Bijlage tot liet verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1924. Burgemeester en Wethouders één aangewezen, die de hoofdonderwijzeres bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis vervangt en den titel voert van „eerste onderwijzeres". Art. 6. De hoofdonderwijzeressen worden door den Raad be noemd en ontslagen. De benoeming geschiedt uit een voordracht van drie personen, door Burgemeester en Wethouders in te dienen. Burgemeester en Wethouders kunnen de candidaten vooraf aan een vergelijkend onderzoek naar hare ge schiktheid en bekwaamheid doen onderwerpen. Het overige personeel der bewaarscholen wordt be noemd en ontslagen door Burgemeester en Wethouders. Dezen zijn bevoegd tijdelijk personeel aan te stellen op de voor ieder geval door hen te bepalen belooning. Art. 7. Bepaalde vereischten om voor eene benoeming in aanmerking te komen zijn: voor de betrekking van hoofdonderwijzeres een leeftijd van ten minste drieëntwintig jaren en het bezit eener akte als bewaarschoolhouderes (akte B); voor die van eerste onderwijzeres het bezit van gelijke akte; voor die van onderwijzeres het bezit van de akte als onderwijzeres aan eene bewaarschool (akte A). In bijzondere gevallen, bij gebrek aan personeel in voldoenden getale, kunnen ook leerlingen uit het hoog ste leerjaar van den alhier gevestigden cursus tot op leiding van onderwijzeressen bij het bewaarschoolon- derwijs, die haar zeventiende levensjaar hebben vol eindigd, tijdelijk met de werkzaamheden van onder wijzeres worden belast. Art. 8. De hoofdonderwijzeressen en de oppassters worden aan een bepaalde school benoemd. De onderwijzeressen worden benoemd aan eene der gemeentelijke bewaarscholen te Leeuwarden. Haar wordt, naar gelang van de behoefte, door Burgemeester en Wethouders de school aangewezen, waar zij werk zaam zullen zijn; zij kunnen te allen tijde naar eene andere school worden overgeplaatst. Ook de kweekelingen kunnen te allen tijde worden verplaatst. Art. 9. Ongewijzigd. Art. 10. Het aan de hoofdonderwijzeressen en de onderwijze ressen op verzoek te verleenen eervol ontslag gaat niet eerder in dan twee maanden na den dag, waarop het verzoek om ontslag is ingekomen. Aan iedere school wordt uit de onderwijzeressen door Burgemeester en Wethouders één aangewezen, die de hoofdonderwijzeres bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis vervangt en den titel voert van plaatsver vangend hoofdonderwijzeres. Art. 6. De hoofdonderwijzeressen worden door den Raad be noemd en ontslagen. De benoeming geschiedt uit eene voordracht van drie personen, door Burgemeester en Wethouders in te dienen. Burgemeester en Wethouders kunnen de candidaten vooraf aan een vergelijkend onderzoek naar hare ge schiktheid en bekwaamheid doen onderwerpen. Het overige personeel der bewaarscholen wordt be noemd en ontslagen door Burgemeester en Wethouders. Dezen zijn bevoegd tijdelijk personeel aan te stellen. Art. 7. Bepaalde vereischten om voor eene benoeming in aanmerking te komen zijn: voor de betrekking van hoofdonderwijzeres een leeftijd van ten minste drieëntwintig jaren en het bezit eener akte als bewaarschoolhouderes (akte B); voor die van plaatsvervangend hoofdonderwijzeres het bezit van gelijke akte; voor die van onderwijzeres het bezit van de akte als onderwijzeres aan eene bewaarschool (akte A). In bijzondere gevallen, bij gebrek aan personeel in voldoenden getale, kunnen ook leerlingen uit het hoogste leerjaar van den gemeentelijken cursus tot opleiding van onderwijzeressen bij het bewaarschoolonderwijs tijdelijk met de werkzaamheden van onderwijzeres worden be last. Art. 8. De hoofdonderwijzeressen en de oppassters worden aan eene bepaalde school benoemd. De onderwijzeressen worden benoemd aan eene der gemeentelijke bewaarscholen te Leeuwarden. Zij kunnen te allen tijde naar eene andere school worden overge plaatst. Ook de kweekelingen kunnen te allen tijde door Bur gemeester en Wethouders worden overgeplaatst. Art. 9. Schorsing, alsmede ontslag anders dan op eigen ver zoek, tenzij dit laatste noodig is tengevolge van ophef fing of reorganisatie van het onderwijs of van eene school, heeft niet plaats dan nadat de betrokken persoon door Burgemeester en Wethouders is gehoord of deze, na een daartoe gedane oproeping, niet is verschenen. Gedurende de eerste maand van de schorsing wordt de belooning uitbetaald. Wanneer voor langeren tijd wordt geschorst, dan bepalen Burgemeester en Wet houders bij hun besluit tot schorsing of na de eerste maand de belooning al dan niet geheel of gedeeltelijk wordt uitgekeerd en over welk tijdsverloop zij wordt ingehouden. Art. 10. Het aan de hoofdonderwijzeressen en de onderwijze ressen op verzoek te verleenen eervol ontslag gaat niet eerder in dan twee maanden na den dag, waarop het verzoek om ontslag is ingekomen. 