.
Art. 5.
Jaarlijks treedt volgens den rooster een der leden
af, doch is direct herkiesbaar.
Hij die ter vervulling van een tnssehenfijds open
gevallen plaats wordt, benoemd, treedt af op het
tijdstip, waarop degene, in wiens plaats hij benoemd
is, zou moeten aftreden.
Art. b.
De leden der commissie worden door den gemeen
teraad benoemd.
Deze ontvangt daartoe van Burgemeester en Wet
houders, na ingewonnen advies der commissie, een
aanbeveling van twee personen.
Art. 7.
De Directeur wordt door den gemeenteraad be
noemd.
Deze ontvangt daartoe van Burgemeester en
Wethouders, na ingewonnen advies der commissie,
een aanbeveling van twee personen.
Art. 8.
De commissie benoemt uit haar midden een voor
zitter en een secretaris-penningmeester.
Voor de verdere regeling harer werkzaamheden,
zoomede voor de handhaving der orde in het Tehuis,
stelt de commissie een huishoudelijk reglement
vast.
Dit reglement behoeft de goedkeuring van Bur
gemeester en Wethouders.
Art. 9.
De commissie vergadert ten minste eenmaal per
maand. Hare vergaderingen, worden, tenzij de com
missie anders besluit, bijgewoond door den Direc
teur.
Alle besluiten der commissie worden bij meerder
heid van stemmen genomen.
184
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden 1918. Bijl. 770. 23.
Art. 10.
In de maand Maart doet de secretaris-penning
meester aan de commissie rekening van zijn beheer
over het afgeloopen jaar onder overlegging van
alle boeken en bescheiden.
De commissie keurt de rekening goed en doet
hiervan blijken door onderteekening ervan.
Art. 11.
Jaarlijks in. de maand Juli zendt de commissie
een begrooting voor het volgende dienstjaar aan
Burgemeester en Wethouders in.
De rekeningen verantwoording van de ontvang
sten en uitgaven over het afgeloopen jaar worden
door de commissie; in de maand April aan Burge
meester en Wethouders ingezonden.
Goedkeuring door Burgemeester en Wethouders
strekt de commissie en den secretaris-penining-
meester tot ontlasting.
Bij de rekening en verantwoording zendt de com
missie aan Burgemeester en Wethouders een ver
slag van hare verrichtingen, den toestand der in
stelling, het getal verpleegden en verpleegdagen en
wat verder dienstig wordt geacht.
Art. 12.
De commissie zorgt voor een nauwkeurige boek
houding betreffende den aankoop van. grondstoffen
en den verkoop der producten, benevens voor een
nauwkenrigen staat van meubelen, gereedschappen,
enz.
Art. 13.
De Directeur is belast met het toezicht in en de
leiding van het Tehuis en is verder verplicht zich
te gedragen naar de bepalingen bij afzonderlijke
instructie door de commissie, onder goedkeuring
van Burgemeester en Wethouders, vast te stellen.
Art. 14.
Deze verordening treedt in werking op den dag
harer plaatsing in het gemeenteblad.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
185