Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1936. BIJLAGE NO. Ij.2. BIJLAGE NO. k2. Aan den Gemeenteraad. Van den Minister van Binnenlandsche Zaken ontvingen wij de mededeeling, dat door Uw besluit van 23 December 1935 tot definitieve verlaging met 5van alle salarissen en loonen van het personeel der gemeente, voorzooveel de ambtenaren be treft voldaan is aan de bij circulaire van I4. September 1935 gegeven richtlijnen. De bezoldiging van het politiepersoneel is hierbij buiten beschouwing gelaten. Slechts ten aanzien van een tweetal functies, n.l. die van bode en concierge ten stadhuize bestaat bij den Minister nog eenig bezwaar, hetgeen ons echter geen aanleiding geeft U daaromtrent nadere voorstellen te doen. Het komt ons gewenscht voor, dat thans wordt overgegaan tot vaststelling van een nieuwe salarisverordening, waarin de verschillende wijzigingen zijn verwerkt. Zooals U bij kennisneming van het ontwerp zal blijken, hebben wij ons ten opzichte van de bedragen der salarissen be paald tot afronding naar boven tot veelvouden van f. 10.-. Voor den laagsten rang, dien van machineschrijver, hebben wij evenwel, in overeenstemming met het gevoelen van de Commissie voor Georganiseerd Overleg, gemeend het salaris, dat vóór de algemeene verlaging f. 66l.- tot f. 9^5"bedroeg, te moeten bepalen op f. 650.- tot f. 950*~* Tevens hebben wij dezen rang in de salarisschalen van eenige takken van dienst opge nomen; uiteraard zal, mocht aanstelling van personeel in dezen rang te eeniger tijd wenschelijk blijken bij bedrijven, in wier formatie geen machineschrijver is opgenomen, eerst een voorstel tot wijziging der betrokken formatie-verordening bij U aanhangig worden gemaakt. Bij de redactie van het artikel betreffende het personeel der gemeente-reiniging is reeds reke ning gehouden met ons voorstel van heden (bijlage no. )|T) Met het oog op de toepassing van de bepaling betreffende de vergoeding voor diploma's (thans art. 30) achten wij het voorts aanbevelenswaardig de redactie dezer bepaling eenigs- zins te wijzigen, ten einde uitdrukkelijk te laten uitkomen, dat deze vergoeding alleen zal worden gegeven in die gevallen, waarin het bezit van een diploma inderdaad voor de gemeente van bijzondere waarde is in verband met de functie, waarin een ambtenaar werkzaam is. Ten slotte kunnen eenige bepalingen betreffende onderwor pen, die inmiddels in het Ambtenarenreglement of in do Veror dening op de Gemeentepolitie zijn geregeld, vervallen (Artt.8, lj.de lid, 15, 17, 2de lid, 27, 2de lid, 28, 29, 31 en 32). Wat betreft de loonen der werklieden heeft de Minister ons bericht, dat deze nog getoetst dienden te worden aan het plaatselijk loonpeil en wel volgens de richtlijnen, aangege ven in de hierbij overgelegde circulaire van 7 November 1935> met verzoek ter zake het noodige te verrichten. Aan de hand van de te onzer beschikking staande gegevens hebben wij aan dit verzoek gevolg gegeven en de in artikel 21 der verorde ning opgenomen loonregeling ontworpen, waarbij wij, met in achtneming van de voorgeschreven normen, zooveel mogelijk aan sluiting hebben gezocht bij de laatstelijk vastgestelde loon- klassen. Zeer waarschijnlijk zal deze regeling de instemming van den Minister verkrijgen. Bij vaststelling der regeling zullen de artikelen 28, 1ste lid en 30 van het vervallen Work- liedenreglemont, die krachtens artikel 82 van hot Ambtenaren reglement in stand zijn gebleven, kunnen worden ingetrokken. Onder mededeeling, dat de Commissie voor Georganiseerd Overleg zich met deze voorstellen kan vereenigen, geven wij U alsnu in overweging over te gaan tot vaststelling van de hier achter in ontwerp afgedrukte verordening. Leeuwarden, 20 Maart 19 3^* Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.M. VAN BEIJMA, Burgemeester. E. SCHOTMAN Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1936 | | pagina 251