OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN.
GERAAMD BEDRAG
101
10.802
Bijl. no. 1.
OMSCHRIJVING DER UITGAVEN.
GERAAMD BEDRAG
100 68
6.180
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1936.
INKOMSTEN, HOOFDSTUK VIII, 9, gewone dienst
c
6
3
c
_bX)
"o
Werkelijke
inkomsten
volgens de
laatst
vastgestelde
rekening.
in het
vorig jaar.
thans
voorgedragen.
102
103
104
105
106
107
9. Bijzonder uitgebreid lager onderwijs.
Schoolgelden
De heffing geschiedt naar dezelfde grondslagen als voor
het openbaar uitgebreid lager onderwijs. Zie volgno. 79.
Uitkeering van gemeenten ingevolge art. 86 der
Lager-onderwijswet 1920
Zie specificatie bij de begrootingsstukken gevoegd.
Uitkeering van gemeenten ingevolge art. 104,
eerste lid, der Lager-onderwijswet 1920
In 1936 kan aan uitkeering ontvangen worden 3870.88
Zie toelichting bij volgno. 94.
Tegemoetkoming van het Rijk in de jaarlijksche
vergoeding van terreinen en gebouwen van bijzon
dere lagere scholen ingevolge art. 205, zevende lid,
der Lager-onderwijswet 1920
Uitkeering van andere gemeenten in de aan school
besturen te betalen vergoeding, bedoeld in art. 205
der Lager-onderwijswet 1920
Krachtens het bepaalde bij art. 205, 6e lid, der Lager-
onderwijswet 1920 wordt wegens uitkeeringen van andere
gemeenten voor 1936 geraamd ƒ1.868.69.
Zie bij de begrootingsstukken overgelegde specificatie.
(Volgno. 95).
Rente van waarborgsommen, gestort door be
sturen van bijzondere scholen
Van 5.362.40 kan op dezen post rente worden
ontvangen.
Gerekend wordt op een rente van 41/2 zoodat ont
vangen zou worden 241.31. Voor het geval nog waar
borgsommen mochten worden ontvangen, wordt deze
post geraamd op 245.Zie volgno. 469.
Teruggaaf door besturen van bijzondere scholen
van te veel ontvangen bijdragen ingevolge art. 101
der Lager-onderwijswet 1920
Niet bekend is of teruggaaf zal plaats hebben.
Terugontvangst van pensioensbijdragen, verschul
digd door besturen van bijzondere scholen voor per
soneel, wier jaarwedden ingevolge artikel 100 der
L.O.-wet 1920 door de gemeente zijn vergoed
Voor 1936 pro memorie uitgetrokken.
Transporteeren.
80
3.776 79
643 20
1.991 46
1.834 31
241 31
2.315 55
62
5.760
714
2.943
85
74
1.815
245
memo
88
ne
250
11.729
47
6.200
697 43;
3.870
1.868
245 -
memo rie
memo ne
12.882 -
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1936.
UITGAVEN, HOOFDSTUK VIII, 9, gewone dienst.
Werkelijke
uitgaven
volgens de
laatst
vastgestelde
rekening.
in het
vorig jaar.
thans
voorgedragen.
9. Bijzonder uitgebreid lager onderwijs.
Belooning als bedoeld in art. 33, tweede lid, der
Lager-onderwijswet 1920, toe te kennen aan de on
derwijzers, verbonden aan in de gemeente geves
tigde bijzondere scholen, welke voor rijksvergoeding
in aanmerking komen
Zie toelichting bij volgno. 435.
Kosten van instandhouding van schoolgebouwen,
welke in bruikleen zijn gegeven aan besturen van
bijzondere scholen als bedoeld in art. 101, zesde lid,
der Lager-onderwijswet 1920
Vergoeding aan schoolbesturen wegens erfpacht
van het schoolterrein als bedoeld in art. 101, zesde
lid, der Lager-onderwijswet 1920
Vergoeding aan schoolbesturen wegens huur van
gebouwen en terreinen als bedoeld in art. zombis der
Lager-onderwijswet 1920
Vergoeding aan besturen van bijzondere scholen
voor de kosten van schoollokalen bedoeld in art. 84
der Lager-onderwijswet 1920
Naar den huidigen toestand zal geen uitkeering als hier
bedoeld plaats hebben.
Uitkeering aan gemeenten ingevolge art. 86 der
Lager-onderwijswet 1920
In verband met de uitgaven over vorige jaren geraamd
op 100.
Vergoeding ingevolge art. 100 der Lager-onder
wijswet 1920 aan besturen der bijzondere scholen,
welke voor rijksvergoeding in aanmerking komen,
voor aan die scholen verbonden boventallige onder
wijzers
In 1932 over het jaar 1930 uitgekeerd 1.021.67, in
1933 over het jaar 1931 ƒ4.417 en in 1934 over het jaar
1932 ƒ3.166.—.
In 1935 behoefde over 1933 geen uitkeering te wor
den gedaan, terwijl ook in 1936 geen uitgaven worden
verwacht.
Vergoeding aan schoolbesturen als bedoeld in art.
101, negende lid, der Lager-onderwijswet 1920.
Zie toelichting bij volgno. 442.
Vergoeding van de kosten van instandhouding van
bijzondere scholen, bedoeld in art. 101, ie lid, der
Lager-onderwijswet 1920
Zie toelichting bij volgno. 443.
Uitkeering aan gemeenten ingevolge art. 104,
eerste lid, der Lager-onderwijswet 1920
Voor 1936 geraamd op 50.
Vergoeding voor terreinen en gebouwen van bij
zondere scholen aan besturen dier scholen, bedoeld
in art. 205 der Lager-onderwijswet 1920
Blijkens een bij de begrootingsstukken gevoegden staat
is over 1936 verschuldigd 6.180.93.
Zie volgno. 445.
Transporteeren.
81
memo
ne
memo ne
3.166
50
4.400
10.169
87
6.098
7.284 38
50 55
7.224
100
memo ne
38
48
7.190
58
25
8.313 90
50
93
6.180 93
6.180 93
26.952 41
23.978 79 21.835 41