Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden,1935BIJLAGE NO.2. BIJLAGE NO. 2. Aan den Gemeenteraad. Hiernevens leg ik een tot Uwe vergadering gerichte missive van de Gedeputeerde Staten dezer provincie over,waarin zij U verzoeken om,voorzoover dit nog niet is geschied,te overwegen of in de wethoudersjaarwedden wijziging dient te worden gebracht. Uit die missive blijkt, dat de Minister van Binnenlandsche Zaken het noodzakelijk acht,dat in verband met de^herziening der salarissen van verschillende categorieën van overheidspersoneel ook de jaarwedden der wethouders aan een herziening worden on derworpen. In den laatsten tijd zijn reeds in verschillen de gemeenten deze jaarwedden verlaagddoch ook in de andere gemeenten zal deze aangelegenheid onder de oogen moeten worden gezien. Aangezien de wethouders zich van een advies te dezer zake wenschen te onthoud en,meen ik goed te doen onder de aandacht van Uwen Raad te brengen,dat de jaarwedde van da wethouders dezer gemeente,voordien f.5000.- bedragen hebbend, korten tijd geleden (besluit van Gedeputeerde Staten dd. 1G April 1935,goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 22 Mei 193^1-) verminderd is met tien procent en teruggebracht is tot f.2700.-. Nu dus nog onlangs een belangrijke verlaging van de wethoud er sjaarwedden heeft plaats gehad,bestaat er naar mijn gevoelen geen aanleiding om thans opnieuw een her ziening daarvan in overweging te nemen. Ik wil hieraan toevoegen,dat naar mijne meening zulk een overweging trouwens niet tot een voorstel tot"verla ging zou behooren te leiden,omdat een belooning van f.2700.- 's jaars voor de functie van wethouder eener gemeente als Leeuwarden,ook wanneer men de heerschende tijds omstandigheden in aanmerking neemt,geenszins aan den hoogen kant is te achten. De arbeid toch,aan dit ambt ver bonden en voor een goede vervulling daarvan onvermijdelijk, is in den laatsten tijd aanzienlijk vermeerderdde nood zakelijke bemoeiingen van het dagelijksch bestuur der ge meente gaan in toenemende mate op den tijd van zijn indivi- dueele leden beslag leggen. Op grond van het bovenstaande stel ik Uwen Raad voor, geen voorstel tot verdere verlaging van de wethoudersjaar wedden in overweging te nemen. Leeuwarden,8 Januari 1935» De Burgemeester van Leeuwarden, J.M.VAN BEIJMA Verzonden lip Januari 1935»

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1935 | | pagina 177