Uitkeering van het rijk wegens 20 der hoofdsom
van de personeele belasting naar den eersten, twee
den en derden grondslag:
Uitkeering van het rijk wegens hoofdsom der
personeele belasting naar den vierden tot en met
den zevenden grondslag:
12.000
Aandeel van het Rijk in het hotelvergunnings- en
verlofsrecht
Tegemoetkoming aan andere gemeenten in de
;osten van aldaar hoofdverblijf hebbende, doch al
hier werkzaam zijnde arbeiders, ingevolge art. 147
der Gemeentewet
Kosten ter zake van verzekering, pensionneering
;nz. van ambtenaren en beambten (zie Hoofdstuk II,
volgnummers 229 tot en met 238)
Rente van geldleeningen ten laste van Hoofdstuk
XII komende
Aflossing van geldleeningen ten laste van Hoofd-
tuk XII komendeJ
Annuïteiten van geldleeningen ten laste van Hoofd-
tuk XII komende
Bijdrage aan Hoofdstuk XII van den kapitaal-
dienst
280
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1937.
INKOMSTEN, HOOFDSTUK XII, gewone dienst.
OMSCHRIJVING DER INKOMSTEN.
Werkelijke
inkomsten
volgens de
laatst
vastgestelde
rekening.
GERAAMD BEDRAG
in het
vorig jaar.
thans
voorgedragen.
Per transport
a. betreffende het op het dienstjaar betrekking heb
bende belastingjaar44.000.
b. betreffende het vorige belastingjaar.memorie
Zie toelichting bij volgno. 155.
Transporteeren
130
-ƒ
a. betreffende het op het dienstjaar betrekking heb
bende belastingjaar12.000.
b. betreffende het vorige belastingjaar memorie
Bij raadsbesluit d.d. 15 Juli 1930 is de gemeente voor
de heffing van de beide eerste grondslagen voor de Per
soneele Belasting ingedeeld in de 5e klasse. Dit besluit
is goedgekeurd bij Koninklijk besluit d.d. 28 Augustus
1930, no. 80.
Bij raadsbesluit d.d. 15 Juli 1930, goedgekeurd bij
Koninklijk besluit d.d. 28 Augustus 1930, no. 80 en bij
raadsbesluit d.d. 28 December 1933, goedgekeurd bij
Koninklijk besluit van 26 Januari 1934, no. 195, zijn
enkele belastingbedragen, genoemd in de wet op de
Personeele Belasting, gewijzigd.
Bij Raadsbesluit d.d. 28 December 1933, goedgekeurd
bij Koninklijk besluit van 26 Januari 1934, no. 195,
zijn de perceelen of gedeelten daarvan, waarin uitsluitend
het bedrijf van houder van een koffiehuis, restaurant enz.
wordt uitgeoefend, gelijkgesteld met de perceelen, ge
noemd in art. 11, 3, le lid, letter a, der wet op de
Personeele Belasting 1896.
Van de inkomsten der gemeente uit de Personeele Be
lasting moet eveneens een belangrijk deel in het meer
genoemde Werkloosheidssubsidiefonds worden gestort.
80 °/0 van de hoofdsom dier belasting naar den eersten,
tweeden en derden grondslag wordt naar het fonds over
geheveld.
De opbrengst van 20 °/0 van de hoofdsom naar den lei,
2en en 3e1 grondslag wordt geraamd op ƒ44.000.de
totale hoofdsom naar den 4en tot en met 7en grondslag
op 12.000.—.
178.449
48.000
14.800
98
183.810
44.000
14.500
187.075 -
44.000 -
241.249 98 242.310 243.075
Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1937.
UITGAVEN, HOOFDSTUK XII, gewone dienst
OMSCHRIJVING DER UITGAVEN.
Werkelijke
uitgaven
volgens de
laatst
vastgestelde
rekening.
GERAAMD BEDRAG
in het
vorig jaar.
thans
voorgedragen.
Per transport
Zie volgnos. 169 en 170.
Ingevolge de bepalingen der Drankwet 1931, Staats
blad no. 476, moet de helft van het ontvangen hotel-
ergunnings- en verlofsrecht in 's Rijks kas worden gestort.
3L654
845 62
10
25.300
775
506 21
280
5.303
/o
57
137
Transporteeren
33.005
93
26.355
6.358
57
