Bijl. no. 26. Bijlage no. 26. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1925. Art. 4. Hij is verplicht te zorgen dat de nummers en het vlak, waarop zij volgens artikel 2 zijn aangebracht, in goeden staat onderhouden blijven. Gedurende het verrichten van werkzaamheden aan het gebouw is hij verplicht te zorgen dat de nummers uuidelijk leesbaar aan de straat blijven aangeduid. III. Art. 4 wordt gelezen als volgt Hij is verplicht te zorgen dat de nummers en het vlak, waarop zij volgens artikel 2 zijn aangebracht, in goeden staat onderhouden en dat de nummers steeds duidelijk leesbaar aan de straat aangeduid blijven. Leeuwarden, 19 De Raad voornoemd, 412 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1925. WIJZIGING der Algemeene Politieverordening. Aan den Gemeenteraad. Bij de Gezondheidscommissie zijn klachten ingekomen omtrent hinderlijken stank verspreid door vischbakke- rijen, die geleid hebben tot een onderzoek harerzijds naar alle dergelijke inrichtingen in de gemeente, ge volgd door een bezoek aan die bakkerijen door den gemeentelijken Inspecteur voor het Woningtoezicht. De daarbij opgedane ervaringen hebben geleid tot de ge lijkluidende uitspraak, dat het gewenscht is dat ter voorkoming van den hinder door eene gemeentelijke verordening de noodige beperkende bepalingen worden gesteld, welke bepalingen hare plaats kunnen vinden in de Algemeene Politieverordening en wel als toevoeging aan artikel 76, dat op gelijken grond het aanleggen van mest- of vuilnisverzamelingen binnen een bebouwde kom ook slechts onder bepaalde voorwaarden toelaat. Het ligt natuurlijk niet in de bedoeling de vischbakke- rijen onmogelijk te maken, doch het is wenschelijk ze pas toe te laten met vergunning van Burgemeester en Wethouders. De bepalingen in artikel 27 sub b en c der Algemeene Politieverordening kunnen in vele gevallen van orde verstoring niet gebruikt worden; een kleine redactie wijziging, die in het ontwerp wordt aangegeven, zal de bedoelde bepalingen aan bruikbaarheid voor de vervol ging doen winnen. De voorgestelde wijzigingen van artt. 28, 32 en 54 beoogen de gelijkstelling in de redactie met andere artikelen, die "alle bepaalde gedragingen op of aan de straat, en niet op of aan straat strafbaar stellen. De Commissaris van Politie heeft den wensch uitge sproken, dat naast artikel 429 Wetboek van Strafrecht dat o. a. verbiedt het aanleggen van vuur op zoo korten afstand van gebouwen of goederen, dat daardoor brand gevaar kan ontstaan, het vuurtjestoken strafbaar wordt gesteld. Dit kan geschieden door artikel 61 der Algemeene Politieverordening, dat het afsteken van vuurwerk en branden van teer- of pektonnen verbiedt, aan te vullen met eene bepaling, waardoor het aanleg gen en onderhouden van een vuur aan de straat, ook zonder dat kans op brandgevaar onmiddellijk aanwezig is in welk geval het aangehaalde strafwetartikel reeds voorziet strafbaar gesteld wordt. In bijlage no. 7 tot het verslag van 's Raads hande lingen 1924 werd opgenomen een voorstel tot invoeging van artikel 91 bis in de Algemeene Politieverordening, welk voorstel den 11 Maart 1924 tot Uw besluit werd verheven. Zooals in de toelichting, welke het voorstel bege leidde, werd opgemerkt was het doel, dat hierbij werd nagestreefd, de instelling van een keuring voor de motoromnibussen, die niet vallen onder de Wet op de Openbare Middelen van Vervoer, waarbij werd vermeld, dat ook in andere gemeenten in de provincie een der gelijke maatregel in voorbereiding was en dat het in de bedoeling lag om, ter voorkoming van moeilijkheden, deze keuring uniform te doen geschieden. De afdeeling Friesland van de vereeniging van Neder- landsche Gemeenten heeft deze zaak ter hand genomen en heeft, na overleg, besloten om aan alle gemeenten in de provincie voor te stellen een ongeveer gelijklui dend artikel in de Politieverordeningen op te nemen. Hierbij is het wenschelijk gebleken om een kleine ver duidelijking aan te brengen, opdat de naleving der bij de keuring gestelde voorwaarden beter verzekerd zij. Het hierbij voorgestelde nieuwe tweede lid van artikel 91 bis geeft dit aan. Eene volgende wijziging, die de Commissie bij deze gelegenheid in de Algemeene Politieverordening meent te moeten aanbrengen, is deze, dat de handhaving der bepaling van art. 71, dat het verbod inhoudt om de rioolkolken te verstoppen, ook aan de ambtenaren der gemeentereiniging wordt opgedragen. Eindelijk wordt hier de verwezenlijking van het denk beeld, door Uw medelid mevrouw Buisman in de raads vergadering van 24 Februari j.l. aan U voorgelegd, om verontreiniging van eet- en drinkwaren op stalletjes tegen te gaan, voorgesteld hiertoe moet een afzonderlijk artikel worden opgenomen, dat uitstallingen op kramen, karren en dergelijke aan dezelfde bepalingen bindt als die op de stoepen, waaromtrent laatstelijk een bepaling in de verordening op de marktpolitie is opgenomen, die ten doel heeft daar uitgestalde eet- en drinkwaren voor verontreiniging te behoeden. Het is echter niet noodig geoordeeld onder het verbod ook drinkwaren te begrij pen; practisch worden deze niet, althans niet onbedekt of anders dan in flesschen, blikken e. d. uitgestald. De Commissie voor het ontwerpen van Strafverorde ningen heeft derhalve de eer den Raad voor te stellen tot wijziging van de Algemeene Politieverordening voor de gemeente Leeuwarden volgens het hieronder aange boden ontwerp. Leeuwarden, 25 September 1925. De Commissie voor het ontwerpen van Strafverordeningen. De Voorzitter, J. M. VAN BEYMA. I 413

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1925 | | pagina 205