R Bijl. no. 30. WI1B Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1924. ONTWERP III. De Raad der gemeente Leeuwarden; gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders; besluit: vast te stellen de navolgende A. VERORDENING tot heffing van schoolgeld voor het onderwijs aan de lagere avondhandels school. Art. 1. Het schoolgeld voor het onderwijs aan de lagere avondhandelsschool wordt geheven overeenkomstig de in onderstaande tabel bevatte regeling. Zuiver inkomen waar naar de aanslag in de belasting is geregeld van degenen die vol gens art.7schoo!geId- plichtig zijn, vermeer derd met dat van de bij hen inwonende min derjarige kinderen. Verschuldigd bedrag per leerling en per jaar bij een aantal kinderen, waarvoor volgens de verordening op de inkom stenbelasting der gemeente Leeuwarden aftrek is of zou worden verleend. Beneden tot beneden f 1200.— f 1600.— 3.— ft 1600.— 2000.— 4.20 3.— tl 2000.— 2400.— 6.60 4.20 3.— tl 2400.— 2800.— 10.20 6.60 4.20 3.— ff 2800.- 3200.— 13.80 10.20 6.60 4.20 3.— ff 3200.— 3600.— 17.40 13.80 10.20 6.60 4.20 3.— ff 3600.— 4000.— 21.— 17.40 13.80 10.20 6.60 4.20 ff 4000.— 4400.- 24.60 21.— 17.40 13.80 10.20 6.60 ff 4400.— 4800. 28.20 24.60 21.— 17.40 13.80 10.20 ft 4800.— 5200.— 31.80 28.20 24.60 21.— 17.40 13.80 ft 5200.— 5600.— 35.40 31.80 28.20 24.60 21.— 17.40 11 5600.— 6000.— 39.— 35.40 31.80 28.20 24.60 21 ff 6000.— 6500.— 45.60 39.— 35.40 31.80 28.20 24.60 ff 6500.— 7000.— 52.20 45.60 39.— 35.40 31.80 28.20 ft 7000.— 7500.— 58.80 52.20 45.60 39.- 35.40 31.80 7500.— 8000 65.40 58.80 52.20 45.60 39.- 35.40 ft 8000.— 8500. 65.40 65.40 58.80 52.20 45.60 39.- ft 8500.— 9000.— 65.40 65.40 65.40 58.80 52.20 45.60 9000.— 9600.— 65.40 65.40 65.40 65.40 58.80 52.20 ff 9600.— „10200.- en hooger 65.40 65.40 65.40 65.40 65.40 58.80 „10200.— 65.40 65.40 65.40 65.40 65.40 65.40 6 of meer Voor de toepassing dezer regeling wordt een in het gezin verpleegde ouder gelijk gesteld met een kind vol gens kolom 2 der tabel. Art. 2. Indien meer dan 1 leerling uit hetzelfde gezin gelijk tijdig de school bezoekt, wordt het schoolgeld voor den tweeden leerling met twintig, den derden met veertig, den vierden met zestig en den vijfden met tachtig ten honderd verminderd en is voor de volgende leerlingen geen schoolgeld verschuldigd. Art. 3. De volgorde der vermindering in artikel 2 bedoeld, geschiedt volgens den leeftijd der leerlingen, met dien verstande, dat de oudste leerling als de eerste wordt be schouwd. Art. 4. De schoolgeldplichtigen zijn verplicht op aanvraag van den Controleur der gemeentebelastingen binnen 20 dagen aan dezen ter inzage over te leggen hun aanslag biljet (of duplicaat daarvan) in de belasting. Indien aan de aanvraag binnnen dien tijd niet wordt voldaan, wordt de aanslag naar het hoogste schoolgeld opgelegd. Art. 5. Waar in deze verordening gesproken wordt van: 1. aanslag in de belasting" is daaronder te verstaan 414 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1924. de laatst vastgestelde aanslag in de plaatselijke belasting naar het inkomen, of, indien zoodanige belasting in de gemeente waar de schoolgeldplichtige hoofdverblijf heeft niet geheven wordt, in de Rijksinkomstenbelasting, of, indien nimmer een aanslag is opgelegd, de schatting van het inkomen door Burgemeester en Wethouders. II. ,,jaar" is daaronder te verstaan het leerjaar. Art. 6. Het schoolgeld is verschuldigd voor de leerlingen, die tot de schoolbevolking behooren. Voor hen, die niet het geheele jaar daartoe behooren, wordt het schoolgeld per maand berekend, waarbij ge deelten van kalendermaanden voor geheele worden ge teld en per maand het Ve gedeelte van het over een vol jaar berekende schoolgeld verschuldigd is. Art. 7. Het schoolgeld is verschuldigd door de ouders, of bij ontstentenis van beide ouders door de leerlingen zelf. Art. 8. Wegens het niet bezoeken van de school tengevolge van ziekte gedurende meer dan 30 achtereenvolgende dagen in een jaar wordt op binnen een maand na afloop van het jaar aan Burgemeester en Wethouders in te dienen aanvrage ontheffing verleend. Deze ontheffing bedraagt voor ieder vol tijdvak van 30 dagen i/e gedeelte van het over een vol jaar verschul digde schoolgeld. Art. 9. Herziening van den aanslag wegens schoolgeld heeft plaats indien de tot grondslag gestrekt hebbende aanslag in de belasting: a. bij navordering is verhoogd: b. bij onherroepelijk geworden uitspraak op reclame is verlaagd. In het geval sub a is artikel 4 van toepassing. Indien de aanslag in de belasting niet door eigen ad ministratie wordt geregeld, moet in het geval sub b bin nen 2 maanden na dagteekening der uitspraak en onder overlegging daarvan aanvraag aan Burgemeester en Wethouders worden gedaan. Art. 10. Deze verordening treedt in werking den 1 November 1924. B. VERORDENING op de invordering van schoolgeld voor het onderwijs aan de lagere avondhandelsschool. Art. 1. De directeur der school legt bij den aanvang van het jaar eene lijst aan van de leerlingen, die alsdan tot de bevolking der school behooren, ingericht overeenkomstig het door Burgemeester en Wethouders vast te stellen model. In die lijst worden de in den loop van het jaar plaats hebbende veranderingen in de schoolbevolking dadelijk en nauwkeurig aangeteekend. Onder „jaar" wordt in deze verordening verstaan het zelfde tijdvak als daarvoor in de heffingsverordening is bepaald. Art. 2. Binnnen 10 dagen na den aanvang van het jaar wordt door den directeur der school een door hem voor deug- 415

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1924 | | pagina 203