SECTIEVERSLAG.
MEMORIE VAN ANTWOORD.
SECTIEVERSLAG. MEMORIE VAN ANTWOORD.
vraagd werd de verbetering van de Mr. P. J. Troelstra-
weg te bespoedigen.
Sommige leden vertrouwden dat met de belangen van
de georganiseerden onder de werkloozen wel voldoende
rekening wordt gehouden, maar wenschten te weten
of de belangen van de ongeorganiseerden ook zouden
worden behartigd.
Opmerkingen werden gemaakt over het feit dat de
„Aanbiedingsbrief" zwijgt over de N. V. „De Drie
Provinciën", met betrekking tot den verkoop van gron
den die met overheidsgeld zijn ontgonnen. Is het be
loofde onderzoek nog niet afgeloopen, zoo ja, wat zijn
daarvan de resultaten
Door verschillende leden werden voorts tal van vra
gen gesteld en opmerkingen gemaakt, welke hieronder
volgen.
In de toekomst zal de bouw van een nieuw Gemeen
telijk Ziekenhuis niet kunnen uitblijven. Hierbij werd
gewezen op de oprichting van vereenigingen voor
ziekenhuisverpleging. In verband hiermee hadden
enkelen bezwaren tegen de groote uitgaven voor het
bestaande Stadsziekenhuis, daar dit niet meer voor uit
breiding vatbaar is.
Achten Burgemeester en Wethouders nog niet den
tijd gekomen om de instelling van een stadsautobus
dienst te bevorderen Kunnen Burgemeester en Wet
houders inlichtingen verstrekken omtrent een in de pers
besproken plan hieromtrent
Binnenlandsche Zaken en Landbouw gericht met een
brief, o. a. op vaartverlegging en aanleg van industrie
terrein en havens betrekking hebbende, waarvan wij een
afdruk alsnog bij de stukken hebben gevoegd. Het
daarop d.d. 26 September j.l. van den Minister ontvan
gen antwoord wordt hierbij eveneens aan U overgelegd;
het vormt nog een punt vim overweging bij ons College.
Tegen bespoediging van de zeer gewenschte verbe
tering van den Stienserweg bestaat bij ons geen be
zwaar; wij zullen de plannen daarvoor laten opmaken.
Wij kunnen deze vraag bevestigend beantwoorden.
De ten vorigen jare op dit punt in den Raad gemaakte
opmerkingen hebben wij destijds ter kennis van de
Directie der nevensvermelde naamlooze vennootschap
gebracht, met verzoek haar gevoelen te dier zake te
mogen vernemen. Het antwoord daarop is nog niet ont
vangen.
Moge in de toekomst de bouw van een nieuw gemeen
telijk ziekenhuis op den duur misschien niet kunnen uit
blijven, reden om daartoe stappen te doen achten wij
voorloopig niet aanwezig.
Van het doen van groote uitgaven voor het bestaande
Stadsziekenhuis kan bezwaarlijk worden gesproken, nu
voor gewoon onderhoud 1153.10 en voor buitenge
woon onderhoud van deze inrichting op de begrooting
van Gemeentewerken (volgno. 106) slechts 282.50 is
uitgetrokken, terwijl de geraamde bedragen voor het
Zusterhuis ad 1858.81 en voor de brancardbergplaats
met directricewoning ad 311.20 (volgnos. 108 en 109)
evenmin hoog genoemd mogen worden en in ieder geval
noodzakelijke of zeer wenschelijke uitgaven betreffen.
Ook de in de laatste jaren gedane uitgaven strekten
om het ziekenhuis te doen beantwoorden aan de eischen,
welke daaraan moeten worden gesteld.
De eerste vraag beantwoorden wij ontkennend, aan
gezien de behoefte aan een autobusdienst binnen de
gemeente naar ons oordeel niet in die mate aanwezig is,
dat het verantwoord zou zijn de gemeentelijke financiën
jaarlijks te bezwaren met het groote nadeelige saldo
hetwelk vrij zeker uit de exploitatie daarvan door de
gemeente zou voortvloeien.
Het antwoord op de tweede vraag luidt eveneens
ontkennend.
Betreurd werd dat de ontwikkeling der radiodistri
butie hier ter stede geleid had tot het leggen dezer
aangelegenheid in particuliere handen. Gehoopt werd
dat in de toekomst alsnog gemeentelijke exploitatie in
het belang der aangeslotenen zou kunnen tot stand
komen.
