Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1930.
SECT1EVERSLAG.
Hoofdstuk III. Openbare veiligheid.
Gevraagd werd of de Politie geen maatregelen zou
kunnen nemen tegen het wegwerpen van bananen
schillen op straat en tegen het werpen van vuil in de
stadsgrachten.
Volgnummer 245. Een lid gaf in overweging om op
verschillende plaatsen in de stad standpijpen met
slangen te plaatsen, in geval van nood te bedienen
door de burgerij bij begin van brand.
Hoofdstuk IV. Volksgezondheid.
Volgnummer 259. Een der leden drong aan op betere
controle op het houden van mestvaalten in de bebouwde
kom.
Volgnummer 269a. Een der leden achtte een hoogere
subsidie aan het Parkherstellingsoord gewenscht.
Volgnummer 275. Enkele leden vroegen met voor
stellen te komen tot aanstelling van een schooltandarts.
Hoofdstuk VIII. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen.
De passage in den aanbiedingsbrief aangaande de
kinderbewaarplaats achtten enkele leden onduidelijk.
Gevraagd werd hoe men met de school voor Buiten
gewoon lager onderwijs denkt te doen. Afdoende rege
ling is zeker gewenscht.
Aangaande de voorgenomen bouw van een school in
het Oosten der stad vroegen enkele leden of school 14
wel geheel bezet is, en of verbouwing dezer school
niet doelmatiger zou zijn.
Voorts werd de vraag gesteld of het juist is dat de
school bij de Bildtschestraat slechts voor 2/3 bezet is.
MEMORIE VAN ANTWOORD.
bibliotheek tot een punt van bespreking te maken, zulks
in verband met de verbouwing van het Stadhuis, waar
van wij de plannen binnenkort opnieuw ter hand zullen
nemen.
Wij zullen de aandacht van den Commissaris van
Politie op een en ander vestigen en, indien het noodig
blijkt, eene aanvulling van de Algemeene Politieveror
dening bevorderen.
Aan de opmerkingen, bij de volgnummers 245 en 259
gemaakt, zullen wij aandacht schenken.
Naar de meening van ons College, gebaseerd op
nauwgezette overweging van de ingekomen aanvraag,
dient voor 1931 met een subsidie van 500.uit de
gemeentekas te worden volstaan.
Met verwijzing naar hetgeen in bijlage no. 8 van 1926
dienaangaande onzerzijds is opgemerkt, deelen wij mede
dat, nu de daar bedoelde reorganisatie van den genees
kundigen dienst inmiddels haar beslag heeft gekregen,
het bij ons College geen bezwaar ontmoet om onze
aandacht nog eens aan het instituut van schooltandarts
te wijden.
Den leden, die nadere inlichtingen wenschten te ont
vangen aangaande de in den aanbiedingsbrief aange
kondigde verbouwing van de school voor buitengewoon
lager onderwijs en de kinderbewaarplaats, veroorloven
wij ons in overweging te geven te wachten totdat ons
desbetreffend voorstel bij den Raad is ingediend, het
geen vermoedelijk in het begin van het volgend jaar
het geval zal zijn. Wij vertrouwen, dat de onduidelijk
heden, welke thans nog voor hen bestaan, dan tot hel
derheid zullen worden gebracht.
Het schoolgebouw no. 14 is ingericht voor eene dub
bele, zes-klassige school en bevat veertien leslokalen,
een slöjdlokaal en een gymnastieklokaal.. Behalve de
12 klassen, bezet door leerlingen van de scholen 14ö
en 14b, zijn er thans reeds 4 parallelklassen gevormd,
zoodat het slöjdlokaal al sedert eenige, jaren in twee
leslokalen is veranderd. Verbouwing van school 14, met
name aanbouw van meer lokalen, moet vooral met het
oog op de geringe daarvoor beschikbare ruimte worden
ontraden.
In het binnen korten tijd te verwachten voorstel van
ons College in zake den bouw van een school aan het
Kalverdijkje, zullen de omstandigheden welke dien bouw
thans o. i. noodzakelijk maken uitvoerig worden uiteen
gezet.
In antwoord op de tweede hier gestelde vraag wordt
er op gewezen, dat van school no. 16 nabij de Bildtsche
straat thans reeds vijf lokalen in gebruik zijn. In Sep
tember 1931 zal vrij zeker ook het zesde lokaal in ge
bruik worden genomen.
Volgnummer 79. Een lid vraagt of het ook over- Wij zullen het hier geopperde denkbeeld in overwe-
weging verdient de thans verkochte werkstukken bij het ging nemen,
handwerkonderwijs voor een deel te vereeren aan de
leerlingen.
