ONTWERP D. VERORDENING tot heffing van schoolgeld voor het onderwijs aan de middelbare avondhan delsschool. 23 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, 1939. Bijlage no. 110. Artikel 1. Ter tegemoetkoming in de voor rekening der ge- pieente blijvende kosten van de middelbare avond handelsschool, wordt ten behoeve van de gemeente schoolgeld geheven. Art. 2. 1. Het schoolgeld is verschuldigd: a. voor een leerling, staande onder ouderlijke macht, dan wel onder voogdij van zijn vader of zijn moeder, door dengene, die de ouderlijke macht of de voogdij uitoefent; b. voor een leerling, niet staande onder ouderlijke macht, noch onder voogdij van zijn vader of zijn moeder, door dengene die krachtens de wet met het onderhoud van den leerling is belast en bij ontsten tenis van dezen, door den leerling zelf. 2. Pleegouderlijke zorg vervult te dezen opzichte de plaats van de ouderlijke macht of de voogdij van den vader of van de moeder. Onder pleegouderlijke zorg wordt verstaan de zorg voor onderhoud en op voeding van het kind van anderen als ware het een eigen kind. Art. 3. 1. De helling geschiedt naar den maatstaf, om schreven in artikel 37, derde lid, onder c, 2°., der middelbaar-onderwijswet. 2. Waar in de volgende artikelen sprake is van de gemengde hoofdsom, wordt daaronder verstaan de maatstaf, bedoeld bij het vorige lid van dit artikel. Art. 4. 1. Van hen, die in Nederland woonden bij het be gin van het belastingjaar, dat aan het leerjaar onmiddellijk voorafging en van hen, die zich in den loop van de maanden Mei tot en met Maart van dat belastingjaar in Nederland hebben gevestigd, wordt het schoolgeld geheven naar de gemengde hoofdsom over dat belastingjaar. 2. Van personen, die zich na de maand Maart, in het eerste lid bedoeld, in Nederland hebben gevestigd, wordt het schoolgeld geheven naar de gemengde hoofdsom over het belastingjaar, waarin het tijdstip van vestiging in Nederland valt. Bij vestiging in Nederland in de maand April wordt het volgende belastingjaar genomen. 3. Van niet onder de vorige leden vallende personen, die in Nederlandsch-Indië, Suriname of Curacao woonden in het tijdvak van een jaar, onmid dellijk voorafgaande aan het tijdvak, waarover het schoolgeld wordt geheven, wordt het schoolgeld geheven naar de gemengde hoofdsom, welke ver moedelijk in aanmerking zou zijn genomen, indien de gemeentefondsbelasting en de vermogensbelasting ook aldaar werd geheven, met dien verstande, dat uit sluitend wordt gelet op het inkomen en eventueel het vermogen, naar de daar geldende regelen vastgesteld voor het laatstelijk aangevangen belastingjaar of lierrekeningstijdvak en dat ook overigens de gemeng de hoofdsom wordt bepaald met inachtneming van den toestand bij den aanvang van het laatstelijk aan gevangen heffingstijdvak. 4. Van de overige personen wordt een schoolgeld geheven, berekend naar het bedrag, dat voor de rijks inkomstenbelasting verschuldigd is van het inkomen van den belastingplichtige, indien liij zijn woonplaats in de gemeente Leeuwarden had, en welk bedrag voor

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1939 | | pagina 362