1946.
VIII, 7, 7A, 9. 438—445. UITGAVEN
438 Bijdrage aan hoofdstuk VIII 7 van den kapitaaldienst 1.456,
Zie bijlage no. IV 296,
en bijlage no. V- 1.160,
1.456,—
7A. Bijzonder voortgezet gewoon lager onderwijs.
439 Vergoeding aan schoolbesturen, als bedoeld in artikel 10ibis der Lager-onderzoijswet 1920.7.315,35
Zie de toelichting onder volgno. 427.
Wegens kosten van het vakonderwijs in de lichamelijke oefening wordt op dit volg
nummer geiaamd ƒ6000,—.
440 Vergoeding van de kosten van instandhouding van bijzondere scholen, bedoeld in artikel 101
der Lager-onderwijswet 19208.414,92
Zie de toelichting bij volgno. 428.
441 Teruggaaf van schoolgeldenmemorie
442 Bijdrage aan Hoofdstuk VIII IA van den kapitaaldienst164,—
Zie bijlage no. IV.
9. Bijzonder uitgebreid lager onderwijs.
443 Uitkeering aan gemeenten ingevolge art. 86 der Lager-onderwijswet 1920 IOC,
In verband met de uitgaven over de laatste jaren geraamd op 100,
444 Vergoeding aan schoolbesturen als bedoeld in art. 10ibis der Lager-onderwijswet 1920.. f 9.083,87
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 101 te der Lager-onderwijswet 1920, zal
de gemeente ook over 1946 aan de besturen van bijzondere scholen voor uitgebreid lager
onderwijs, aan welke vakonderwijzers werkzaam zijn, een vergoeding moeten toekennen.
Het voorschotbedrag, ingevolge het 7e lid van genoemd wetsartikel uit te keeren, wordt
berekend naar het gemiddeld aantal leerlingen over 1945 en het kostenbedrag per leerling
voor het openbaar uitgebreid lager onderwijs, hetwelk naar de raming voor 1945 bedraagt
15,44.
Geraamd wordt, dat in 1946 de volgende voorschotten aan de hierna genoemde school-
vereenigingen moeten worden uitgekeerd:
Schoolvereeniging
Gemiddeld
aantal leer
lingen
Voorschot
1946
Roomsch-Katholieke Schoolvereeniging
81
1.250,64
St. Lucia-gesticht te Rotterdam
9 U/3
-
1.410,19
Vereeniging voor Christelijk Schoolonderwijs
416
-
6.423,04
Totaal
9.083,87
445 Vergoeding van de kosten van instandhouding van bijzondere scholen, bedoeld in art. 101
der Lager-onderwijswet 1920 9.848,70
Ingevolge art. 55bis der L.O.-wet moet jaarlijks bij het vaststellen van de gemeente-
begrooting door den Raad het bedrag worden bepaald, dat per leerling voor de openbare
scholen voor l.o., v.l.o. en u.l.o. in het komende jaar wordt beschikbaar gesteld ter bestrijding
van de kosten, bedoeld in art. 55 onder e tot en met h en o, alsmede die van instandhouding.
Naar dat bedrag per leerling moet jaarlijks op verzoek van het schoolbestuur een voor
schot op de vergoeding voor de bijzondere school verleend worden van 100 berekend
over het getal leerlingen in het afgeloopen jaar.
Aan de hand van de thans bekende gegevens moeten die voorschotten voor het bijzonder
uitgebreid lager onderwijs als volgt worden geraamd:
78
VIII, 9. 446—449.
1946.
UITGAVEN
School
Aantal
leerlingen
Kosten-
i
bedrag per Voorschot
leerling
Roomsch-Katholieke Schoolvereeniging
Tweebaksmarkt no. 44
St. Lucia-Gesticht, Rotterdam
Groote Kerkstraat no. 81
I'ereeniging voor Christelijk Schoolonderwijs:
Margaretha de Heerstraat no. 1
Margaretha de Heerstraat no. 2
81
3
416
16,74 1.355,94
- 1.528,92
- 6.963,84
Totaal9.848,70
446 Uitkeering aan gemeenten ingevolge art. 104, eerste lid, der Lager-onderwijswet 1920.. 25,
In verband met de uitgaven der laatste jaren geraamd op 25,
447 Vergoeding voor terreinen en gebouwen van bijzondere scholen aan besturen dier scholen,
b loeld in art. 205 der Lager-onderwijswet 1920707,50
Uitgekeerd moet worden aan het St. Lucia-Gesticht te Rotterdam voor de school
Groote Kerkstraat no. 81, naar een getaxeerde waarde van/42.450,a5 2.122,50,
aarvan voor het uitgebreid lager onderwijs 707,50.
448 Uitkeering aan andere gemeenten in de aan schoolbesturen te betalen vergoeding, bedoeld
1 art. 205 en 20gter der Lager-onderwijswet 192080,
In verband met de uitgaven over de laatste jaren geraamd op ƒ80,
449 Rente van waarborgsommen, gestort door besturen van bijzondere scholen
f
76,53
Van 1922 af is gestort aan waarborgsommen ten behoeve van het uitgebreid lager
c iderwijs 6.183,38. In de jaren 1942 tot en met 1945 zijn echter waarborgsommen terug-
g stort, zoodat hiervoor na dien datum geen rente meer verschuldigd is. In den navolgenden
staat is hiermede rekening gehouden.
1 i i Waarborgsom
moet worden
teruggegeven
Schoolvereeniging
Waarborg
som (u.l.o.)
/r»
Rente
m
Roomsch-Katholieke Schoolvereeniging
St. Lucia-Gesticht, Rotterdam
132,75
669.11
975.12
1.776,98
4.496
4.486
4.158
5,97
30,02
40,54
1947
1950
1951
76,53 i
Aan de schoolbesturen moet rente worden uitgekeerd naar het bedrag aan waarborg
sommen, zooals in bovenstaande lijst is aangegeven. Doordat enkele schoolbesturen de
waarde van eigen grond, waarop het schoolgebouw is gesticht, in mindering hebben
gebracht op de te storten waarborgsom, is in totaal voor het uitgebreid lager onderwijs
nog over ƒ1.448,48.
Zie volgno. 117.
79