192
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeente
raad van Leeuwarden, 1935BIJLAGE NO. 102.
BIJLAGE NO. 102.
Aan den Gemeenteraad.
De Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft
ons doen toekomen een exemplaar van zijn beschikking dd. 22
Februari 1935 "tot vaststelling van de voorwaarden, waarop
aan middelbare scholen voor meisjes nader te bepalen rechten
kunnen worden toegekend. Uit deze beschikking, welke bij de
'stukken is overgelegd, blijkt, dat voorwaarden zijn vastge
steld met betrekking tot de toelating van leerlingen tot de
eerste klasse, den cursusduur, het leerplan, de bevoegdheden
der docenten en het einddiploma.
Aangezien wij met de Directrice der school van middel
baar onderwijs voor meisjes te dezer stede van oordeel waren,
dat het, in 't bijzonder wegens de'beteekenis van het eind
diploma, van groot belang is, dat de school worde erkend
als eene, die voor toekenning van de bovenbedoelde rechten
in aanmerking komt, hebben wij ons tot den Minister gewend
met het verzoek, de school als zoodanig te willen erkennen.
Tevoren hadden wij hieromtrent het gevoelen ingewonnen van
de Commissie van Toezicht op het middelbaar onderwijs en
van den Inspecteur van het gymnasiaal en het middelbaar on
derwijs. die ons eveneens daartoe hadden geadviseerd. Hunne
brieven zijn mede te Uwer inzage gelegd. Bij schrijven van
den 9den dezer heeft de Minister ons medegedeeld, dat aan
de school de in zijn bovenvermelde beschikking bedoelde
rechten zullen worden toegekend.
Waar uit de gestelde voorwaarden blijkt, dat voor de
toelating van leerlingen tot de eerste klasse, voor zoover
de Nederlandsche taal betreft, een toelatingsexamen moet
worden afgelegd, dient het vierde lid van artikel 16 (oud
art, 11, 3e lid; der verordening voor de school daarmede
.in overeenstemming te worden gebracht.
Tevens moet het derde lid van artikel 14 (oud) vervallen,
omdat de regeling betreffende het verleenen van het eind
diploma thans in de meer genoemde voorwaarden is vastge
legd.
Verdere wijzigingen behoeven, aan de hand van de door
den Minister gestelde voorwaarden, niet in de verordening
te worden aangebracht.
Wij doen evenwel opmerken, dat tengevolge van de in het
vorige jaar toegepaste bezuinigingen op deze school nog in
enkele wijzigingen van de verordening behoort te worden
voorzien. Toen toch is besloten het huishoudonderwijs af
te schaffen en de lessen in zang te laten vervallen. In
verband hiermede dienen de leervakken genoemd onder r van
artikel Ibis (oud), m, o, p en q van artikel Iter (oud)
artikel lquater (oud) en den eersten zin van het tweede
lid van artikel 3 (oud) te vervallen.
Het wordt verder wenschelijk geacht de wiskunde-lessen
over de vijf klassen van de school te verdeelen, zoodat
voorgesteld wordt het vijfde lid van artikel 3 (oud) te
laten vervallen.
Ten slotte wordt een wijziging van de in artikel 4 (oud)
opgenomen vacantieregeling voorgesteld. Het verdient n.l.
aanbeveling voor deze school dezelfde vacantieregeling in
te voeren als die, welke onlangs voor het gymnasium is