Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden. 1933. Bijlage no. 4.
Bylage no. 4.
VERSLAG van Rapporteurs omtrent het ver
handelde in de sectie-vergaderingen van
den Gemeenteraad met MEMORIE VAN
ANTWOORD van Burgemeester en
Wethouders betreffende het voorstel van
dat college in zake den aankoop en de
inrichting van perceelen voor politie,
brandweer en gemeentesecretarie (bijlage
1932 no. 23).
SECTIE VERSLAG.
Aan den Gemeenteraad
MEMORIE VAN ANTWOORD.
Algemeen was men van meening dat verbetering van
de huisvesting der politie en der gemeentesecretarie
inderdaad dringend noodzakelijk moet worden geacht.
1Door een lid werd opgemerkt, dat in de voor
stellen, die in den loop der jaren ten aanzien van het
z.g. stadhuisvraagstuk zijn gedaan, geen vaste lijn valt
te ontdekken. Aanvankelijk stond de bouw van een
nieuw politiebureau op den voorgrond, terwijl later (in
1925) met name de verbouwing van het Stadhuis werd
beoogd, waartoe ook werd besloten. Betreurd werd dat
dit besluit, waaruit bleek dat de Raad de oplossing van
het vraagstuk aan het Hofplein wilde zoeken, niet is
uitgevoerd. Thans is het in 1925 aanvaarde plan weer
geheel losgelaten en wordt voor uitbreiding van het
Stadhuis volstaan met de ruimte, die daarvoor in 1925
te klein was.
1Zooals wij reeds in ons voorstel van 8 December
1932 (bijlage no. 23) deden opmerken, is de aanleiding
daartoe geweest de overweging dat, nu de mogelijkheid
van verbetering van de huisvesting der politie, brand
weer en secretarie aanwezig, practisch uitvoerbaar en
financiëel aanvaardbaar is, deze aangegrepen moet
worden, wil men niet, dat een goede oplossing van het
onderhavige vraagstuk wellicht voor langen tijd van
de baan zal blijken te zijn. Wij ontkennen natuurlijk
niet, dat als de geldmiddelen geen beletsel vormden en
de noodige ruimte op een geschikte andere plaats be
schikbaar was, de bouw van een nieuwen Stadhuis
vleugel en van een geheel nieuw politiebureau over
wogen zou kunnen worden, maar aangezien deze beide
voorwaarden thans, en vermoedelijk in de naaste toe
komst niet voor vervulling vatbaar zullen blijken te zijn,
moet men gebruik maken van de geboden gelegenheid
om althans een deel van het vraagstuk behoorlijk op te
lossen. Daarom achten wij ook de vraag of door ons
voorstel wellicht de „vaste lijn", waarvan in het sectie-
verslag wordt gesproken, gebogen of. wil men, gebroken
wordt, een punt van ondergeschikt belang, vergeleken
bij de vraag hoe thans de zoozeer noodige verbeteringen
verkregen kunnen worden. Het wil ons voorkomen, dat
onze voorstellen in deze overwegingen hunne recht
vaardiging vinden.
2. Een ander lid vreesde, dat het aanhangige vraag
stuk te veel door de huisvesting der politie wordt be-
heerscht en was van oordeel, dat de belangrijke vraag,
hoe in de toekomst de bebouwing in de omgeving van
het Hofplein zal zijn, daardoor eenigszins uit het oog
wordt verloren. De verplaatsing van het politiebureau
verkleint de kans op een bebouwing, die zich bij het
Stadhuis zal aansluiten.
2. De huisvesting der politie neemt in de onder-
werpelijke quaestie inderdaad een groote plaats in. Dit
ligt voor de hand, aangezien de verbetering van het
politiebureau van de voorgestelde voorzieningen wel de
noodzakelijkste is.
3. Met de hiervoren genoemde leden vroegen vele
anderen, of het niet mogelijk was het geheele complex
van diensten, evenals bij vroegere plannen en in over
eenstemming met de laatste beslissing van den Raad,
aan het Hofplein en het Gouverneursplein onder te
brengen.
Aan deze oplossing zou men de voorkeur geven,
mede om daardoor een goede bebouwing van deze, ook
uit historisch oogpunt, zoo belangrijke plaats te krijgen.
Men zou daarom gaarne vernemen of de voor de politie
en de brandweer benoodigde gebouwen niet kunnen
worden gesticht op het gemeenteterrein hoek Sint
Jacobsstraat—Gouverneursplein, zoo noodig na aankoop
van het pand, thans voor den dienst van de Hypotheken
en het Kadaster in gebruik. Tevens wenschte men te
worden ingelicht omtrent de financieele zijde van een
dergelijk plan.
3. In het sectieverslag wordt gevraagd, of het niet
mogelijk is het geheele complex der hier besproken
diensten aan het Hofplein en het Gouverneursplein
onder te brengen, zulks, zoo noodig, met gebruikmaking
van alle panden, staande tusschen de St. Jacobsstraat
en de Groote Hoogstraat. Wij brengen in verband hier
mede alsnog het volgende onder de aandacht.
Het is om redenen, aan de praktijk ontleend, niet
noodig, dat het politiebureau, laat staan de centrale
brandweergarage, zich in de onmiddellijke nabijheid
van het Stadhuis bevindtde ervaring heeft dit met
betrekking tot onderscheidene andere gemeentelijke
diensten doen zien. Voor het bouwen van een politie
bureau op den hoek St. Jacobsstraat—Gouverneursplein
zou daarom alleen iets te zeggen zijn, wanneer die
plaats zich daartoe beter dan andere leende en de ge
noemde plaats ook voor het stichten van een brandweer-
357
