Bijlage no. 30. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1925. Bi/l ÏIO. 30. WIJZIGING van de Verordening op de heffing van het recht wegens vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein (gemeenteblad no. 12 van 1905). Aan den Gemeenteraad. In art. 9 van de verordening op de heffing van het recht wegens vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein (gemeenteblad no. 12 van 1905) is be paald dat één van de deskundigen, die in geval van reclame tegen den aanslag in het vergunningsrecht de herschatting zullen verrichten, door den belanghebbende kan worden aangewezen. Die bepaling kan tot moeilijkheden aanleiding geven. De vergunninghouder toch, die meent dat hij voor een te hoog bedrag in het vergunningsrecht is aangeslagen, zal zich allicht overtuigen dat hij van den aan te wijzen persoon een lagere herschatting kan verwachten. Als dus één van de beide herschatters reeds dadelijk uitgaat van de meening dat terecht bezwaar tegen den aanslag is gemaakt, dan wordt overeenstemming veelal niet ge makkelijk verkregen. Beter is het dus alle herschattingen op te dragen aan twee door den Raad benoemde personen, van wie de objectiviteit boven verdenking staat. Daarnevens kan de bepaling blijven bestaan, dat, in geval de beide herschatters niet tot overeenstemming kunnen komen, de Burgemeester een derde kan aanwij zen. Het komt ons gewenscht voor de verordening in dezen zin te wijzigen. Daarmede wordt dan aansluiting verkregen met be dekking tot de bepalingen der wetten op de grond- en de personeele belasting, welke evenmin aan reclamanten het recht verleenen om bij reclame tegen de bedragen, waarop de belastbare opbrengst geschat of de huur waarde vastgesteld is, zelf iemand voor de herschatting aan te wijzen. Tegelijk met de wijziging, die tengevolge van het vorenstaande in de verordening moet worden aange bracht, zouden wij eenvoudigheidshalve de bepaling in art. 3 willen schrappen dat benoeming van de schatters en hunne plaatsvervangers slechts voor den duur van een vergunningsjaar geschiedt. De benoeming kan dan tot wederopzeggens toe gedaan worden, waarmede ver valt de formaliteit van telkens nieuwe beëediging, enz. Voorts hebben wij in verschillende artikelen het woord „deskundige" vervangen door „schatter" of „her- schatter"; er bestaat geen reden voor die verschillende benaming. Ten aanzien van de belooning, in art. 6 geregeld, merken wij op dat het o. i. niet op goede gronden is te verdedigen dat deze voor de herschatters anders (hooger) moet zijn dan voor de schatters. Het aan de bepaling der huurwaarde te besteden werk is gelijk of het een eerste schatting dan wel een herschatting be treft. In aanmerking nemende dat de vaststelling der belooning reeds van 1905 dateert, achten wij het billijk deze thans op 2.50 te bepalen. Op grond van het vorenstaande hebben wij de eer U voor te stellen te besluiten de verordening op de heffing van het recht wegens vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein te wijzigen door bekrachtiging van het hierbijgaande ontwerp. Leeuwarden, 12 November 1925. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden J. M. VAN BEYMA, Burgemeester. M. GOSLINGS, Secretaris. ONTWERP. BESTAANDE REDACTIE. De Raad der gemeente Leeuwarden; gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders; besluit de verordening op de heffing van het recht wegens vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein (gemeenteblad no. 12 van 1905) te wijzigen als volgt Art. 3. I. De vaststelling der huurwaarde geschiedt jaarlijks tusschen 15 Maart en 10 April, op advies van twee schatters, door Burgemeester en Wethouders. Dezen be noemen de schatters en wijzen hunne plaatsvervangers aan om hen bij eventueele verhindering te vervangen. Deze benoemingen geschieden telkens voor den duur van een vergunningsjaar. Zoodra tusschen 1 Mei van het eene en 1 Mei van het volgend jaar eene vergunning tot het verkoopen van sterken drank in het klein is verleend, geven Burge meester en Wethouders daarvan kennis aan de schatters in het eerste lid bedoeld. Van art. 3 vervalt het Je lid. Art. 4. II. De schatters maken van hunne bevinding ter plaatse zoo spoedig mogelijk, en in het geval, bedoeld in het wordt gelezen laatste lid van het vorig artikel, binnen acht dagen na ontvangst der kennisgeving, proces-verbaal op en zen den dit onverwijld als hun advies aan Burgemeester en Wethouders in. Het 2e lid van art. Indien hieruit blijkt dat de schatters over het bedrag der huurwaarde in gevoelen verschillen, wordt door Burgemeester en Wethouders een derde schatter aange wezen, die met de beide andere schatters binnen acht 429

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1925 | | pagina 213