Bijl. no. 20. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1925. deeling van de namen en de woonplaatsen van de koopers, de verkochte hoeveelheden, de eenheidsprijzen, de tijden van afleveringen en de termijnen van betaling. De betrokken opzichter levert wekelijks aan den Directeur een staat in, vermeldende de goederen, die zijn afgeleverd, het nummer van het in het vorige lid bedoelde consent, de namen en woonplaatsen van de ontvangers en den aard en de hoeveelheid der afge leverde goederen. Art. 16. Op de begrooting, die alle baten en lasten van het bedrijf, van welken aard ook, vermeldt, worden onder meer gebracht I. wat de baten betreft a. alle ontvangsten wegens te leveren compost, beer, ier, vuilnis, enz., en te bewijzen diensten zoo aan de gemeente en hare instellingen als aan particulieren; b. alle ontvangsten wegens het gebruik van vaar tuigen en andere gemeente-eigendommen, bij het be drijf in beheer; c. de in rekening-courant opgenomen gelden; d. alle gelden door de gemeente aan het bedrijf te verstrekken ten behoeve van de verbetering en uitbrei ding van het bedrijf; e. eene uitkeering van de gemeente aan het bedrijf ten bedrage van het zuivere verlies. II. wat de lasten betreft a. aankoop van materialen; b. bezoldigingen en loonen; c. onderhoud gebouwen en terreinen; d. onderhoud van paarden, gereedschappen, enz.; e. aankoop der in artikel 12 bedoelde goederen; de in rekening-courant gestorte gelden; g. de rente van opgenomen kasgeld; de vorderingen van het bedrijf op derden welke oninbaar zijn; i. alle uitgaven ten behoeve van de verbetering en uitbreiding van het bedrijf, voorzoover niet vallende onder c en d; k. de verplichte schuldaflossing aan de gemeente volgens de bepalingen van het tweede lid van art. 9; de aan de gemeente toekomende rente naar 5 per jaar van de schuld van het bedrijf aan de gemeente op 1 Januari 1920 en van de na dien datum geleende gelden berekend op de wijze als in het tweede lid van art. 9 is aangegeven. III. Artikel 16 wordt gelezen als volgt Op de begrooting, welke verdeeld wordt in twee af- deelingen, waarvan de eerste bevat alle baten en lasten en de tweede alle kapitaalsinkomsten en -uitgaven van het bedrijf, worden o. m. de navolgende posten aan gebracht I. wat de baten betreft 0. de ontvangsten wegens te leveren compost, beer, gier, enz. b. de ontvangsten wegens werk voor derden; c. de ontvangsten van rechten voor geplaatste pri- vaattonnen; d. de rente van belegd kasgeld. e. eene uitkeering van de gemeente aan het bedrijf ten bedrage van het zuiver verlies; II. wat de lasten betreft a. de salarissen; b. de loonen; c. het onderhoud van de gebouwen en terreinen; d. het van paarden, gereedschappen, enz.; e. de aankoop van materialen; de rente van opgenomen kasgeld; g. de aan de gemeente toekomende rente van de schuld van het bedrijf aan de gemeente op 1 Januari 1920 en van de na dien datum geleende gelden, be rekend op de wijze als in het tweede lid van artikel 9 is aangegeven; h. de afschrijvingen volgens art. 25 der verordening; 1. de vorderingen van het bedrijf op derden welke oninbaar zijn; III. wat de kapitaalsinkonisten betreft a. de gelden door de gemeente te verstrekken ten behoeve van de verbetering en uitbreiding van het bedrijf; b. eene ontvangst uit de exploitatie ten laste van den gewonen dienst ten bedrage van de afschrijvingen; c. de in rekening-courant opgenomen gelden; IV. wat de kapitaalsuitgaven betreft a. de uitgaven ten behoeve van de verbetering en uitbreiding van het bedrijf, voorzoover niet vallende onder c en d; b. de schuldaflossing aan de gemeente volgens de bepalingen van het tweede lid van art. 9; c. de in rekening-courant gestorte gelden. De in de begrooting opgenomen posten worden steeds in dezelfde volgorde en met dezelfde benaming daarin vermeld. Indien van een eenmaal aangenomen volgorde en benaming wordt afgeweken, wordt daarvan toelich ting gegeven. Bij eiken post wordt aangegeven het bedrag, dat voor dat doel op de laatst afgesloten rekening voorkomt, als mede het bedrag dat te dier zake op de vorige begroo ting is geraamd. Bij de begrooting wordt overgelegd een memorie van toelichting, waaruit de samenstelling van elk der ge raamde bedragen en de grondslagen der berekening duidelijk blijken. Voorts wordt daarbij overgelegd een staat der schul den, vermeldende de jaren waarin de schulden telkens zijn ontstaan, de oorspronkelijke bedragen der schulden, de schulden per 1 Januari van het jaar, waarvoor de begrooting dient, de percentages, waartegen de gelden zijn opgenomen en de bedragen der verplichte aflos singen. 