Biilage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad vrn Leeuwarden, 1946 c BIJIAGE BO. 5» bijlage no. 5. Aan den Gemeenteraad. Van het bestuur der Yereeniging tot stichting en instand houding van scholen mat den Bijbel te Huizum is bij schrijven dd. 3 Juli 1945 een verzoek ingekomen om op grond van het be paalde b. j artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920 gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor de verbouwing en restauratie van de school voor gewoon lager onderwijs Zuiderstraat no.21 te Huizum. Dit schoolgebouw is in November 1943 voor doeleinden van de Duitscne weermacht ingericht, zelfs gedeeltelijk ver bouwd, en zoodanig bewoond, dat het noodzakelijk is het geheel te herstellen, Naar aanleiding van bovenstaand verzoek hebben wij het advies ingewonnen van den Directeur van Gemeentewerken en van den In specteur van het Lager Onderwijs. Laatstgenoemd advies werd evenwel eerst op 3 October 1945 ontvangen en daar ingevolge het bepaalde bij artikel 75? Ie lid., der wet uiterlijk op 3 October 1945 op de aanvrage moest worden beslist, is voor genoemden da tum overleg gepleegd met het schoolbestuure Dit bestuur bleek bereid zijn .orspronkelijk verzoek van 3 Juli 1945 in te trekken0 Op 4 October 1945 is toen een nieuwe aanvraag ex artikel 72 der LcO.-wet aan ons College ingezonden, Blijkens het hierbij overgelegde advies van den Inspecteur van het Lager Onderwijs, bestaat naar zijn meening geen bezwaar tegen inwilliging van het verzoek van het schoolbestuur, waar mede wij ons geheel kunnen vereenigen. Onzerzijds werd dan ook reeds tot de gevraagde medewerking besloten, zulks met inachtneming van de door den Inspecteur van het Lager Onderwijs gemakte opmerkingen. Alvorens aan deze beslissing administratieve uitvoering te kunnen geven, moest evenwel deze aanvrage, ingevolge punt 8 van de MA.lgemeene voorwaarden, verbonden aan de toekenning van de noodlijdendheidsbijdrage uit de tweede afdeeling van het gemeen tefonds aan noodlijdende gemeenten"ter kennis worden gebracht van het toezichthoudend orgaa.no Gedeputeerde Staten van Priesland hebben naar aanleiding van ons danrtoe strekkend schrijven bij beschikking dd, 28 November 1945 beslist, dat de gevraagde mede werking voor verbouw en restauratie van de school Zuiderstraat kan worden verleend, mits met de door den Inspecteur van het La ger Onderwijl in diens schrijven blo 28 September 1945, no.755, gemaakte opmerkingen rekening wordt gehouden. Nu inmiddels evenwel de Gemeenteraad weer is opgetreden dient het definitieve besluit daartoe alsnog door Uwe Vergadering te worden genomen. Wij maken U er nog opmerkzaam op, dat bij het verzoek om be schikbaarstelling der gelden door het schoolbestuur tevens zijn ingezonden de plannen met bestekken, volgens welke de verbouwing en restauratie zal worden uitgevoerd, alsmede gespecificeerde begrootingen. De beoordeeling van deze plannen en begrootingen behoort evenwel niet tot de competentie van den Raad. Ingevolge Koninklijk besluit dd. 6 April 1939, no.20, beslist namelijk de Gemeenteraad na indiening van een aanvrage ex artikel 72 der lager-onderwijswet slechts of medewerking zal worden verleend, terwijl daarna het schoolbestuur in overleg treedt met Burge meester en Wethouders, die dan hebben te beoordeelen of zij met de wijze, waarop het schoolbestuur van de verkragen medewerking gebruik zal maken- accccrd gaan.. Aangezien de normale eischen, welke aan het geven van lager onderwijs gesteld mogen worden, niet zijn overschreden, terwijl voorts genoegzaam uit de stukken is na te gaan, dat voldaan is aan de bepalingen der Iagei-onderwijswet 1920, behoort op grónd van het bepaalde bij artikel 75? tweede lid, de gevraagde mede werking te worden verleend. Onder"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1946 | | pagina 214