VIII, 14, 15. 126—130. INKOMSTEN. De bijdragen van buitengemeenten vermeerderd met het Rijkssubsidie beloopen over 1938 ƒ12.763,32 8.100,20.863,32, zoodat dus over 1938 geen aanspraak op een aanvullend Rijkssubsidie kan worden gemaakt. Deze post dient dus te worden gesteld op 7.200, 127 Bijdragen van andere gemeenten in de kosten der van Rijkswege gesubsidieerde gymnasia als bedoeld in art. 8 qua ter, sub i, der Hooger-onderwij swet 11.470, Ingevolge art. 8quater, le lid, H.O.-wet, zooals deze is gewijzigd bij de wet van 22 Februari 1936 (Staatsblad no. 100), kunnen bijdragen van andere gemeenten worden gevorderd voor leerlingen uit die gemeenten afkomstig, die het gymnasium alhier bezoeken. Deze bijdrage bedraagt per leerling de helft van het verschil tusschen het jaarlijksch schoolgeld voor dien leerling verschuldigd, en een door den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen telkens voor 5 jaar vast te stellen bedrag. Dit bedrag is door den Minister bepaald op 500, De opbrengst van het schoolgeld voor het gymnasium is voor 1939 geraamd op 23.000, Het totaal aantal leerlingen zal bij den aanvang van den cursus 1938/'39 vermoedelijk bedragen 177 en het aantal buitenleerlingen 62, zoodat dus het door de buitenleerlingen te betalen schoolgeld moet worden geraamd op 62/177 X 23.000,8.060, De bijdragen van buitengemeenten zullen dus naar schatting moeten opbrengen (62 X 500,8.060,—) 2 11.470,—. 129 Ontvangsten inzake verkochte programma's en lesroosters van het gymnasium 45, In verband met de ontvangsten over 1937 en 1938 geraamd op 45,—. 15. Nijverheids-onderwijs. 130 Bijdragen van gemeenten in de kosten van scholen voor het nijverheids-onderwijs29.275, a. lager18.940,— b. middelbaar10.335, Samen29.275, Krachtens het bepaalde bij art. 25, 4e lid, der Nijverheids-onderwijswet, moet voor leerlingen afkomstig uit andere gemeenten, dan die waarin de nijverheidsschool is gevestigd, tenzij aldaar een gelijksoortige inrichting van onderwijs bestaat, door de gemeente van afkomst een bijdrage worden verleend, overeenkomende, waar het geldt een school als bedoeld in art. 11, 2° lid, onder a, b, c of d, (middelbaar nijverheidsonderwijs) met 15 en waar het geldt een andere der in art. 11 bedoelde scholen (lager nijverheidsonderwijs) een bedrag, overeenkomende met 20 ten honderd van het gemiddeld bedrag per leerling der netto-kosten. Rekening houdende met de ter zake ontvangen bijdragen over vorige jaren, worden voor 1939 geraamd de navolgende bijdragen: a. lager: avond-nijverheidsschool630, ambachtsschool13.400, industrie- en huishoudschool- 4.025, binnenvaartschool80, avondcursus voorbereiding Middelbare Technische School- 90, machinisten-dagcursus- 415s Christelijke Industrie- en Huishoudschool - 300, Samen18.940, b. middelbaar middelbaar technische school - 10.335, Totaal29.275,— 30 VIII, 15, 16. 131—137. INKOMSTEN. 131 Teruggaaf door besturen van Nijverheidsscholen van te veel ontvangen subsidie memorie In 1939 zullen, nadat de desbetreffende rekeningen door den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen zullen zijn goedgekeuerd, de subsidies aan de verschillende nijverheidsscholen over 1938 kunnen worden afgerekend. Of op teruggaaf van te veel bij voorschot ontvangen subsidie mag worden gerekend en tot welke bedragen is thans nog niet bekend. 16. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (niet vallende onder de 1 t/m. 15). 133 Pacht van den Prinsentuin en opbrengst van entree-gelden bij het geven van muziek-uit- voeringen 400, De buffetten in de Beurs en in den Prinsentuin zijn bij Raadsbesluit van 24 November 1937, voor zooveel noodig goedgekeurd door Gedeputeerde Staten d.d. 8 December 1937, no. 5, tot einde December 1940 verpacht voor 2.000,in totaal per jaar. Wegens pacht voor het buffet c.a. in den Prinsentuin wordt op dezen post 400,ver antwoord. De opbrengst van entréegelden voor eventueele van gemeentewege te geven muziek uitvoeringen wordt pro memorie geraamd. Zie volgno. 64. 134 Bijdrage in de uitgaven ten behoeve van het Princessehof en de daarin geplaatste verzameling van Chineesche en Indonesische kunst 410, Voor 1939 wordt wederom een bijdrage van het Rijk geraamd van 250,De bijdragen van bezoekers worden geraamd op 160, 135 Ontvangen entrée-gelden voor het bezichtigen van den Pier Pander-tempel225, In 1937 is ontvanger ƒ213,terwijl de ontvangsten over 10 maanden van 1938 227,beliepen. Voor 1939 wordt 225,geraamd. 136 Ontvangsten wegens verstrekte magazijngoederen ten behoeve van het onderwijs 5.000, Deze post staat in ontvang en uitgaaf gelijk. Hierop worden administratief in ontvang geboekt de bedragen van uit magazijn verstrekte goederen. Zie volgno. 473. 137 Ontvangsten ter zake van het Sportterrein Cambuur2,350, Wegens opbrengst van huur voor het gebruik van het sportterrein door verschillende sport- en gymnastiekvereenigingenvoor bijzondere wedstrijden, meetings, e.d., wordt een ontvangst geraamd van 2.350, Deze ontvangsten kunnen als volgt worden gespecificeerd: huur Voetbalvereeniging „Leeuwarden" 1.200, voetbalvereeniging „L.A.C. Frisia"800, hockeyclub „Rap"7.-^- 175, verpachting consumptie en ijskarren - 125, opbrengst fietsenbergplaats - 50, buitengewone ontvangsten voor bijzondere wedstrijden e.dmemorie 2.350,— 31

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1939 | | pagina 85