Er zijn ons nimmer klachten over de in bedrijf zijnde
radiotlistributie-ondernemingen in deze gemeente ter
oore gekomen en wij kunnen zonder nadere motiveering
van de in het verslag gemaakte opmerking de bewe
ring dat gemeentelijke exploitatie vergeleken bij den
tegenwoordigen toestand in het belang der aangeslo
tenen zou zijn dus niet onderschrijven. Wel staat
vast. dat aanleg en exploitatie van gemeentewege zeer
groote uitgaven zou hebben gevorderd, waarvan geheel
onzeker is of zij blijvend rendabel zouden zijn, vermits
niet uit het oog mag worden verloren dat de voort
schrijdende techniek en productiewijze op radiogebied
tot beschikbaarstelling van steeds goedkoopere en
tevens betere ontvangtoestellen leidt, die bij het publiek
allicht meer en meer ingang zullen vinden. Hierin is
voor de radiodistributie een factor van groot risico ge
legen, omdat het kiezen van de uitzendstations bij de
510
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1930. Bijl. no. 17.
radiodistributie niet alleen tamelijk beperkt is, maar
ook aan de luisteraars zeiven onthouden wordt, hetgeen
bij het hebben van een eigen toestel, het zij nog zoo
eenvoudig, niet het geval is. Het is ons dan ook bekend,
dat juist met het oog hierop de besturen van enkele
gemeenten (bijv. Haarlem) besloten hebben de daar
reeds aanhangige plannen tot het invoeren van eene
gemeentelijke radiodistributie niet tot uitvoer te
brengen.
Zijn er voor onze gemeente belangen aanwezig om
toe te treden tot de Internationale van Steden
Hebben Burgemeester en Wethouders den indruk, dat
aangaande het kanalenplan voldoende met de belangen
van Leeuwarden wordt rekening gehouden
Hoe staat het met de plannen tot instelling van een
Gemeentelijken Centralen Incassodienst
De Internationale Stedenbond (Union Internationale
des villes et pouvoirs locaux), die zijn zetel heeft te
Brussel, omvat in de eerste plaats de in tal van landen
bestaande organisaties van gemeenten en andere locale
besturen, zooals onze Vereeniging van Nederlandsche
Gemeenten, en geeft alléén dan aan de steden zelf de
gelegenheid zich als lid aan te sluiten, wanneer een
dergelijke vereeniging van gemeenten in haar land nog
niet bestaat. Het aantal steden en locale besturen, dat
direct of indirect in de Union vertegenwoordigd is, werd
in 1929 geschat op 52000, met een aantal inwoners van
ongeveer 190 millioen.
Op de door den Bond gehouden congressen kunnen
naast de vereenigingen ook de steden zelf zich doen
vertegenwoordigen, hetgeen dan ook in ruime mate ge
schiedt. Voor Leeuwarden hebben wij dit echter tot
dusverre niet noodig geacht, mede met het oog op de
daaraan verbonden vrij hooge kosten (het in 1929 ge
houden congres had plaats te Sevilla en Barcelona).
Nu het eerstvolgende congres in 1932 in Engeland zal
worden gehouden, zullen wij te zijner tijd overwegen
of de belangrijkheid van de daarop te behandelen on
derwerpen voor onze gemeentelijke administratie het
afvaardigen van een of meer vertegenwoordigers wettigt.
Vermoedelijk zal er binnen niet langen tijd gelegen
heid zijn U omtrent den stand van zaken betreffende het
kanalenplan, mede in verband met de belangen van
Leeuwarden, nadere mededeelingen te doen.
Deze plannen hebben nog geen vasten vorm aange
nomen.
Kunnen tegemoet gezien worden wijzigingen van de
verordeningen die verband houden met de reorganisatie
van den geneeskundigen dienst.
Hierbij werd in 't bijzonder de kwestie der vroed
vrouwen genoemd.
Gaarne werd gezien dat ook de wethouder der Be
drijven zijn spreekuur ten Stadhuize houdt.
De indiening van de hierbedoelde verordeningen,
waaromtrent thans het advies van de stadsartsen wordt
afgewacht, kan over eenigen tijd tegemoet worden
gezien.
Mede tengevolge van het gebrek aan een behoorlijke
werkkamer in het Stadhuis, geeft de wethouder der
Bedrijven er de voorkeur aan zijn spreekuur elders te
houden.
Gewezen werd op het besluit van de vereeniging van
woningverhuurders, om geen bewoners van onbewoon
baar verklaarde woningen als huurders aan te nemen.
Gevraagd werd welke maatregelen Burgemeester en
Wethouders daartegenover denken te nemen.
Hoe denken Burgemeester en Wethouders over het
Georganiseerd Overleg bij de Politie
Vertrouwd wordt dat aan het uitbreidingsplan ernstig
wordt gewerkt.
Een besluit, als hierbedoeld wordt, is ons niet be
kend wij zullen aan deze zaak aandacht schenken,
doch gelooven niet dat er voorshands reden voor het
nemen van maatregelen bestaat.
Het in deze vraag genoemde onderwerp is wegens de
positie, waarin het personeel der politie door de Ge
meentewet is geplaatst, allereerst een zaak, die tot de
competentie van den Burgemeester behoort. Naar de
Burgemeester ons heeft medegedeeld, wenscht hij zijn
oordeel dienaangaande op te schorten totdat hij de
gelegenheid heeft gehad zich ook van het gevoelen van
den nieuw benoemden Commissaris van Politie te over
tuigen.
Dit is uiteraard het geval.
511