518
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1930. Bijl. no. 17.
SECTIEVERSLAG.
Volgnummer 92. Een der leden stelde de vraag of
de daling der schoolgelden bij het bewaarschool-
onderwijs een gevolg is van een kleiner aantal leer
lingen.
Volgnummer 544. Een der leden was van meening
dat het subsidie aan de leeszaal moest worden verlaagd.
Volgnummer 547. Lidmaatschap van de Neder-
landsche Jeugd-Herberg Centrale.
De redactie van deze post en de toelichting worden
onduidelijk geacht. Overigens liepen de meeningen
uiteen. Eenerzijds meende men dat dit nieuwe instituut
aller aanbeveling verdient. Anderzijds wenschten meer
dere leden reeds nu vast te leggen dat goedkeuring van
deze post niet beteekent dat men een volgend jaar met
een eventueele verhooging zal meegaan.
MEMORIE VAN ANTWOORD.
De hierbedoelde daling zal vermoedelijk moeten
worden toegeschreven aan eenige vermindering van het
aantal leerlingen en van de inkomsten der ouders.
Het lid, wiens meening hier wordt weergegeven, heeft
de gelegenheid in den Raad een voorstel tot verlaging
van het subsidie in te dienen.
Het is ons, zonder nadere aanwijzingen, niet duidelijk
in welk opzicht de redactie van dezen post en de toe
lichting daarvan onduidelijk is.
Door goedkeuring van dezen post bindt de Raad zich
alleen voor het jaar 1931.
Hoofdstuk IX. Ondersteuning aan behoeftigen.
Volgnummer 561. Enkele leden informeerden naar
de verhooging van de kosten van plaatsing van arme
krankzinnigen. Spruit deze alleen voort uit de gewij
zigde subsidieregeling van de Provincie
De verhooging van deze kosten is voornamelijk een
gevolg van de verlaging van het provinciale subsidie
van ongeveer 1/3 gedeelte tot l/4 gedeelte van de kosten
en is voorts ook toe te schrijven aan eene toeneming
van het aantal patiënten, die van gemeentewege worden
verpleegd.
Volgnummer 567. Meerdere leden wenschten inlich
tingen omtrent de kosten van de Stadsarmenkamer. Men
vroeg of 't aantal ondersteunden voortdurend toeneemt,
en tot welke groepen van menschen dezen behooren.
Uit de overgelegde begrooting van de Stads-Armen-
kamer blijkt, dat de Voogden ten behoeve van deze
inrichting de uitgetrokken gelden voor 1931 noodig
achten.
Volgens ons vanwege de Stads-Armenkamer ver
strekte inlichtingen neemt het aantal ondersteunden
inderdaad vrij sterk toe en dit in het laatste jaar in
meerdere mate dan voordien, zulks mede als gevolg
van de tegenwoordig minder gunstige economische
tijdsomstandigheden. De ondersteunden behooren voor
een groot deel tot de groepen der werklooze losse
arbeiders en werklooze vaklieden (timmerlieden, schil
ders, enz.), bij organisaties aangesloten en die niet voor
uitzending naar de werkverschaffing in aanmerking
komen. Over een gedetailleerd overzicht van de onder
steunden met het oog op de „groepen", waartoe zij
behooren, beschikken wij niet.
Hoofdstuk XIV. Kasvoorzieningen.
Enkele leden wenschten te weten hoe de positie van
de vlottende schuld thans is, en of niet binnenkort zal
moeten worden geleend.
Met inbegrip van de door den Raad voor verschil
lende doeleinden verleende credieten, beliep het bedrag,
dat in aanmerking zou komen voor een vaste leening,
einde November j.l. 1.307.416.13.
Wij achten het oogenblik om eene vaste leening aan
te gaan thans nog niet gekomen.
Wij maken van deze gelegenheid gebruik om alsnog
eene wijziging in de ontwerp-gemeentebegrooting aan
te brengen, te weten de invoeging in Hoofdstuk VIII,
15, der Uitgaven van een volgnummer 518a, groot
25.wegens bijdrage aan de Vereeniging tot Bevor
dering van de Vakopleiding voor Handwerkslieden in
Nederland, voor een in 1931 te houden nationaal con
gres. Hiertegenover dient volgnummer 678 „Onvoorziene
Uitgaven" met een gelijk bedrag verlaagd en mitsdien
gebracht te worden op 38.988.24.
U gelieve de ingediende ontwerp-gemeentebegrooting
519