VIII 11 en 12.
418 Subsidie aan de stichting tot oprichting en instandhouding van een of meer opleidingsscholen
voor christelijke kleuterondenoijzeressen in Friesland
Begroting Rekening
1952 1.320,—
Op grond van het raadsbesluit dd. 5 Juli 1951 ontvangt bovengenoemde stichting jaarlijks
voor elke uit Leeuwarden afkomstige leerling een subsidie overeenkomende met de kosten
van de gemeentelijke cursus tot opleiding van kleuteronderwijzeressen.
Voor 1952 wordt gerekend op 25 (leerlingen) x ƒ52,72 is 1.318,of rond 1.320,
12. Lager onderwijs (niet vallende onder de 1 t/m 11).
420 Onderwijs aan spraakgebrekkige kinderen Begroting Rekening
1948 950,— 1948 936,38
1949 - 950,— 1949 - 943,28
1950 - 950,— 1950 - 1.004,92
1951 - 1.085,—
1952 - 1.670,—
De cursus is ingesteld bij raadsbesluit van 18 December 1929.
De beloning van de aan de cursus verbonden leerkracht is geregeld in de verordening
spraakgebrekkigen l.o. (gemeenteblad 1951, no. 11).
Geraamd wordt:
a. beloningen 1.445,
b. leermiddelen- 100,
c. bijdrage aan hoofdstuk XIV van de gewone dienst wegens:
a. personeelsuitgaven (sociale voorzieningen) - 125,
1.670,
422 Commissies tot wering van schoolverzuim Begroting Rekening
1948 915,— 1948 717,74
1949 - 765— 1949 - 765,
1950 - 765,— 1950 - 659,19
1951 - 832,—
1952 - 835,—
De leden der commissie voor het stedelijk gedeelte der gemeente en die van de com
missie voor het overige deel der gemeente genieten een presentiegeld van 1,50 per ver
gadering, met een maximum van 100,— per jaar, terwijl de beloning van de secretaris
sen bedraagt respectievelijk ƒ300,en ƒ100,
Beide commissies bestaan uit 5 leden.
Op deze post moet worden geraamd:
presentiegeld voor de commissie voor het stedelijk deel 250,
idem voor de commissie voor het overig deel- 75,
beloning secretarissen- 400,
drukwerken resp. 50,en 25,- 75,
bijdrage aan hoofdstuk XIV van de gewone dienst wegens:
a. personeelsuitgaven (sociale voorzieningen) - 32,
832,-
afgerond 835,-
424 Subsidie aan het bestuur van het schoolfonds voor schipperskinderen in Friesland
Begroting Rekening
22.50
22,50
22,50
1948
22,50
1948
1949 -
22,50
1949 -
1950 -
22,50
1950 -
1951 -
23,—
1952 -
25,—
Evenals vorige jaren wordt een subsidie van 22,50 uitgetrokken, afgerond op ƒ25,-
130
VIII
12 en 13.
426 Zwemonderricht
Begroting
1948
1949 -
1950 -
1951 -
1952 -
1948
1949
1950
12.500,—
14.000,—
14.550,—
15.750,—
18.870,—
Sedert jaren genieten de leerlingen van de hogere klassen van de lagere scholen en van
de u.l.o. te Huizum, in het zwembad aldaar, zwemonderricht. Voor 1952 wordt op dit
volgnummer terzake ƒ150,uitgetrokken.
De leerlingen uit de 5e klasse en hoger van alle scholen voor g.l.o., v.g.l.o en b.l.o., zowel
openbaar als bijzonder, genieten zwemonderricht in de hier ter stede aanwezige overdekte
zweminrichting. Voor 3900 leerlingen, gerekend naar 20 zwemlessen per jaar en een tarief
van 24 ct. per leerling per les, zal een bedrag nodig zijn van rond 18.720,—. Ook indien
minder dan 3900 leerlingen aan het zwemonderricht deelnemen, zal dit bedrag aan de
zweminrichting worden uitgekeerd.
Totaal op dit volgnummer 18.870,
Rekening
2.649,10
12.006,70
14.550,—
428 Nederlandse onderwijsfilm
1948
1949
1950
1951
1952
Begroting
1.286,—
3.580,—
2.775
2.775
2.875,—
Rekening
1948 1.386,61
1949 - 3.047,08
1950 - 3.203,33
Ten behoeve van het filmonderwijs op de openbare en de bijzondere scholen zal door
de gemeente aan de Nederlandse onderwijsfilm een bedrag van 0,25 per leerling ver
schuldigd zijn.
Rekening houdende met een aantal leerlingen van 11500, zal derhalve op deze post
worden uitgetrokken 11500 x 0,25 is rond ƒ2.875,
430 Uitgaven als bedoeld in art. 13 der lager-onderwijswet 1920
Begroting Rekening
1948 memorie 1948
1949 - memorie 1949 - 435,44
1950 - 500,— 1950 - 895,32
1951 - 1.000,—
1952 - 650,—
Aan de hand van de in 1950 en in de eerste helft van 1951 gedane uitgaven wordt een
bedrag van 650,geraamd.
Plaatselijk schooltoezicht
Deze commissie is opgeheven.
432
13. Middelbaar onderwijs.
Gemeentelijke hogere burgerschool met vijf-jarige cursus (H.B.S-A)
Begroting Rekening
1948 104.686— 1948 103.640,18
1949 - 110.084,— 1949 - 105.491,52
1950 - 110.106,— 1950 - 115.813,65
1951 - 128.284,—
1952 - 138.880,—
a. Jaarwedden van directeur, leraren en beambten104.540,
De jaarwedden worden vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van
het bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1948, en verhoogd
ingevolge het toelagebesluit 1951.
ergoeding verplaatsingskosten ingevolge verplaatsingskostenverordening - 1.000,
(gem.blad 1949 no. 9)
transporteren 105.540,
131