1+ Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1939» BIJLAGE NO.ip. V. Opcenten Personeele Belasting. Een lid vroeg,of er door Burgemeester en Wethouders niet eens een krachtige poging is ondernomen,om tot een verbetering te geraken,van de onjuiste classificatie voor de Personeele Belasting,n.lin de 5e klasse. Andere vergelijkbare gemeenten verkeeren in dat opzicht in gun stiger positiewaardoor hare ingezetenen belangrijk minder aan deze belasting betalen. O.a. Zwolle,ipe klasse,200 opcenten; Amersfoort,Je klasse, 120-220 opcenten, A. Naar aanleiding van een door tusschenkomst van den Commissaris der Koningin ontvangen brief van den Minister van Binnenlandsche Zaken,waarbij werd medegedeelddat hot aantal opcenten op de hoofdsom dor personeele belasting met ingang van 1 Januari 1939 op 200 moest worden ge steld, hebben wij ons bij brieven van 28 December jl. tot don Commissaris der Koningin en den Minister gewend met een uitvoerige uiteenzetting van ons standpunt te dien opzichte en met betrekking tot do classificatie. Wij leggen deze correspondentie hierbij ter inlichting aan U over. V. Forensenbelasting» Hotzelfde lid vroog,of Burgemeester en Wethouders zich al eens hebben bozig gehouden met de vraag,of de heffing van een foronsenbelasting,waarvoor een wetsontwerp bij de Tweede Kamer aanhangig is gemaakt,van eenige be teekenis voor do gemoonte zou kunnen zijn en of daarvan veel ver andering is te verwachten. Een ander lid achtte het voorbarig ever do nieuwe belastingvoorstellen te sprekon. A. Wij sluiton ons aan bij de meening van hot hier aan het woord zijnde andere lid. Vo Straatbelastingo Het lid-dat de beide vorenbedoelde vragen over belastin gen stelde,zou er verder gaarne over worden ingelicht,of Burgemeester en Wethouders al eens hebben geprobeerd een verlaging van het heffingspercentage to vorkrijgen, en zoo ja, met welk resultaat en welken indruk hebben Burgemeester en Wethouders daaromtrent. De steller van deze vraag verwees naar Zwolle,dat ook extra-bijdrage-behoevend is en voorzoover hem bekend geen straatbelasting heft,maar wel een zakelijke belas ting op het bedrijf. Een ander lid bleef deze heffing hoog on onrechtvaardig vinden,ovenals de tarieven voor gas en eleetriciteit,die te hooge winsten afwerpen. Een derde lid achtte het onbillijk,dat opnieuw van de inge zetenon een belangrijke opbrengst wegens straatbelasting wordt gevraagd. Dit lid achtte een heffingpcrcentage van ó-g- in verhou ding tot de rente op de geldmarkt tegenwoordig veel te hoog.. Nog een andor lid achtte deze heffing niet te verdedigen mot het feit,dat deze inkomsten noodig zijn voor de begrooting. Door bezuinigingsmaatregelen zullon do kosten,waarop do heffing is gebaseerdeveneens zijn gedaaldzoodat mot gegronde redenon kan worden aangenomen,dat verlaging mogelijk en noodig is. Dit lid had een voorstel in dien zin in ovorweging. o Do financioele toestandzooals die zich voor 1939 liet aan zien,stond naar ons inzicht niet toe,het percentage van hoffing der straatbolasting to verlagen,, Pogingen in die richting 5 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gomeenteraad van Leeuwarden, 1939» BIJLAGE NO «Ij.. hebben wij dan ook niet ondernomen. Er moge al eenig verband tusschon het heffingsporcontage voor de straatbelasting en de tegenwoordige rente op de geldmarkt te borodonoeron zijn,men kan onzes inziens hot huidige rentepercentage niet eenvoudig naast hot hoffings- percentage zetten en daaruit de conclusio trekken dat hot laats tegezien die verhouding, veel te hoog is. Dat do kosten,waarop do straatbolastingheffing is gebaseerd, eveneens zijn gedaald, en dat dus met gegronde redenon kan worden aangenomen,dat verlaging mogelijk en noodig is,kun nen wij niet toogoven. Immers bij oen heffing van 6^% wordt nog maar oen gedeelte van do bedoelde kosten goedgemaakt. Mot name zijn in do borekening ,wat de Reiniging betroft, slechts do kosten van het schoonhouden van straten en grach ten opgenomen tot oen bedrag van f3O0OOOtorwijl de Hooge Raad bij arrest van 12 October 193^ heeft beslist,dat het nadeeligo saldo van don reinigingsdienst bij do hierbedoolde berekening ten vol^e moet medetellen. Het is duidelijk,dat, ware dit oordeel' voor de eerste vaststelling van het hier geldendo hoffingspercentage gegeven,de berekening der in art«280 der Gemeentewet bedoelde kosten er geheel anders had uitgezien. 13.V. Wilhelminaplein. Moerdero leden waren van oordeol,dat verbetering van dit plein niet kan wachten. Als vaststaande werd aangenomen,dat dit work evenwel niet in gedeelten kan worden uitgovoerd en om technische redenen in zijn geheel moet worden ter hand genomen. Men wenschte daartoe wederom oen post van f.30,000.- op den Kapitaaldionst uit te trekken, Omtrent de dokking van de kosten bestond bij deze loden evenwel goon eenstemmigheid. Eon deel van hon wenschte do kosten in 10 jaren to dokken uit het jaarlijksche bedrag,dat voor gewoon onderhoud van straten wordt uitgetrokken; oen ander deel wenschte voor do financiering jaarlijksgedurende 10 jaren, f,3.000,- op den gewonon dienst uit te trokken. Deze laatste ledon achtton don post voor onderhoud van straten roods te veel besn5oid,om daarvan nog een dool af te zonderen voor dokking van bovenbe doelde kosten. Opgemerkt werd nog,dat bij gewoon onderhoudwaarbij veel al het oude matoriaal wordt gebruikt,meer arbeidsloon kan worden besteed,dan bij nieuw werk,hetgeen de bestrijding dor werkloosheid ten goede komt. Een lid achtte eenige verbetering van hot plein noodig, maar zag daarin nog niet een zoodanige urgentie,dat daarvoor zoovoel beroering moest worden gowekt. Er zijn,volgons dit lid,objecten,welker verbetering noodzakelijker is; hij wees daarbij op hot Blokkopad,dat nog lang niet in voldoenden staat is gebracht,. Eon ander lid vroog,of Burgemeester en Wothoudors or ook aan hebben gedacht de verbetering van het Wilholminaploin met luchtboschermingsmaatregelen te combinoercn. A. Do urgontio van do verbetering van hot W£".belminaploin behooft ,naar het ons voorkomt,hier niet opniouw te worden be toogd. pat or wellicht oen werk of voorziening te vinden is, welke nog urgentor is te achten,willen wij niet ontkennon,doch doet aan do noodzakelijkheid van do ploinvorbotering o.i. niot af. Wat hot Blokkepad betreft, zij opgemerkt,dat de tegenwoor dige toostand geen goede maiatstaf ter beoordoeling is,aangezien

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1939 | | pagina 209