384 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1925. Art. 20. De Directeur biedt jaarlijks vóór 1 April aan de Commissie van bijstand aan, die vervolgens aan Bur gemeester en Wethouders vóór den 15 April in twee voud inzendt a. eene balans van de bezittingen en schulden van het bedrijf op 31 December van het afgeloopen jaar; b. eene winst- en verliesrekening over het afgeloo pen jaar, waarvan de indeeling overeenstemt met de door den Raad goedgekeurde bedrijfsbegrooting; c. tot toelichting van de balans een kapitaalstaat, aangevende de vermeerderingen en de verminderingen, welke de verschillende deelen van het stamvermogen door uitbreiding en verbetering eenerzijds en door af schrijving op de waarde en vervreemding van bezittin gen anderzijds hebben ondergaan (inventaris van het onroerend goed) en eene specificatie van de financieele verhouding van het bedrijf tot de gemeente; d. een volledigen inventaris der aanwezige goederen, alsmede een lijst van debiteuren en crediteuren op 31 December van het afgeloopen jaar. Burgemeester en Wethouders onderzoeken de balans, winst- en verliesrekening en de daarbij overgelegde bescheiden zoo spoedig mogelijk en dienen deze, al dan niet gewijzigd en met vermelding van hetgeen zij te hunner verantwoording dienstig achten, vóór 15 Mei bij den Raad in. Art. 23. Het besluit van den Raad tot vaststelling van balans en winst- en verliesrekening strekt aan Burgemeester en Wethouders en aan den Directeur tot ontlasting, be houdens later in rechten gebleken valschheid in be wijsstukken. Art. 14. Jaarlijks in de maand Februari levert de commissie aan Burgemeester en Wethouders een beredeneerd ver slag omtrent den staat der bank in. Zij zendt jaarlijks vóór den eersten April aan den gemeenteraad ter goed- IV. Artikel 20 wordt gelezen als volgt De Directeur biedt jaarlijks vóór 1 April aan de Com missie van bijstand aan, die vervolgens aan Burge meester en Wethouders vóór den 15 April in tweevoud inzendt a. een balans van de bezittingen en schulden van het bedrijf op 31 December van het afgeloopen jaar; b. eene rekening over het afgeloopen jaar, waarvan de indeeling overeenstemt met de door den Raad vast gestelde bedrijfsbegrooting, mede dienende als toelich ting van de tevens aan te bieden verlies- en winstre kening; c. tot toelichting van de balans een kapitaalstaat, aangevende de vermeerderingen en de verminderingen, welke de verschillende deelen van het oorspronkelijk door de gemeente in het bedrijf gestoken kapitaal door uitbreiding en verbetering eenerzijds en door afschrijving op de waarde en vervreemding van bezittingen ander zijds hebben ondergaan; d. een staat, aangevende le. het kapitaal volgens de vorige balans; 2e. de vermeerdering welke dit kapitaal door op nemingen heeft ondergaan, en 3e. de vermindering welke door aflossing heeft plaats gehad; e. een volledigen inventaris der aanwezige goederen, alsmede een lijst van debiteuren en crediteuren op 31 December van het afgeloopen jaar; een verslag van den toestand van het bedrijf over het afgeloopen jaar. Bij eiken post in de bedrijfsrekening wordt tevens het bedrag van den desbetreffenden begrootingspost ver meld. Op de balans bedoeld onder a worden van jaar tot jaar de bezittingen en schulden steeds in dezelfde volg orde en met dezelfde benaming vermeld. Indien van een eenmaal aangenomen volgorde en/of benaming wordt afgeweken, wordt daarvan toelichting gegeven. Burgemeester en Wethouders onderzoeken de balans, de verlies- en winstrekening en de daarbij overgelegde bescheiden zoo spoedig mogelijk en dienen deze, al of niet gewijzigd en met vermelding van hetgeen zij te hunner verantwoording dienstig achten, vóór 15 Mei bij den Raad in. V. In art. 22, le lid, wordt na het woord „Juni" inge voegd het woord „voorloopig". VI. Artikel 23 wordt gelezen als volgt Het besluit van Gedeputeerde Staten, bedoeld in arti kel 222 der Gemeentewet, houdende vaststelling der ontvangsten en uitgaven van de gemeente-rekening, waartoe de bedrijfsrekening geacht wordt te behooren, strekt aan Burgemeester en Wethouders en aan de be trokken ambtenaren tot ontlasting, behoudens later in rechten gebleken onregelmatigheden. G. het reglement voor de Stads Bank van Leening (gemeentebladen no. 16 van 1911, no. 24 van 1915 en no. 4 van 1922) te wijzigen als volgt I. De artikelen 14 en 15 wordt vervangen door de vol gende nieuwe artikelen Art. 14. De begrooting van het bedrijf voor het volgend jaar wordt jaarlijks bij de begrooting der plaatselijke in komsten en uitgaven aan den Gemeenteraad aan geboden. 385

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1925 | | pagina 191