Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden, 1947. BIJLAGE NO.168. in dienst zijnde werklieden een overgangsregeling zal mogen gelden, waarbij door het verlenen van een'toeslag op het al gemeen geldende loon een inkomen zal worden bereikt, dat bo ven het geldende maximum der rijksregeling uitgaat, met het voorbehoud evenwel, dat bij een na 30 Juni 1 947 toegekende loonsverhoging die extra toeslag geheel of ten dele zal ko men te vervallen. Genoemde overgangs- (compromis-) regeling heeft voor die werklieden, die niet in een hogere loongroep kunnen overgaan, deze betekenis, dat boven het geldende nieuwe loon een tij delijke toelage wordt verkregen, bedragende: voor de loopgroepen 1 en 2, bij maximum-1oon, f.0,96 per week; voor loongroep 3, hij het genot van 5 periodieke verhogin gen, f. 0,48 en bij maximum-loon f. 0,96; voor loongroep 4, bij het genot van 4 of 5 periodieke ver hogingen, respectievelijk f. 0,48 en f. 0,96 en bij maximum loon f. 1,44 per week. De hierbij ter vaststelling aangeboden ontwerp-verordening sluit zich in hoofdzaak aan bij de rijksregeling. Wij vol staan met op het volgende Uw aandacht te vestigen. De ontworpen regeling, waarbij de bestaande, zeer onover zichtelijk geworden toestand van basis-lonen met vaste-, tij delijke- en overbruggingstoelagen wordt vervangen door een verordening met nieuwe, vaste normen, heeft het voordeel, dat de pensioensgrondslagen worden verhoogd en meer in over eenstemming worden gebracht met de werkelijke lonen, dat de minimum-lonen niet onbelangrijk worden verhoogd, terwijl eveneens de kindertoelageregeling een verbetering ondergaat. De loonbedragen zijn uit de rijksregeling overgenomen^ Ten aanzien van artikel 12,-dat de toekenning van de kin dertoelagen regelt, merken wij op, dat ook in dezen aanslui ting is .gezocht en verkregen met de voor d-e rijkswerklieden geldende regeling. Wij brengen in herinnering, dat aanvankelijk in deze ge meente niet, gelijk bij het Rijk, een kinderto'elageregeling bestond, doch dat in de lonen de aanvankelijke minimum-toe-- lage ad f. 1,15 per week en per kind voor 2 kinderen was be grepen. Pas toen de minimum-kindertoelage werd verhoogd van f. 1,15 tot f. 2,90, werd voor de eerste 2 kinderen f. 1,75 per kind en voor de volgende f-. 2,90 per kind toegekend, welke bedragen later zijn verhoogd tot resp. f. 2,70 en f. 3,85 per week. Deze bedragen zijn nog steeds geldend, met dien verstande, dat voor die kinderen, waarvoor op 1 Mei 1945 nog geen kindertoelage werd genoten, de bedragen van f. 1,75.en f. 2,90 van kracht zijn. Nu echter, gelijk reeds in ons voorstel van 27 Maart j.l. tot uiting kwam, de Minister van Sociale Zïaken in verband met een wijziging van de Kinderbijslagwet de eis stelt, dat de gemeentelijke kindertoelageregelingen, gerekend van 1 Oc tober 1946 af, hierbij ten minste moeten aansluiten en een kindertoelage ten volle vanaf het eerste kind moet worden gegeven, zal deze vanaf genoemde datum moeten worden bepaald op f. 3,85 of f. 2,90 per kind_, al naar gelang de kindertoe lage reeds of nog niet op 1 Mei 1945 werd genoten. Tevens wordt als eis gesteld, dat van 1 Januari 1947 af ook voor kinderen van 18 tot 21 jaar, die het dagonderwijs volgen aan een inrichting voor algemeen vormqnd- of vakonder wijs, een kindertoelage als bovenbedoeld wordt gegeven. Met betrekking tot de loonregeling zelve kan verder nog worden opgemerkt, dat het bestaande systeem, ten gevolge van "de" Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden, 1947. BIJLAGE NO.168, de aanpassing aan de rijksregeling in het algemeen, in zo verre wordt gewijzigd, dat de periodieke verhogingen van 4 op 6 worden gebracht, waardoor het maximum-loon later wordt bereikt dan tot nog toe het geval was. Het lagere bedrag der periodieke verhogingen heeft echter tot gevolg, dat het aan- vangsloon niet onbelangrijk wordt verbeterd, zodat de moge lijkheid om nieuwe werkkrachten aan te trekken beduidend wordt vergroot. Voorts wijzen wij er op, dat de nieuwe regeling een kor tingsregeling op de lonen van de ongehuwden invoert, echter met de bepaling, dat bij het aangaan van een huwelijk, het vóór het bereiken van de 45-jarige leeftijd ingehouden bedrag zal worden gerestitueerd. Deze regeling zal in de meeste ge vallen als een spaarregeling werken. Tegenover deze korting staat, dat bij de bepaling van de nieuwe lonen is gerekend met incorporatie van de voor gehuwden geldende overbruggings toelage, te weten f. 4,80 per week, welke toelage voor de on gehuwden was bepaald op f. 2,40 per week. Te Uwer oriëntering laten wij hieronder volgen een staatje, waarin een overzicht wordt gegeven van de verhoging der lonen volgens de nieuwe regeling. Lonen gehuwde, volwassen werklieden. Loon groep Tegenwoordig grond- loon Tegenwoordig grond- loon 4- toelagen 1 Nieuwe lonen Lonen vol gens compro misregeling min. -max. min. max. min max min. max. 1 22,08 27,84 34,78 32,24 39,88 36,67 38,40 34,56 41 ,28 37,15 38,40 34,56 42,24 a 38,11 b 2 23,04 28,80 35,25 32,60 41 ,66 38,35 40,32 36,29 43,20 38,88 40,32 36,29 44,16 a 39,84 b 3 24,96 30,72 36,26 33,38 43,52 39,99 42,24 38,02 45,12 40,60 42,24 38,02 46,08 a 41 ,56 4 26,64 32,40 38,1 0 35,03 45,30 41 ,57 44,16 39,74 47,04 42,33 44,16 39,74 48,48 a 43,77 b 5 48,- 43,20 50,88 45,79 a b 6 i 50,88 45,79 53,76 48,38 a b a bruto-loon. b loon na aftrek pensioenpremie. Omtrent de ontworpen regeling is overeenstemming bereikt met de Commissie voor Georganiseerd Overleg. Het advies der Commis sie wordt bij de stukken overgelegd. Met betrekking tot de indeling der werklieden in de verschil lende loongroepen, welke, als voorheen, door ons College in ver band met de aan de betrokkenen opgedragen werkzaamheden wordt ge regeld, is eveneens met de Commissie voor Georganiseerd Overleg onderhandeld. Ook in dezen werd nagenoeg algehele overeenstem ming bereikt. "Met" - - - - - - - -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1947 | | pagina 424