I
No.
Bijlage no. 4.
129
Bijlage
51
A
ti
52
A
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
V.
1
<s
c
1
70
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1920. Bij no. 4
WIJZIGING der salarieering van de
leeraren aan het gymnasium.
Litt. A.
- Voorstel van Burgemeester
en Wethouders.
I
Aan den Gemeenteraad.
Blijkens het hierbij overgelegd schrijven van Cura
toren van het gymnasium, dat wij spoedshalve direct
tot ons hebben genomen, meenen zij aan Uwe Ver
gadering, op grond van daarbij aangevoerde redenen,
te moeten voorstellen de verordening, regelende de
jaarwedden der leeraren aan het gymnasium, opnieuw
te wijzigen.
Wij kunnen ons in alle opzichten met bedoeld
voorstel vereenigen.
Het komt ons, in verband met het voorgestelde,
alleen nog wenschelijk voor in de verordening eene
bepaling op te nemen, dat bij iedere benoeming van
leeraren, in gevallen als bij dit voorstel bedoeld, nader
onder de oogen dient te worden gezien op welke wijze
de volgende periodieke verhoogingen zullen moeten
worden toegekend. Wij bedoelen hiermede dat, als
b.v. een leeraar wordt benoemd, aan wien bij zijne
Litt. B.
ONTWERP.
benoeming direct twee periodieke verhoogingen worden
toegekend, zal moeten worden uitgemaakt of hij zijn
volgende (derde) periodieke verhooging zal krijgen na
twee jaren dan wel na zes jaren dienst. In het laatste
geval toch zal hij eerst zijn diensttijd voor de terstond
bij zijn benoeming toegekende periodieke verhoogingen
moeten inhalen, alvorens een volgende verhooging te
kunnen krijgen.
Waar het kan voorkomen dat in het belang van het
onderwijs beide stelsels in de toekomst zullen moeten
worden toegepast, zulks met het oog op het krijgen
van de gewenschte leerkrachten, lijkt het ons beter
daaromtrent geene bindende bepalingen in de verorde
ning neer te leggen, maar, zooals wordt voorgesteld,
de gewenschte toepassing bij iedere benoeming onder
de oogen te zien.
Wij hebben alzoo de eer U voor te stellen te be
sluiten tot aanvulling van de verordening op het
getal en de jaarwedden der leeraren aan het gym
nasium overeenkomstig bijgevoegd ontwerp.
Leeuwarden, 22 Januari 1920.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
J. M. VAN BEYMA, Burgemeester.
M. GOSLINGS, Secretaris.
De Raad der gemeente Leeuwarden,
gelezen het voorstel van curatoren van het gym
nasium
alsmede het prae-advies van Burgemeester en Wet
houders
besluit
A. de verordening omtrent het getal en de jaar
wedden der leeraren enz. aan het gymnasium (ge
meentebladen 1916 no. 24 en 1919 no. 21), in dien
zin aan te vullen, dat aan artikel 2 als voorlaatste
lid wordt toegevoegd
Op voorstel van curatoren, den inspecteur der
gymnasia gehoord, kunnen leeraren worden benoemd
op het aanvangssalaris, verhoogd met een of meer
periodieke verhoogingen. In deze gevallen wordt
tegelijkertijd geregeld op welke tijdstippen de volgende
periodieke verhoogingen zullen worden toegekend.
B. te bepalen, dat deze wijziging geacht wordtin
werking te zijn getreden den 1 Januari 1920.
Leeuwarden, 19
De Raad voornoemd,
Litt C.
Schrijven van Curatoren.
Aan den Gemeenteraad.
In eene samenkomst, die wij in den loop van 1919
«net den Inspecteur der Gymnasia mochten hebben, be
spraken wij de moeilijkheid om voor het Gymnasium
te Leeuwarden geschikte leerkrachten te verkrijgen.
In t algemeen is de neiging, om naar Leeuwarder
vacatures te solliciteeren, gering en tot dusver stond
onze gemeente in de 3e klasse van gemeenten ten
aanzien van de bezoldiging van burgerlijke Rijksamb
tenaren. 1 »aardoor konden ook voor het Gymnasium
de aanvangssalarissen niet hooger worden gesteld dan
de bezoldigingen voor hunne ambtgenooten in ge
meenten, gerangschikt in de eerste klasse, ver
minderd met 8 ten honderd. Met ingang van 1
Juli 1919 is Leeuwarden in de tweede klasse ge
rangschikt bij Koninklijk besluit van 9 October 1919,
Staatsblad 598. Ook door de de aanvangsjaarwedde
van f 2760 op f 2880.te brongen, zoude het
hier geschetst bezwaar niet zijn opgeheven. De In-