396 -i Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1924. Bijl. 110. 2S. Indien eene hoofdonderwijzeres of eene onderwijzeres het voornemen heeft zich in het huwelijk te begeven, geeft deze daarvan ten minste twee maanden te voren kennis aan het college, dat haar heeft benoemd. Die kennisgeving geldt voor aanvraag om ontslag. Op haar verzoek kan zij echter in hare betrekking worden gehandhaafd. De toelating van eene kweekeling kan te allen tijde worden ingetrokken. Art. 11 Het aan de school verbonden personeel heeft zich in alles, wat de schoolorde, de werkzaamheden en de be handeling der kinderen betreft, te gedragen naar de be velen van de hoofdonderwijzeres. Art. 12. De jaarwedden bedragen: ci. van de hoofdonderwijzeressen bij een diensttijd als zoodanig van minder dan twee jaren twee en meer, doch minder dan vier jaren vier en meer, doch min der dan zes jaren zes en meer, doch min der dan acht jaren acht en meer, doch minder dan tien jaren tien en meer jaren op 1 Juli 1921 op 1 Juli 1922 op 1 Juli 1923 op 1 Juli 1924 1700. 1800.- ƒ1900.— 2000.— 1 8 CC R 1900.— 2000.— 2100.— 1900.— 2000.— 2100.— 2200— 2000.— 2100.— 2200.— 2300.— 2100.— 2200.— 2200.— 2300.— 2300.— 2400.— 2400.— 2500.— b. van de onderwijzeressen bij een diensttijd als zoodanig van minder dan twee jaren twee en meer, doch minder dan vier jaren vier en meer, doch min der dan zes jaren zes en meer, doch min der dan acht jaren acht en meer, doch minder dan tien jaren tien en meer jaren ƒ1100.- ƒ1200.- ƒ1300 1400.— 1200.— 1300.— 1400 1500.— 1300.— 1400.- 1500.— 1600.— 1400.— 1500.— 1600.— 1700.— 1500.— 1600.— 1600.— 1700.— 1700.— 1800.— 1800.— 1900.— c. van de oppasster565. Als diensttijd komt in aanmerking: voor de hoofd onderwijzeressen de tijd als zoodanig in dienst van eene bewaarschool hier of elders doorgebracht; voor de onderwijzeressen de tijd als zoodanig en als hoofdonderwijzeres in dienst aan eene bewaarschool hier of elders doorgebracht. Indien eene hoofdonderwijzeres of een onderwijzeres het voornemen heeft zich in het huwelijk te begeven, geeft deze daarvan ten minste twee maanden te voren kennis aan het college, dat haar heeft benoemd. Die kennisgeving geldt voor aanvraag om ontslag. De toelating van een kweekeling kan te allen tijde door Burgemeester en Wethouders worden ingetrokken. Art. 11. De jaarwedden bedragen: a. van de hoofdonderwijzeressen bij een diensttijd als zoodanig van minder dan twee jaren2000. twee en meer, doch minder dan vier jaren 2100. vier en meer, doch minder dan zes jaren 2200. zes en meer, doch minder dan acht jaren 2300. acht en meer, doch minder dan tien jaren 2400. tien en meer jaren2500. b. van de onderwijzeressen bij een diensttijd als zoodanig van minder dan twee jaren twee en meer, doch minder dan vier jaren vier en meer, doch minder dan zes jaren zes en meer, doch minder dan acht jaren acht en meer, doch minder dan tien jaren tien en meer jaren 1400.— 1500.— 1600.— 1700.— 1800.— 1900.— Art. 12 bis. Voor elk jaar, dat een hoofdonderwijzeres of onder wijzeres jonger is dan 21 jaar, worden de in art. 12a en b genoemde wedden met 50.verminderd. Een ge deelte van een jaar wordt, ten aanzien van deze ver mindering, beschouwd als een geheel jaar. Met ingang van den eersten dag der maand, waarin de 21-jarige leeftijd wordt bereikt, treedt belangheb bende in het genot van de volle wedde. Diensttijd, welke voor dien dag is vervuld, telt niet mede voor de periodieke verhoogingen. c. van de oppasster565.- Als diensttijd komt in aanmerking: voor de hoofd onderwijzeressen de tijd als zoodanig in dienst van eene bewaarschool hier of elders doorgebracht; voor de onderwijzeressen de tijd als zoodanig en als hoofdonderwijzeres in dienst aan eene bewaarschool hier of elders doorgebracht. Art. 12. De belooning van het bij het laatste lid van art. 6 bedoeld tijdelijk personeel wordt berekend naar de in artikel 11, onder b vermelde minimum-jaarwedde. Art. 13. Voor elk jaar, dat een onderwijzeres jonger is dan 21 jaar, worden de in artikel 11 b genoemde wedden en de in artikel 12 bedoelde belooningen met 50.ver minderd. Een gedeelte van een jaar wordt, ten aanzien van deze vermindering, beschouwd als een geheel jaar. Met ingang van den eersten dag der maand, waarin de 21 -jarige leeftijd wordt bereikt, treedt belangheb bende in het genot van de volle wedde. Diensttijd, welke voor dien dag is vervuld, telt niet mede voor de perio dieke verhoogingen. 397

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1924 | | pagina 194